Discussie Opinie

Vertrouwen, onderneming, accountant en AFM

Om het vertrouwen in de accountant te herstellen moeten alle deelnemers uit de keten vertrouwen verdienen, vindt Jan Bouwens.

Jan Bouwens

Op 30 januari verscheen het langverwachte advies van de Commissie toekomst accountancysector (CTA) aan de minister, waarin de vraag wordt beantwoord of deze met wetgeving de accountancyprofessie moet dwingen meer kwaliteit te leveren. De CTA geeft een aantal goed onderbouwde aanbevelingen in het rapport en daar waar dat niet kan, bevelen zij nader onderzoek aan. Dat is de manier waarop dat moet. 

Jammer wel dat in het rapport wordt verondersteld dat accountants het gestelde probleem nagenoeg los van de gecontroleerde ondernemingen en de toezichthouder kunnen oplossen. Het is niet voor niets dat Sir Donald Brydon het afgelopen jaar van 'verdiend vertrouwen' sprak. Hiermee doelt hij op allen die betrokken zijn bij de verstrekking van informatie omtrent de staat van de gecontroleerde organisatie. ‘Allen’ omvat in elk geval het bestuur van de gecontroleerde entiteit, alle toezichthouders en accountants. Een bestuur dat onbetrouwbaar handelt en dit weet te verbergen  is even laakbaar als een accountant die zijn werk (bewust) niet goed doet. Dezelfde relatie tot de accountant geldt voor de toezichthouder of wetgever die niet handhaaft of onmogelijke eisen stelt. Alle analyses binnen het Brydon rapport zijn gemaakt in relatie tot de keten van actoren; zijn aanbevelingen zijn dan ook in de context van de ketenaansprakelijkheid gemaakt.

Volgens het Brydon-rapport wordt het vertrouwen verdiend door het management samen met de accountant, die adequaat worden aangestuurd door RvT (audit commissie). En ja, de informatie kan en moet inzicht geven in de weerbaarheid en de toekomst van de gecontroleerde onderneming, waarbinnen zaken een rol spelen als internal controls (zorg voor adequate verwerking van economisch relevante gebeurtenissen die de organisatie raken), instandhouding vermogen, risicogebieden (inclusief fraudedetectie), beleid inzake het niveau van zekerstelling, toekomst. Kortom: er ontstaat een dashboard over de staat van de gecontroleerde organisatie.

Als het gaat om de samenwerking tussen de externe toezichthouder (AFM) en audit commissie kan nog het volgende worden vastgesteld. Uit onderzoek leren we dat cfo's de sterke neiging hebben om accountants te weren die, als het erop aankomt, hun tanden laten zien. Zo blijken dominante cfo's met succes de factuur te laten dalen, juist als deze zou moeten stijgen gelet op de risico's. Ook zien we dat accountants die een andere opinie hebben over de internal controls dan het zittende management, van andere ondernemingen minder nieuwe controleopdrachten krijgen.  Het is erg belangrijk dat de externe toezichthouder bij de onderneming en de accountantsfirma’s toeziet op het bestaan van zulke ongewenste mechanismen.

Het is volstrekt ondenkbaar dat de accountant deze staat van de organisatie geheel op eigen kracht op niveau krijgt. Daartoe moeten alle deelnemers uit de keten vertrouwen verdienen en elke deelnemer die dit niet verdient, moet zo spoedig mogelijk uit de keten worden verwijderd. De minister belooft 'fundamentele maatregelen' te nemen om het vertrouwen te herstellen. Dat betekent dat deze maatregelen het werk van accountants, management, commissarissen en de AFM zullen raken. Dat is hoe je het vertrouwen herstelt!

Jan Bouwens is hoogleraar accounting UvA en research fellow University of Cambridge.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.