Magazine

Nepaccountant moeilijk te stuiten

Oneerlijke concurrentie. Zo ervaren registeraccountants het onrechtmatig gebruik van de term accountant of accountancy door niet-accountants. Het is niet moeilijk om deze ‘nepaccountants’ op te sporen. Lastiger is het hun praktijken te stoppen.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 6, 2005

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Enkele jaren geleden betrok registeraccountant Eric Derksen met zijn kantoorgenoten een stijlvol oud herenhuis in het centrum van een plaats in de Achterhoek. Op de aanblik van het pand viel niets aan te merken, op het achteruitzicht des te meer. Op een binnenterrein was in een voormalig klaslokaal een administratiekantoor Jansen en Janssen* Accountancy gevestigd. De uitbaters van dit kantoor zijn echter RA noch AA. Dat was Hermsen en de twee AA’s van zijn kantoor een doorn in het oog. Zij wezen de achterburen erop dat het gebruik van de naam accountancy en accountant is voorbehouden aan erkende registeraccountants en Accountants-Administratieconsulenten.

Wie zonder erkenning of registratie de titel accountant bezigt of zijn werkzaamheden aanduidt als ‘accountancy’, overtreedt artikel 58b van de Wet op de registeraccountants c.q. artikel 41 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten.

Kwaliteitseisen

Eric Derksen wist de boekhouders van dit kantoor te overtuigen. Ze staakten het onrechtmatig gebruik van de term. Er zijn echter nog heel wat andere kantoren die met hun bedrijfsnaam en briefpapier suggereren dat zij accountant zijn. Veel echte accountants hebben daar moeite mee. Zowel principieel als praktisch.

Derksen: “Wanneer ik met mijn kantoor een offerte uitbreng, moet ik uitleggen wat een echte accountant is en dat administratiekantoren geen echte accountants zijn. Ik voel mij daardoor - nog afgezien van de tarieven - in de verdediging gedrongen. Uiteindelijk is het oneerlijke concurrentie. Ons kantoor heeft pas nog een tweedaagse review gehad van het NIVRA. Daarvoor moet je bij wijze van spreken in je blote kont gaan staan om de kwaliteit te laten controleren. En het kost geld. Die administratiekantoren hoeven niet aan onze zware kwaliteitseisen voldoen.”

Reputatieschade

Volgens artikel 58b van de Wet RA is iemand strafbaar als hij ‘de titel registeraccountant zonder toevoeging dan wel in enigerlei samenstelling of afkorting’ voert dan wel zich zodanig gedraagt ‘dat daardoor bij het publiek redelijkerwijs de indruk moet worden gewekt dat hij tot het voeren van deze titel gerechtigd is’. Op dit delict staat een sanctie van twee weken cel of een boete van de tweede categorie.

De bescherming van de titel is niet ingegeven door concurrentieoverwegingen, maar door de positie die de accountant inneemt in het maatschappelijk verkeer en het vertrouwen dat wordt gesteld in een goede beroepsuitoefening door de accountant. Populair gezegd: de strafbaarstelling moet voorkomen dat beunhazen de reputatie van de accountant schaden en het vertrouwen van cliënten en derden in het beroep beschamen. De vraag is hoe ver de bescherming bereikt.

Vergeefs verweer

Dat iemand zich geen accountant mag noemen, is duidelijk. Maar hoe zit het met ‘Brabo Accountancy BV’ of Account Services Hollemans BV? Op 12 december 1995 veroordeelde de kantonrechter te Eindhoven de exploitant van administratiekantoor Brabo Accountancy - de uitspraak is geanonimiseerd, dus de naam is gefingeerd - tot een geldboete van vijfhonderd gulden dan wel tien dagen hechtenis (waarvan de helft voorwaardelijk), wegens onrechtmatig gebruik van het woord accountancy op een bord op het bedrijfspand en op facturen en briefpapier. In hoger beroep verweerde de man zich vergeefs met het argument dat de Engelse term accountancy ook werkzaamheden omvat die niet exclusief zijn voorbehouden aan registeraccountants en Accountants-Aministratieconsulenten.

Volgens het gerechtshof in Den Bosch wekte de man met de aanduiding accountancy bij het publiek echter de indruk dat hij gerechtigd was de benaming accountant te voeren. Volgens het hof geldt dat ook voor een samenstelling of afkorting die terug te voeren is op de benaming accountant.

Gerard Spong

De veroordeelde wendde zich vervolgens tot de bekende strafpleiter Gerard Spong, die de uitspraak aanvocht in cassatie. Spong beriep zich erop dat Brabo Accountancy feitelijk niemand op het verkeerde been had gezet en niemand bij accountancy direct aan een accountant heeft gedacht. Maar op 25 januari 2000 oordeelde de Hoge Raad dat de uitspraak van het gerechtshof niet onbegrijpelijk was. Veroordeling en boete bleven overeind.

De benaming accountancy door niet-accountants is dus verboden. En datzelfde lijkt - gezien de goedgekeurde overwegingen van het gerechtshof - op te gaan voor samenstellingen en afkortingen die zijn terug te voeren tot de benaming accountant.

Aangiftes

Maar is Flex Account of Account Services nu verboden voor niet-accountants? Het NIVRA vindt van wel. Maar Jan Hollemans van administratiekantoor Account Service Hollemans BV in Barendrecht is het daar niet mee eens.

“Ik ben geen accountant. Ik ken het verhaal dat accountancy verboden is en ik ben voorzichtig. Ik gebruik gewoon het Engelse woord voor administratiekantoor. Daarin zit geen enkele verwijzing naar accountants of accountancy. Ik rijd registeraccountants of Accountants-Administratieconsulenten ook niet in de wielen. Naar de letter van de wet voel ik mij hartstikke safe. Dat het publiek bij account denkt dat ik accountant ben, betwijfel ik. Als het publiek zo dom is, stapt het ook niet naar een registeraccountant of een Accountant-Administratieconsulent. Gaat het NIVRA dan ook de banken aanpakken omdat zij account managers in dienst hebben?”

Brief

Het NIVRA beschouwt de uitspraak van de hoogste rechter in elk geval als een stevige steun in de rug. De beroepsorganisatie kreeg de afgelopen jaren nogal wat klachten van leden over onrechtmatig titelgebruik: tussen 1 november 2003 en 31 oktober 2004 waren er 21 meldingen. Het NIVRA heeft de overtredende kantoren schriftelijk gewezen op het onrechtmatig gebruik. Zestien daarvan gaven daarop te kennen ‘het onrechtmatig titelgebruik te staken en gestaakt te houden’.

De aanpak van het NIVRA lijkt dus effectief. Maar is dat beeld juist? Volgens Eric Derksen gebruiken drie van de zestien administratiekantoren, die hadden toegezegd de naam account of accountancy niet langer te hanteren, deze term nog steeds.

Van het bureau juridische zaken van het NIVRA hebben hardnekkige overtreders weinig te duchten. “Als zij toezeggen het gebruik van de naam te staken, is voor ons de kous af. Wij gaan dan niet ook nog eens controleren of zij dat echt doen”, zegt Vicky van Egmond van het bureau (zie kader ‘Aangiftes’). Maar ook als het NIVRA aangifte doet dreigen hel noch verdoemenis voor de overtreder. Een boete van €230 (ƒ 500) schrikt nauwelijks af.

Directeur-eigenaar Jan Lubbers van J.B. Lubbers* Accountancy in de regio Rijnmond werkte negen jaar op een accountantskantoor voordat hij in 2000 voor zichzelf begon. Hij is nu in opleiding voor belastingadviseur (CB) en wil als hij daarmee klaar is een opleiding voor Accountants-Administratieconsulenten gaan volgen. Om zich te onderscheiden van andere administratiekantoren is hij de naam accountancy gaan gebruiken op zijn briefpapier en website.

‘Vergezocht’

“Ik dacht dat accountant verboden was en accountancy was toegestaan. Hoe hoog is de boete op dit verbod? Vijfhonderd gulden? Ik werk nu al vier jaar onder deze naam. Ik vind het persoonlijk nogal vergezocht dat dit strafbaar is. Er zijn zo veel kantoren die zich zo noemen. Misschien zou de Kamer van Koophandel moeten weigeren deze kantoren in te schrijven in het handelsregister. Maar er zijn ook veel avondboekhouders die zich daar helemaal niet niet inschrijven. Dus die bereik je op deze manier niet. Nogmaals, ik ben het niet eens met de wet. Ik vind het vergezocht. Maar goed, we wachten het wel af.”

Enkele dagen later toont Lubbers zich voorzichtiger. Hij wil niet dat zijn naam wordt genoemd, maar laat wel weten dat hij deze gaat aanpassen. “Ik moet mijn briefpapier toch vernieuwen in verband met een nieuw adres …”

Noot
* Kantoornamen met een * zijn gefingeerd. De echte namen zijn bekend bij de redactie.

Civiele claims

De capaciteit van het NIVRA is beperkt, net als die van de FIOD-ECD. Het is dus onmogelijk alle hardnekkige overtreders achter de broek te blijven zitten. Gedupeerde kantoren kunnen weliswaar naar de burgerlijke rechter stappen om een verbod te eisen. Maar dat is een prijzige oplossing, waarvan het succes op langere termijn niet is verzekerd. Wel kunnen registeraccountants bewijzen van overtredingen naar het NIVRA sturen. Het NIVRA speelt deze vervolgens door naar de FIOD-ECD.

Aangiftes

Tegen de vijf kantoren die na waarschuwing door het NIIVRA niets toezegden deed de beroepsorganisatie in de zomermaanden van 2004 aangifte. De FIOD-ECD, de overheidsinstantie die is belast met de vervolging van dit soort economische delicten, heeft de zaken ‘serieus in onderzoek’ aldus een woordvoerster, die verder geen mededelingen kan doen over lopende zaken.

Hoe eerdere aangiftes zijn afgelopen, weet zij evenmin. Daarvoor moet ‘de Accountant’ te rade bij het functioneel parket van het Openbaar Ministerie. Maar ook daar kan men niets zeggen over lopende zaken. Over aangiftes die voor 2003 zijn gedaan evenmin, omdat die destijds zijn behandeld door een van de negentien arrondissementsparketten en het een heel karwei is om te achterhalen waar de aangifte precies heeft geleid tot vervolging of sepot.

Er is dus bijvoorbeeld niet bekend hoe de aangifte die het NIVRA medio 2002 deed tegen Verweij Accountancy te Ridderkerk formeel is afgelopen. Wel is bekend dat dit kantoor zijn bedrijfsnaam inmiddels heeft gewijzigd in Verkerk & Verweij Financiële Dienstverlening.

Lex van Almelo is journalist.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.