Magazine

Accountant over morgen

“Wij moeten niet in het putje gaan zitten. Het is hoog tijd voor meer optimisme, ons beroep heeft veel perspectief”, zei NIVRA-voorzitter Frans van der Wel op de Accountantsdag 2005. Ruim zevenhonderd mensen bezochten de bijeenkomst in de RAI op 29 november. Een impressie.

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 5, 2006

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Accountantsdag 2005

Van der Wel betoonde zich net als vorig jaar optimistisch over de toekomst van het accountantsberoep - het thema van de Accountantsdag 2005. Het beroep is weer een volwaardige gesprekspartner en de berichtgeving over een gebrek aan integriteit bij accountants is volgens de voorzitter sterk verminderd. “Dat is goed nieuws.”

Aan de andere kant blijkt uit het jaarverslag van het College Toetsing Kwaliteit dat nog te veel kantoren gebreken vertonen. Tegen enkele van die kantoren heeft het NIVRA tuchtprocedures aangespannen. Onder meer wijzend op de verplichte cursus fraude en gedrags- en beroepsregels voegde Van der Wel eraan toe: “Onze publieke functie is weer voorop komen te staan en de kritische houding van het maatschappelijk verkeer is terecht geweest. Maar het moet ook wel een keer klaar zijn. We moeten zelfvertrouwen uitstralen. We zijn er, wij staan er en wij zijn gewoon goed.”

Meer regels, minder druk

Frans van der Wel riep bij de ruim zevenhonderd aanwezigen het rapport De accountant van morgen uit 1971 in herinnering. In die tijd hadden accountants weinig hinder van regelgeving en zeker niet van regels van het NIVRA. “Het beroep is nog nooit zo gereguleerd geweest als vandaag.” Een meerderheid van de leden vindt dat volgens de voorzitter niet negatief, maar klaagt wel over hogere administratieve lasten en hogere controlekosten.

De regeldruk bleek een dankbaar gespreksonderwerp tijdens het ochtenddebat. “Te veel regels leiden tot minder control”, zei cfo Marcel Smits van KPN, die meer gelooft in collega’s die elkaar bij de les houden en aanspreken op onethisch gedrag. Zij moeten zich als het ware gedragen alsof het maatschappelijk verkeer en de media steeds meeluisteren en meekijken.

Volgens voorzitter Herman Hulst van Ernst & Young gaat het om vertrouwen, gebaseerd op integriteit. En integriteit is volgens Hulst “wat je doet als niemand kijkt”. Hulst vindt dat te veel regels de aandacht afleiden van “de feitelijke risico’s die je moet managen”.

Europarlementariër Bert Doorn roemde de terugtred van de Europese regelgever. Hij betreurde echter dat de Autoriteit Financiële Markten de ruimte die de Europese regelgever heeft vrij gekapt in het regelwoud, voorziet van nieuwe aanplant. Hij betichtte de Nederlandse toezichthouder van gold plating, ofwel: een extra schepje doen bovenop de regels die ‘Brussel’ dwingend voorschrijft. AFM-voorzitter Arthur Docters van Leeuwen verwees dit verwijt ‘s middags overigens resoluut naar het rijk der fabelen.

‘Rulings’ over IFRS

Voorzitter Loek Hermans van MKB-Nederland was daarentegen het met Doorn eens en zei zelfs dat de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta) “op termijn het einde zou kunnen zijn van de accountant voor het kleinbedrijf”. Dat risico vond Herman Hulst wel weer meevallen. Kleine kantoren moeten weliswaar voldoen aan een zeker minimum, maar die regels zijn minder strikt dan die voor de kantoren die organisaties van openbaar belang controleren.

Ook de nieuwe verslaggevingsnormen verzwaren de regeldruk. “De IFRS zijn helemaal niet principle-based”, zei hoogleraar externe verslaggeving, voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving en Ernst & Young-partner Martin Hoogendoorn. Als je, zoals de big four, wereldwijd onder één naam opereert, bestaat volgens hem de neiging om de strengste interpretatie van de IFRS te kiezen om problemen met de Amerikaanse SEC te vermijden. Hoogendoorn opperde het idee dat de AFM net als de Belastingdienst met een soort rulings zekerheid verschaft. Maar AFM-voorzitter Arthur Docters van Leeuwen liet weten hooguit “een visie zonder rechtskracht” te kunnen geven.

‘Streeploos schoon’

“Toezicht is een weloverwogen vak”, zo verklaarde Docters van Leeuwen de ‘rustige’ lezing die hij ‘s middags hield. Geen hel en verdoemenis, maar waardering “voor de analytische precisie” waarmee accountants hun vraagstukken benaderen. De AFM-voorzitterlegde in grote lijnen uit wat het toezicht op accountants gaat inhouden als de Wta is ingevoerd. Daarin ligt het accent vooral op normoverdracht in plaats van repressie. “Repressie verbetert de wereld niet.” De AFM waarschuwt kantoren eerst als zij niet aan de normen voldoen. Als zij daarna nog steeds, of weer, in gebreke blijven, is de toezichthouder echter ‘onverbiddelijk’. “We gedogen niet.”

Docters van Leeuwen onderstreepte dat het AFM-toezicht zich richt op de kantoren. Individuele accountant staan als vanouds onder toezicht van de tuchtrechter. Wel krijgt de AFM de mogelijkheid “in voorkomende gevallen” bij de Accountantskamer aangifte te doen tegen individuele accountants.

Volgens de AFM-voorzitter zijn het jaarverslag en de jaarrekening voor beleggers het “belangrijkste venster op de onderneming”. De onderneming moet dat venster “streeploos schoon” houden, terwijl de accountant moet controleren of dat inderdaad zo is. Dat is niet alleen goed voor het maatschappelijk verkeer, maar “uiteindelijk ook goed voor uw cliënt”.

Beperkte aansprakelijkheid

Inhoudelijk brengt de Wta weinig veranderingen te weeg, zei Docters van Leeuwen. De kwaliteitstoetsing door het NIVRA en de kantoren blijft dezelfde, terwijl de fraudemeldingsplicht een wettelijke basis krijgt. Volgens Jaap van Manen, hoogleraar accountantscontrole en partner bij PricewaterhouseCoopers, is de naleving van de huidige Frauderichtlijn “voor verbetering vatbaar”, omdat “nog steeds iedereen in Nederland een accountant kan krijgen”.

Nieuw in de Wta is wel de vrijwaring voor de accountant die ten onrechte blijkt te hebben gemeld. Als ondernemingen zich na een melding niet aan fraude blijken te hebben bezondigd, kunnen zij dus geen schade claimen bij de accountant (zie ook kader Fraude melden bij samenstellingsopdrachten). Tijdens het slotdebat zei AFM-voorzitter Docters van Leeuwen dat Europees Commissaris Charlie McCreevy wel wil nadenken over beperking van de aansprakelijkheid van accountants. “Wanneer je een beroepsgroep constant een continuïteitsrisico laat lopen, ontstaat er een disclaimers- en voorzichtigheidscultuur.” Cfo Cees Maas van de ING Groep vindt dat voorzichtigheid nu al tot ongewenste situaties leidt. Zo komen accountants in hun rapporten bijvoorbeeld met “vier ontkenningen in één zin”.

Minder, maar betere regels

In zijn slotwoord knoopte (toen nog) vicevoorzitter Willem van Wijngaarden enkele losse eindjes aan elkaar. Ook hij blikte even terug op De accountant van morgen uit 1971. “Toen werd de accountant gezien als een uitstervend ras, terwijl men zich afvroeg of iemand in de toekomst nog wel een dubbeltje over had voor de accountantsverklaring. Nu is de accountant springlevend en staat middenin de samenleving.” In de ogen van Van Wijngaarden zal de Wta zeker niet het einde van de MKB-accountant betekenen (zie ook pagina 56).

In 2006 zal het NIVRA meer aandacht gaan besteden aan de controleketen, met name aan verbetering van de informatie die de interne en externe accountant aan elkaar verstrekken. Van Wijngaarden: “Maar we gaan ook kijken naar de kwaliteit van onze eigen regelgeving. Het toevoegen van steeds meer regels is niet de oplossing. Zijn minder, maar betere, regels mogelijk?”

Noot
Zie ook rubriek Nieuws

Deelsessies

Tussen het door VPRO-presentator Peter van Ingen geleide ochtend- en slotdebat begaven de bezoekers zich naar twee van de deelsessies die vóór respectievelijk na de lunch werden gehouden. In de ochtendsessies bogen de deelnemers zich over de bedrijfsopvolging in het MKB, over de interpretatieverschillen onder IFRS (zie Nieuws), over de problemen bij de rechtmatigheidstoets in gemeenten, over de strijd tegen schaarste op de arbeidsmarkt, en de kansen en gevaren van elektronische verantwoording met XBRL. In de middagsessies ging de aandacht uit naar fraudebestrijding in het MKB (zie Nieuws), de nieuwe IAS-verslaggevingsregels voor oudedagsvoorzieningen, de single audit in de publieke sector, het informatieve respectievelijk voorzichtige gehalte van de accountantsverklaring en corporate reporting als de toekomst van assurance.

Lex van Almelo is journalist.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.