Nieuws

Debat Tweede Kamer kredietunies: nog veel onduidelijk

Er is rond kredietunies nog veel onduidelijkheid over de maximale toezichtkosten en over het maximumbedrag dat ze mogen lenen aan één bedrijf.

Dat bleek gistermiddag tijdens het Tweede Kamerdebat over het initiatiefwetvoorstel van PvdA en CDA over de oprichting van kredietunies.

Alle partijen zijn enthousiast over de kredietunies. De meeste partijen vinden dat kredietunies een belangrijke rol kunnen gaan spelen in de kredietverlening nu banken terughoudender zijn geworden in het verstrekken van leningen aan het mkb. De voorgestelde regelgeving roept echter kamerbreed nog veel vragen op.

De toezichtkosten voor kredietunies werden aanvankelijk ingeschat op € 14.000 per kredietunie, maar dit is inmiddels verhoogd naar € 20.000. Aukje de Vries (VVD) is hier verbaasd over:

“Grotere kredietunies krijgen te maken met kosten voor doorlopend toezicht. Klopt het dat kleinere kredietunies - kredietunies beneden de 10 miljoen, waar nu de grens ligt - niet te maken krijgen met die kosten? In eerste instantie werden de kosten geschat op € 14.000 voor alle kredietunies. Inmiddels wordt het bedrag geschat op € 20.000 per kredietunie. De VVD vindt het sowieso raar dat de AFM haar toezichtkosten nog niet kan inschatten. Het is ook onverklaarbaar waarom de kosten ineens hoger worden ingeschat.”

De VVD acht het risicoprofiel van kredietunies dusdanig laag, dat er volgens hen een vrijstelling van de vergunningplicht moet komen, die momenteel bij 10 miljoen ligt.

“Waarom is gekozen voor deze grens? In hoeverre vormen kredietunies tussen 10 miljoen en bijvoorbeeld 25 miljoen een bedreiging voor de stabiliteit van het financiële stelsel? Is deze grens nodig om de benodigde ontheffing voor de kredietunies van de Europese Commissie te krijgen? Er is ook nog een bovengrens van 100 miljoen voor kredietunies, waarboven een bankvergunning nodig is. Kredietunies hebben een heel zware ongewogen kapitaalseis, veel hoger dan banken. Bovendien zijn kredietunies veel simpeler dan banken. Deze bovengrens zou je kunnen schrappen.”

Wouter Koolmees (D66) kaart ook nog de solvabiliteitseis aan:

“Leden van de kredietunie maken geen aanspraak op overheidssteun als het fout gaat, zij vormen geen bedreiging voor de financiële stabiliteit van Nederland en bij de kredietunies zijn geen consumenten betrokken. Dat is een heel andere situatie dan bij een bank. Dan is de vraag aan de initiatiefnemers: op welke grond is een solvabiliteitseis van 10% te rechtvaardigen, aangezien die eis zelfs bij systeembanken lager ligt?”

Sharon Gesthuizen (SP) vraagt zich af waarom er in het wetsvoorstel weinig lijkt te zijn gedaan met kritiek van DNB en de AFM:

“Ik zou toch ook graag willen weten waarom de initiatiefnemers, in mijn ogen, vrij weinig hebben gedaan met de kritiek van DNB en AFM, bijvoorbeeld waar het de grenzen betreft. AFM stelt voor om een vrijstelling van 2,5 miljoen te hanteren in plaats van 10 miljoen, en uit te gaan van 150 personen in plaats van 25.000. De initiatiefnemers noemen dat onoverbrugbaar en niet passend bij het idee dat zij erover hebben. Waarom is er weinig met die kritiek gedaan? Ik begrijp de roep om het niet te veel te beperken en het voorstel de ruimte te geven. Ik snap ook heel goed dat je het niet te veel moet afknellen, als je dit soort bloemen wilt laten bloeien. Het zijn tegelijkertijd wel dé twee toezichthouders in de financiële markt en die zeggen het vast niet voor niets.”

Ed Groot (PvdA) kaart het concentratierisico aan en het liquiditeitsrisico:

“De leden/ondernemers van kredietunies zullen in de praktijk vaak in dezelfde sector werkzaam zijn. Dat maakt dat kredietunies gevoeliger zijn voor economische tegenwind dan banken, waarbij de risico's over meerdere sectoren gespreid zijn. In het verlengde daarvan ligt het liquiditeitsrisico. Kredietunies zijn geen echte banken. Ze hebben dus geen toegang tot de noodloketten van de centrale bank. Dat kan tot problemen leiden in situaties waarin er twijfels ontstaan over de financiële soliditeit van kredietunies. Dan kan het gebeuren dat geldgevers met zijn allen naar de uitgang rennen door hun deposito's niet te verlengen. Mijn vraag aan de initiatiefnemers is hoe zij aankijken tegen deze risico's. Is het niet toch een goed idee om te proberen zoiets als een gezamenlijk vangnet te spannen onder de kredietunies, een beetje analoog aan het depositogarantiestelsel bij banken?”

Pieter Omtzigt (CDA) zegt zich aan te sluiten bij de meeste vragen van de andere partijen, maar benadrukt aan het eind toch nog een keer dat ook zij zich zorgen maken over de toezichtkosten.

“Ik vraag mij echter af of de toezichtkosten van €20.000 voor een enkele kredietunie niet aan de hoge kant zijn en of er mogelijkheden zijn om die kosten binnen de perken te houden.”

Het volledige debat is hier na te lezen.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.