Nieuws

Wwft-boete accountantskantoor verlaagd

Een vestiging van een accountantskantoor heeft na een waarschuwing van zijn voorganger ten onrechte geen verscherpt cliëntenonderzoek gedaan. Daarna voldeed het kantoor ook niet aan zijn meld- en monitoringsplicht. De Rechtbank Rotterdam vindt een boete van 50.000 euro echter te hoog.

Lex van Almelo

Op 21 juni 2016 bezoekt het Bureau Financieel Toezicht (BFT) een vestiging van een “middelgrote organisatie op het gebied van accountancy en juridische en fiscale advisering”. De toezichthouder is getipt door de politie, die onderzoek deed naar een cliënt van het kantoor. De cliënt zou een grote hoeveelheid contant geld voorhanden hebben, die afkomstig was van hennepteelt. De tweede aanleiding voor het BFT-onderzoek is een tip van ‘Meld Misdaad Anoniem’ over een andere cliënt van het kantoor, die in 2014 een hypothecaire lening verstrekte aan een hennepkweker.

Volgens het BFT heeft het kantoor:

  • ten onrechte geen verscherpt cliëntenonderzoek gedaan;
  • niet voldaan aan de monitoringsverplichting;
  • verzuimd tijdig ongebruikelijke transacties te melden.

De toezichthouder legt een boete op van 50.000 euro en wuift het bezwaar van het kantoor hiertegen weg. Het accountantskantoor gaat in beroep bij de Rechtbank Rotterdam, die de boete verlaagt, maar verder vindt dat het kantoor inderdaad de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) heeft overtreden.

Gunstigste boetebepalingen

Het BFT heeft de hoogte van de boete gebaseerd op het boetebeleid dat gold toen de boete werd opgelegd. Als het bureau was uitgegaan van de uitgangspunten op het moment van de overtreding zou de boete echter lager zijn uitgevallen, namelijk ergens tussen de 7500 en 10.000 euro. De rechtbank vindt dat het BFT bij de boete moet uitgaan “van het meest gunstige resultaat voor de overtreder”. Daarom wordt de boete verlaagd tot 7500 euro.

Verscherpt cliëntenonderzoek

In oktober 2014 waarschuwde de voormalige accountant van de eerste cliënt, een beveiliger van onder anderen bekende artiesten, het kantoor per e-mail: “Nog even voor de goede orde: op vraagstellingen werd veelal onduidelijke beantwoording ontvangen. Als voorbeeld de negatieve kas: onbekende stortingen die naar zeggen uit privé voortkwamen”.

Volgens het BFT had deze e-mail aanleiding moeten zijn voor een verscherpt cliëntenonderzoek. In de Specifieke leidraad naleving WWFT voor accountants, belastingadviseurs, administratiekantoren etc staan voorbeelden om ongebruikelijke transacties te kunnen herkennen. Het BFT wijst met name op de voorbeelden D2, D3, E1, E3 en J2 uit bijlage 1 bij de Leidraad.

Het kantoor verweert zich door te zeggen dat:

  • het niet ongebruikelijk is dat een dienstverlener niet te spreken is over een voormalige cliënt;
  • de beveiliger juist vaak duidelijk antwoord gaf toen hij in zee ging met het kantoor;
  • het kantoor een uitgebreid intern handboek heeft met procedures voor naleving van de Wwft.

De rechtbank vindt dat de accountant de opmerking van zijn voorganger serieus had moeten nemen. Niet alleen door een verscherpt cliëntenonderzoek in te stellen, maar ook door de klant te blijven monitoren. Dat het kantoor een intern handboek heeft, zegt weinig. “Het gaat om de feitelijke invulling van die procedures” en daarin is het kantoor tekortgeschoten.

Meldingsplicht

Gezien de aangehaalde voorbeelden uit bijlage 1 had het kantoor de bankmutaties, die het boekte in de administratie van de eenmanszaak van de beveiliger, moeten melden als ongebruikelijke transacties. Niet alleen vanwege de opmerking van de voorganger, maar ook omdat het kantoor voor de beveiliger in 2014 in totaal voor 55.760,01 euro inclusief btw aan contante ontvangsten van onbekende klanten heeft geboekt.

De klant zei desgevraagd tegen de accountant dat het ging om de beveiliging van personen die anoniem willen blijven, onder wie bekende artiesten. De Belastingdienst zou hiermee akkoord zijn. Volgens de rechtbank is dat geen plausibele verklaring voor de contante betalingen en heeft het kantoor niet aangetoond dat de fiscus hier inderdaad in toestemde.

Het kantoor had het ongebruikelijke karakter van deze transacties moeten onderkennen en meteen moeten melden. Temeer omdat het kantoor ook wist dat de klant in hechtenis had gezeten wegens witwaspraktijken.

Voorganger gewaarschuwd

Als het accountantskantoor wordt beboet, had het BFT ook het administratiekantoor van de voorganger moeten aanpakken, vindt het accountantskantoor. Volgens de rechtbank heeft het BFT het administratiekantoor van de voormalige accountant niet ongemoeid gelaten. Het kantoor kreeg een waarschuwing en een aanwijzing over het opstellen van interne procedures en controles. Omdat het gaat om een andere periode kun je niet zeggen dat de situatie hetzelfde was.

Het accountantskantoor kan nog in hoger beroep gaan bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.