'Familiebedrijven investeren minder in personeel'
Familiebedrijven investeren gemiddeld gezien minder in hun werknemers dan vergelijkbare niet-familiebedrijven.
Dat blijkt uit het rapport 'Winnend werkgeverschap', van het Erasmus Centre for Family Business (ECFB), BDO Accountants & Adviseurs en Rabobank. 85 procent van de familiebedrijven biedt hun medewerkers trainingen en opleidingen tegenover bijna alle (97 procent) andere bedrijven. Ook is er een groot verschil als het gaat om flexibele werktijden: slechts bij 22 procent van de familiebedrijven is die mogelijkheid er terwijl veel meer (33 procent) niet-familiebedrijven hiervoor de ruimte geven. Opvallend is ook dat familiebedrijven met een externe ceo meer mogelijkheden en faciliteiten bieden dan bedrijven waar een familielid de leiding heeft.
Tegenstrijdig
De uitkomsten lijken volgens de onderzoekers "tegenstrijdig" aan het aloude beeld dat werknemers bij familiebedrijven beter af zijn dan bij andere bedrijven. De onderzoekers benadrukken dat de managementaanpak van niet-familiebedrijven tot significant betere financiële prestaties leidt wanneer die ook zouden worden ingezet bij familiebedrijven.
Werknemers zijn op zes van de acht onderzochte punten gemiddeld gezien slechter af bij familiebedrijven. Naast de bovengenoemde verschillen voeren familiebedrijven ook minder vaak een actief loopbaanbeleid en is er minder aandacht voor promotie en doorgroeimogelijkheden.
Opvallend is het verschil op vlakken als diversiteit en duurzaamheid. Niet-familiebedrijven kiezen aanmerkelijk vaker voor het invoeren van (vrijwillige) diversiteitstargets (39 procent tegen slechts 3 procent van de familiebedrijven). Ook is er minder oog voor arbeidsomstandigheden bij leveranciers en duurzaamheid van de bedrijfsketen. Dit wordt gevoed door druk van aandeelhouders en de maatschappij - een druk die familiebedrijven minder ervaren.
Wederkerige loyaliteit
In familiebedrijven is het werkgeverschap volgens de onderzoekers vaak gebaseerd op wederkerige loyaliteit. "Dat brengt ook voordelen met zich mee. Zo scoren familiebedrijven erg goed als het gaat om baanzekerheid, bijvoorbeeld in geval van gedwongen ontslag. De kans om je baan te verliezen is bij een familiebedrijf bijna een kwart kleiner dan bij een niet-familiebedrijf." Ook hebben deze bedrijven door de grotere loyaliteit minder vaak te maken met stakingen of werkonderbrekingen.
Voor het onderzoeksrapport werden acht management practices van duizenden ondernemingen in 37 landen, waaronder Nederland, nader bekeken. Familiebedrijven hebben als werkgever een groot aandeel in Nederland. Zij zorgen samen voor 2,16 miljoen banen (29 procet van het totaal), zo blijkt uit cijfers van het CBS.
Gerelateerd
Werkgever zet in strijd tegen krapte vooral in op behoud personeel
De meeste bedrijven zetten in op het behouden van zoveel mogelijk medewerkers in de strijd tegen de krapte op de arbeidsmarkt. Ze doen dit bijvoorbeeld door betere...
Bijna helft werkenden redt doorwerken tot pensioen niet
Bijna de helft van de werkenden (45 procent) redt het niet om tot de pensioenleeftijd door te werken. Door 66 procent wordt het onmogelijk geacht als er moet worden...
Meeste werknemers verzwijgen financiële problemen voor de baas
Veruit de meeste werkgevers zijn niet op de hoogte van de financiële problemen van hun personeel. De meesten van hen, zeven op de tien, geven aan geen behoefte te...
CPB pleit voor overheidsingrijpen om arbeidskrapte op te lossen
De overheid moet een rem zetten op eigen uitgaven en scherpe keuzes maken in het aanpakken van de krapte op de arbeidsmarkt.
Flexibilisering zorgt voor meer arbeidsongeschikten, zegt FNV
De doorgeslagen flexibilisering van de arbeidsmarkt is de veroorzaker van de hoge instroom van mensen voor de arbeidsongeschiktheidsuitkering WIA. Zo hebben flexwerkers...