Opinie

Accountantsberoep betrekt stelling, maar is het de juiste?

In het Financieele Dagblad van 20 december 2008 staat dat NIVRA en NOvAA accountants waarschuwen niet te snel alarm te slaan bij het ondertekenen van de jaarrekening. De twee beroepsorganisaties brachten tegelijkertijd een zogeheten Audit Alert uit.

Dit alles in het licht van de huidige kredietcrisis en de gevolgen daarvan. Accountants hanteren in dit verband overigens liever het eufemisme ‘een slechter economisch klimaat'.

Laat ik beginnen met een compliment: het is prima dat de beroepsorganisaties zich laten horen in het debat over de kredietcrisis. Na de (te) lange stilte ligt er nu een concrete bijdrage. Terecht wordt daarin gewezen op het feit dat de verslechtering van het economisch klimaat een verandering teweeg brengt in de omstandigheden waaronder de accountantsverklaring tot stand komt.

Na het zoet volgt ditmaal het zuur: De afgegeven waarschuwing is evident en bevat niets nieuws, hetgeen in de Audit Alert ook wordt aangegeven. Sterker nog: waarom de ‘uiterste zorgvuldigheid' en noodzakelijke ‘integere opstelling' van de accountant duiden? Is de behoefte daaraan wel eens anders geweest? Juist hier is hopelijk niets nieuws onder de zon.

De Audit Alert is een gemiste kans, de waarschuwing zou bovendien niet nodig behoeven te zijn. Een gemiste kans omdat het accountantsberoep op wezenlijkere punten een bijdrage zou kunnen leveren bij het analyseren van de oorzaken van de huidige turbulentie op de financiële markten, alsook bij het zoeken naar oplossingen.

Ik noem niet-limitatief een zestal van die punten:

  1. Fair value accounting. Te pas en te onpas wordt ‘fair value accounting' genoemd als een veroorzaker dan wel versterker van de huidige crisis. In het debat hierover dienen accountants in het oog van de storm te staan en niet aan de zijlijn. Naar mijn mening is het beroep hier te passief en wordt te snel geroepen ‘wij hebben de regels juist toegepast'. Daar gaat het maatschappelijk bezien niet alleen om. Zoekend naar oplossingen gaat het om een analyse van de gevolgen van toepassing van ‘fair value accounting' in respectievelijk goede tijden (pak hem beet: ultimo 2006), tijden van grotere risico's (ultimo 2007), tijden van grote onzekerheid (medio 2008) en tot slot de stroomversnelling (september tot ultimo 2008). Accountants kunnen bij deze analyse een nuttige rol vervullen.
  2. Complexiteit van financiële producten. Er zijn nu bankiers die zeggen dat zij de producten waarvoor ze verantwoordelijk waren niet meer begrepen. Er zijn commissarissen en overheidstoezichthouders die toegeven dat de producten voor hen te complex waren. Maar ook ministers van Financiën. Accountants kunnen ook hier een nuttige rol vervullen om licht in de duisternis te scheppen: tot waar reiken de grenzen van beheers- en controleerbaarheid van financiële producten en risico's?
  3. Off balance problematiek. Nog steeds worden bezittingen en schulden buiten de balans geplaatst, veelal in speciaal daartoe opgerichte lichamen. Nog steeds worden aandeelhouders, banken en toezichthouders daardoor verrast. In de discussie over de wenselijkheid en grenzen hiervan (zie ook de poll op de homepage van deze site) kan de accountant een bijdrage leveren die verder gaat dan ‘maar toch zijn de regels juist toegepast'. Immers, de vraag voor een accountant dient te zijn: kan met een andere wijze van verslaggeving een beter inzicht in bezittingen en schulden worden getoond?
  4. Risicomanagement en corporate governance. Er zijn vele boekenkasten gevuld met literatuur over deze onderwerpen. De hoorzittingen over de kredietcrisis van het Amerikaanse congres laten zien - hetgeen ook het geval was ten tijde van de boekhoudschandalen - dat risico's en misstanden intern vaak worden gesignaleerd en worden gerapporteerd op de juiste niveau's, dus ook bij commissarissen en overheidstoezichthouders. Naast de interne waarschuwingen ‘blaft' vaak ook de externe accountant. De hoorzittingen laten echter ook zien dat aan waarschuwingen van interne functionarissen door de topleiding niet het juiste gevolg wordt gegeven. En dat de externe accountant, gelijk de commissarissen en overheidstoezichthouders, wel ‘blaft' maar niet vaak ‘bijt'. Kortom: wat dient er te gebeuren om deze mechanismen adequaat te laten werken? Ligt er soms een oplossing in het breder verspreiden en bespreken van risicorapportages en management letters?
  5. Creative accounting & fraudulent reporting. De beroepsorganisaties plaatsen de uitgevaardigde Audit Alert in het perspectief van het continuïteitsvraagstuk. Kern daarbij is de vraag of ondernemers niet te optimistisch rapporteren. Naar mijn mening is dit vraagstuk onderdeel van een overkoepelend onderwerp: creatief boekhouden en fraude. Ik zou dan ook liever zien dat het accountantsberoep nadrukkelijk wijst en controleert op de frauderisico's die zich de komende tijden zullen manifesteren. Creatief gedrag ten gevolge van dreigende discontinuïteit komt dan vanzelf naar boven.
  6. Zelfreflectie en de hand in eigen boezem. Het accountantsberoep mag waar nodig ook best de hand in eigen boezem steken. In diverse landen worden accountants en accountantsorganisaties aansprakelijk gesteld wegens vermeende ontoereikende controle, een te slappe houding of wat dies meer zij. Terecht stellen sommigen de vraag of accountants de producten die zij controleerden wél begrepen. En ook mag best de vraag worden gesteld of het benoemings- en beloningsbeleid binnen accountantskantoren niet dezelfde (perverse) prikkels bevat als het beleid binnen de organisaties waar van alles mis is gegaan.

Het zou van volwassenheid getuigen indien het (inter)nationale accountantsberoep de komende tijd ook deze en soortgelijke vraagstukken ter hand neemt.

Het is cruciaal dat beroepsorganisaties, accountantskantoren en individuele accountants de komende tijd nadrukkelijk hun verantwoordelijkheid nemen en de rug rechten waar dat nodig is. Dat niet in het defensief wordt gegaan bij kritische geluiden.

Indien het laatste wel wordt gedaan, dan wordt het beroep verder gemarginaliseerd. Dat zou jammer zijn en ook onnodig. Juist in crisistijd kunnen én dienen accountants hun meerwaarde te tonen.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.