Opinie

Fortiter in re, suaviter in modo

Begin vorig jaar schreef Bob Hoogenboom een fraaie bijdrage over regulatory capture, of in zijn woorden: ingepakt toezicht. Daarin beschrijft hij dat begrip als: 'Het proces waarin bureaucraten, bestuurders en politici, die geacht worden het publieke belang te dienen, in feite systematisch gevestigde belangen dienen. Gevestigde belangen zijn in deze benadering constant (in)direct bezig met invloed uit te oefenen op toezichthouders.'

Hoogenboom noemt voorts het voorbeeld van een jachtopziener die erop moet toezien dat het wild wordt beschermd, maar door de vingers gaat zien dat (bepaalde) stropers jagen, of deze zelfs helpen met jagen.

Ik kom terug op dit onderwerp omdat ik een voorbeeld van regulatory capture tegenkwam in het rapport Scheltema over de ondergang van DSB Bank:

'Het zou kunnen zijn dat de neiging om de contacten met DSB goed te houden werd bevorderd door het feit dat de medewerker van DNB die feitelijk met het toezicht op DSB was belast gedurende de gehele tijd dezelfde persoon is geweest. Dat heeft stellig voordelen gehad - gewezen is al op het feit dat DNB een goed inzicht had in de ontwikkelingen bij DSB - maar kan als nadeel hebben dat men de verhoudingen goed wil houden. Het kan ook bevorderen dat de toezichthouder zich sterker identificeert met de problemen van de instelling die onder toezicht staat. Afstandelijkheid kan het voordeel hebben dat de toezichthouder zich niet afvraagt hoe moeilijk het is een probleem op te lossen, maar eenvoudigweg verlangt dat dit gebeurt.'

Vervolgens komt de commissie-Scheltema met een voorbeeld van 'een aanwijzing dat de toezichthouder wel 'meedacht' met DSB'. Het gaat om verworven deelnemingen die niet binnen DSB Bank konden voortduren en/of plaatsvinden omdat deze teveel druk zetten op de solvabiliteit van DSB Bank. Daarom werden deze ondergebracht bij DSB Beheer.

De transacties - 'verhanging' van deelnemingen - leidden tot een optische verbetering van de solvabiliteit van DSB Bank zonder dat zij in werkelijkheid een versterking van de financiële positie van de DSB-organisatie betekenden. 'Het is dan ook de vraag of DNB daaraan haar goedkeuring had mogen geven', aldus de commissie-Scheltema. De vraag stellen is deze beantwoorden.

Mede op basis van dit voorbeeld karakteriseert Scheltema het handelen van DNB als het 'te trachten DSB tot maatregelen aan te zetten door het signaleren van problemen en het beargumenteren van de noodzaak van verbeteringen'.

Hoe anders karakteriseert Scheltema de houding van de AFM: 'De AFM kan in haar toezicht arrogant overkomen en lijkt niet open te staan voor enige gedachtewisseling. Voor effectief toezicht is een dergelijke houding niet nodig: men kan luisteren en desondanks stevig optreden. Fortiter in re, suaviter in modo, zou het devies moeten zijn.'

Ofwel: vriendelijk krachtdadig zijn. Het zijn mooie woorden. Maar als het niet vriendelijk kan, mag het van mij best arrogant. Het gaat om de daadkracht. Die ontbrak bij DNB. En zachte - ingepakte - heelmeesters maken nu eenmaal stinkende wonden.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.