Opinie

Accountant buigt mee met opdrachtgever: koppel hem daarom aan commissaris

Vorige week rapporteerde de Autoriteit Financiële Markten (AFM) dat de kwaliteit van het werk van de accountant in een aantal gevallen onvoldoende is. Controles graven niet diep genoeg; de accountant is onvoldoende kritisch naar het gecontroleerde bedrijf; de verantwoordelijke accountant neemt onvoldoende verantwoordelijkheid.

Deze onoplettendheid geeft het bedrijf bijvoorbeeld de kans bezittingen tegen een voor hen gunstige waarde op de balans te zetten, terwijl deze volgens de regels tegen de marktwaarde op de balans moeten staan. 

Onderzoek toont aan dat accountants meebuigen met degene die hen in dienst neemt. Zo werkte in een experiment de helft van 139 accountants namens een verkopende onderneming en de andere helft namens een opkoper van de onderneming (Don Moore, George Loewenstein, Lloyd Tanlu en Max Bazerman, 2005). Zij moesten de door de onderneming vastgestelde balanswaardering van de onderneming goedkeuren op basis van de vigerende accountingregels. 

Accountants die wisten dat ze bij de verkoper hoorden, keurden de voorgestelde waardering in dertig procent van de gevallen vaker goed dan accountant die tot de koper hoorde. Het ging om dezelfde waardering en dezelfde accountingregels. Nu is het bijzondere in het experiment dat accountants vertekeningen aanbrengen ondanks dat zij hiermee weinig kunnen winnen. Koppeling aan een partij volstaat. 

Dit fenomeen doet zich eigenlijk in elke situatie voor waar beslissingen voor anderen genomen worden. Iedereen wordt bijziend zo gauw hij zich verbonden weet met een ander. Onderzoek laat zien dat de bijziende zich niet eens bewust is van zijn toestand. 

Zelfs als je accountants forceert een cijfer af te geven dat zo dicht mogelijk de marktwaarde nadert, komen accountants van de verkopende partij dertig procent boven de marktprijs uit. Er is weinig reden om aan te nemen dat dit experiment de werkelijkheid niet weerspiegelt. Accountants laten zich ongewild en onbewust meeslepen in de waarheid die het bedrijf hen presenteert. 

Er is iets tegen te doen. Niet voor niets bepaalt onze regelgeving dat de accountant moet worden aangesteld en aangestuurd door de raad van commissarissen, in het bijzonder het audit comité. Formeel wordt deze regel gevolgd, in werkelijkheid voert de cfo van de onderneming de leiding over de externe accountant. Het gevolg is duidelijk, accountants lopen aan de lijn van de controller. 

Het zou veel beter zijn als dit intensieve contact via het audit comité verloopt. Op zijn minst wordt dan de kans verkleind dat accountants bewuste vertekeningen vanuit het management overnemen. Immers, de accountant en de raad van commissarissen hebben een groter belang de waarde van de onderneming volgens de accountingregels te rapporteren dan de cfo. Zo weten we uit onderzoek dat laatstgenoemde vaak een te rooskleurig beeld heeft van de werkelijkheid. 

Door de raad van commissarissen tussen de cfo en de accountant te plaatsen, komen we dichter bij het 'getrouwe beeld van vermogen en resultaat' dat de wereld hoopt in de balans en op de resultatenrekening aan te treffen. De controles van AFM helpen ook.

Deze bijdrage is ook verschenen als opinieartikel in het Financieele Dagblad van 6 september 2010.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Jan Bouwens is hoogleraar accounting UvA en research fellow University of Cambridge.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.