Opinie

Nieuw elan, geen zelfgenoegzaamheid

Het Nederlandse accountantsberoep profileert zich de laatste maanden steeds beter. Na het uitkomen van het AFM-rapport in september jongstleden schoot het eerst in de reflex van de verdediging. Snel daarna werd ingezien dat dat niet werkte en veranderden toon en houding.

Wellicht kunnen we zelfs van een nieuw elan spreken. De NBA kwam met een plan van aanpak en neemt zelf(s) initiatieven. Dat is een stap vooruit. Van reactief naar proactief. Van door anderen over ons laten spreken naar meer met ons spreken. Minder ‘autistisch', meer oog voor de wensen en eisen van de buitenwereld.

En waar het project 'Kennis delen' - onder meer door ondergetekende - met enige scepsis werd ontvangen, worden ook daar stappen vooruit gezet: collectieve management letters (verzekeraars en zorgsector) en de recente open brief (pensioenen), worden steeds directer en concreter.

Het kan nog beter en zo zou het bijvoorbeeld te prijzen zijn indien een volgend epistel de focus richt op de accountancybranche. Met daarin de nodige zelfreflectie, zelfanalyse, zelfkritiek, zelfbevlekking, zelfpijniging en - vooruit maar - een beperkte mate van zelfbevrediging. Zuur, zout en zoet derhalve.

Maar het is niet alleen de NBA die stappen zet. Accountantsorganisaties volgen op gepaste afstand en een enkeling neemt zo nu en dan zelfs enige leiding. Zie bijvoorbeeld de oproep van PwC-voorman Swaak - inmiddels gevolgd door Ernst & Young - die heeft gepleit voor openbaarmaking op naam van AFM-rapportages.

Dat gaat er naar ik verwacht binnen niet al te lange tijd van komen. Ik zie dat als een belangrijke prikkel om accountantsorganisaties kwalitatief beter te laten presteren: zij zijn immers niet gebaat bij negatieve publiciteit.

Daarnaast is het laatste jaar een slag gemaakt met de transparantieverslagen en lijken de beoordelings-, benoemings-, belonings- en sanctiestelsels te worden aangepakt en ontdaan van al te commerciële prikkels.

Allemaal ontwikkelingen die weliswaar niet vanuit de accountantsorganisaties zelf zijn gekomen, maar door toezichthouders en anderen zijn afgedwongen. Desondanks ook hier stappen in de goede richting.

Internationaal en in de toezichtsfeer timmert het Nederlands beroep ook aan de weg. Eerder wees ik op de eervolle posities van Arnold Schilder, Steven Maijoor, Hans ten Damme en Hans Hoogervorst. Niet allemaal accountants, wel allen in ons wereldje betrokken. Aan kantorenzijde is het wachten op het moment waarop iemand als Roger Dassen binnen zijn organisatie een internationale bestuursfunctie krijgt. Is een kwestie van tijd.

Het nieuwe elan zien we ook terug in het nieuwe maandblad Accountant en op deze vernieuwde website Accountant.nl. Frisse kleuren, nieuwe opmaak, een moderner jasje. Dezer dagen rolt het nieuwe blad door de brievenbus met daarin een interview met Wouter Bos.

Ik word daarmee van repliek gediend voor de woorden in mijn vorige, wat cynische, blog waarin ik onder meer stelde dat het rondom hem 'oordverdovend stil' is. Bos stelt nadrukkelijk aan de orde hoe hij bij de interne discussie over de rol van accountants tijdens en na de kredietcrisis is betrokken en maakt enkele oneliners die mij aanspreken: "De fout die de accountantswereld niet moet maken is denken dat Barnier het probleem is, of de AFM.", en "laat zien dat er lessen zijn geleerd". Een goed en lezenswaardig interview.

Pieter de Kok zal er in 2011 met Tuacc voor zorgen de druk erop te houden. De AFM heeft voor dit jaar sanctietrajecten aangekondigd. Curatoren, belangengroeperingen en anderen zullen ingediende claims tegen accountantskantoren proberen te verzilveren en wellicht nog met nieuwe claims komen. Niet al het stof van de financiële crisis is neergedaald. Bovendien zijn er onderzoeken van parlementaire commissies en zal Eurocommissaris Barnier van woorden naar daden gaan.

Kortom: het nieuwe elan is goed, maar mag niet leiden tot zelfgenoegzaamheid. Hetgeen voor mij de kern is die ik haal uit het interview met Wouter Bos. Er is nog genoeg (herstel)werk binnen de accountancy te verrichten. Maar het is ook weleens goed een schouderklopje uit te delen. Wees echter gerust, daar maak ik geen gewoonte van. Mijn motto blijft: vriendelijk waar het kan, streng waar het moet!.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.