Opinie

Voorzitter Accountantskamer

In Accountancynieuws staat een verfrissend en lezenswaardig interview met de voorzitter van de Accountantskamer, Michiel Werkhoven. Hij laat zien dat de tuchtrechter meer zaken kan en wil behandelen dan die inzake het niet naleven van de PE-verplichtingen.

Bijvoorbeeld klachten over interne accountants en overheidsaccountants, die Werkhoven thans nauwelijks voorbij ziet komen. Of zaken aangaande wettelijke controleopdrachten. Fijntjes wijst hij erop dat die laatste er wellicht nog gaan komen als uitvloeisel van de AFM-rapportages.

Werkhoven pleit voor meer machtsmiddelen voor de gevallen waarin accountants ernstig over de schreef zijn gegaan. Zaken bijvoorbeeld waarbij accountants zijn doorgehaald in het accountantsregister, een maatregel die de Accountantskamer in 2010 in totaal zesmaal heeft opgelegd. In dergelijke gevallen zou een vonnis bij voorraad moeten kunnen worden uitgesproken zodat de maatregel direct kan worden uitgevoerd en er niet op de behandeling van en uitspraak in hoger beroep behoeft te worden gewacht.

Uit het interview blijkt dat Werkhoven het jammer vindt dat er weinig inhoudelijk wordt gereageerd op de uitspraken van de Accountantskamer: "We krijgen zo weinig respons terug. Terwijl in onze beslissingen veel gedachten en meningen zijn opgenomen."

Hij wijst er op dat het beroepscollege (College van Beroep voor het bedrijfsleven, CBb) nog niet is toegekomen aan een inhoudelijke behandeling van de uitspraken van de Accountantskamer.

Een discussie over die uitspraken is goed mogelijk. Bijvoorbeeld over de recente uitspraak over de partijdeskundige. De Accountantskamer acht bij het optreden als partijdeskundige Standaard 3000 toepasbaar met als consequenties dat de accountant ook conclusies mag trekken. Anderen - waaronder klagers in de betreffende casus - achten Standaard 4400 in dergelijke situaties van toepassing, met als implicatie dat de accountant geen conclusies zou mogen trekken.

In het kader van een forensisch onderzoek - dat is iets anders dan het hiervoor bedoelde optreden als partijdeskundige, maar qua werkzaamheden zijn er diverse parallellen te trekken - oordeelde het CBb recentelijk (zie http://www.rechtspraak.nl/, LJN BP8461) ook over de toepassing van Standaard 4400.

Het CBb lijkt te oordelen dat bij dergelijke opdrachten het trekken van conclusies uit den boze is: 'Betrokkene heeft, overeenkomstig RAC 4400, uitsluitend feiten vastgelegd zoals deze hem uit de administratie en overige in het onderzoek betrokken bescheiden bleken. Het rapport bevat geen waardeoordelen omtrent het handelen van personen. Hierbij acht het College van belang dat in het rapport in neutrale en kleurloze termen de feitelijke bevindingen zijn weergegeven.'

Mede door deze uitspraak ben ik met Werkhoven nieuwsgierig naar de opvattingen van het beroepscollege, bijvoorbeeld over de kwestie van de partijdeskundige. Prima dus dat de voorzitter van de Accountantskamer naar die opvattingen vraagt. Zoals hij zich op deze site ook op positieve wijze heeft geuit, door op neutrale en toelichtende wijze verduidelijking te geven op momenten dat de discussie onder vakgenoten uit het lood slaat.

Ik schrijf deze blog over het interview om twee redenen.

Ten eerste omdat Werkhoven in het interview ook de wetenschap aanspreekt: die mag zich wat hem betreft vaker later horen. Nu acht ik collega Hans Blokdijk wat dat betreft bij uitstek geschikt en deze reflecteert ook al regelmatig op uitspraken. Maar goed: ik zal Werkhovens oproep in gedachten houden en wat alerter zijn als er een besprekingswaardige zaak voorbij komt. Dit mede gezien de mate waarin stukken op deze site over tuchtrechtelijke uitspraken worden gelezen.

De tweede reden ligt verscholen in een eerdere weblog waarin ik een stuk minder vleiend was over uitingen van de voorzitter van de Accountantskamer. Ik reageerde op diens oproep om meer accountants in plaats van juristen in de Accountantskamer op te nemen. Een oproep die mijns inziens wat vreemd was. Immers, er was net gekozen voor een systeem met meer juristen dan accountants. En Werkhoven had de taak aanvaard hen te leiden.

Wellicht heeft hij zich toentertijd ongelukkig uitgedrukt. Of heb ik hem verkeerd begrepen. Hoe het ook zij: met de Werkhoven van 2011 en diens woorden in het interview kan ik goed uit de voeten. Na mijn eerdere kritische geluiden mag dat dan ook hardop worden gezegd. Bij deze.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.