Twee opmerkingen over het AFM-rapport
Aan het AFM-rapport over het onderzoek bij niet-oob SRA kantoren is inmiddels veel geschreven. Twee constateringen verdienen echter meer aandacht.
Op pagina 9 van het rapport schrijft de AFM:
"[D]e AFM heeft namelijk geconstateerd dat wanneer de externe accountant ervaart dat de controlecliënt belang hecht aan de wettelijke controle en geen druk uitoefent op de prijs van de controle, deze controle vaker van voldoende kwaliteit is. Verder heeft de AFM vaker controles aan gemerkt als 'voldoende' als accountantsorganisaties zich in belangrijke mate richten op het verrichten van wettelijke controles."
De toezichthouder constateert dat de kwaliteit van de controle en de prijs die ervoor wordt betaald positief correleren. Ik herinner mij in dit verband een gesprek met een voorzitter van de audit committee en voormalig cfo van een grote bank die met trots vertelde dat hij de rekening van de accountant met wel 40 procent had weten te verlagen.
Nu ben ik niet tegen concurrentie en tegen de normale prijsdruk die dat oplevert, maar directies en commissarissen kunnen soms ook te ver gaan met het opvoeren van die prijsdruk.
Daar staat tegenover dat ook de accountant, gedreven door commercie, die prijsdruk soms stimuleert en door 'low balling' (extreem lage prijzen offreren) een onvoldoende basis creëert voor een volkomen controle. De kwaliteit van accountantscontrole heeft een prijs!
De tweede opmerking van de toezichthouder die nadere aandacht verdient heeft alles te maken met focus. De kwaliteit van de accountantscontrole neemt toe wanneer de accountant meer ervaring opdoet en zich meer duurzaam op de controlewerkzaamheden kan richten.
Kantoren die incidenteel wettelijke controles verrichten hebben in feite een onvoldoende infrastructuur en basis om de noodzakelijke kwaliteit te krijgen en te onderhouden. Het AFM-rapport maakt duidelijk dat er 144 accountantsorganisaties zijn die tussen de één en vijf wettelijke controles per jaar uitvoeren.
Het zou voor een duurzame en hoge kwaliteit van de accountantscontrole goed zijn wanneer accountants zich zelf realiseren dat bij incidentele wettelijke controles de infrastructuur onvoldoende is en dat zij om die reden deze controles niet zouden moeten uitvoeren.
De commercie zou echter ook hier tot een perverse prikkel kunnen leiden. Dat zou jammer zijn, en onnodig. Voor kleine accountantsorganisaties betekent ‘focus' ook dat zij zouden kunnen excelleren in de samenstel- en adviespraktijk. Daar is niets mis mee.
Gerelateerd
FAR-conferentie over relatie tussen cultuur en controlekwaliteit
De jaarlijkse conferentie van de Foundation for Auditing Research (FAR) staat geheel in het teken van de relatie tussen de cultuur binnen accountantskantoren en...
AFM-jaarverslag: Accountant opereert in 'systeem met kwetsbaarheden'
Het accountantsberoep is volop in transitie, maar tegelijk opereert de accountant in een "systeem met kwetsbaarheden". Wel heeft het beroep "significante stappen"...
FD: Kritische reacties op plan NBA voor uitbreiding bevoegdheden
Het voornemen van de NBA om haar regelgevende bevoegdheden uit te breiden naar accountantskantoren, roept volgens het FD "overwegend kritische reacties op bij experts...
Oob-kantoren: 'AFM-onderzoek OKB's versterkt kwaliteit'
De zes Nederlandse accountantskantoren met oob-vergunning staan positief tegenover de uitkomsten en aanbevelingen van het recente onderzoek van toezichthouder AFM...
NBA wil bevoegdheden uitbreiden naar accountantsorganisaties
De NBA pleit voor "duidelijker verhoudingen en een zuiverder scheiding" tussen de opstellers van regelgeving voor accountants en controle op de naleving daarvan...