Opinie

Kasstroomoverzicht verdient eerlijke kans

'Bedrijven manipuleren cijfers op grote schaal' lazen we onlangs, naar aanleiding van onderzoek door Ernst & Young. Besturen van ondernemingen hebben een grote mate van vrijheid om aan resultaatsturing te doen: opties, inschattingen. En de accountant heeft vaak niet meer dan een marginale toetsing.

Er zijn veel onderzoeken (universitair of door analisten) over winststuring door ondernemingen. De onderzoekers kunnen meestal niet zien waar mogelijk winststuring plaats vindt en concentreren zich daarom op één gebied: de mate waarin ondernemingen gebruik maken van overlopende activa en passiva, accruals in ons vakjargon. En je ziet significante resultaten.

Een van de belangrijkste hulpmiddelen om het overdadig gebruik van accruals te onderkennen, is het kasstroomoverzicht. Daaruit blijkt wat van (gepretendeerd) resultaat uiteindelijk in cash wordt geconverteerd.

Het belang van een kasstroomoverzicht voor inzicht in winststuring is evident. Dat is ongetwijfeld de reden dat de Raad voor de Jaarverslaggeving het kasstroomoverzicht verplicht stelt voor (middel)grote ondernemingen (RJ 360.104).

Zijn we er daarmee? Helaas niet. De Raad kan nadere invulling geven aan normen die in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar worden beschouwd, maar alleen binnen het kader van de wetgeving, zoals het Amsterdamse gerechtshof in de Ahold-arresten duidelijk heeft vastgesteld. De Raad gaat met de 'verplichtstelling' dus buiten zijn boekje.

Maar vereist het inzicht niet toch zo'n overzicht? Volgens het oordeel van de Europese Commissie in elk geval niet: extra inzicht wordt vereist per onderneming, niet generiek.

Evenmin is te anticiperen op nieuwe wetgeving. In het kader van herziening van de 4e/7e EG-richtlijn is het kasstroomoverzicht wel aan de orde geweest, maar meteen weer afgevoerd. En nationaal zien we evenmin een beweging om op dit punt extra regels op te leggen.

Kortom, de Raad voor de Jaarverslaggeving kan wel willen, maar heeft in de praktijk niets te willen.

En dat is spijtig. Maar ook is spijtig dat de Raad niet creatiever is. Want wie is de grootste belanghebbende van een kasstroomoverzicht? Dat zijn aandeelhouders die niet in het bestuur zitten en dus geen toegang hebben tot bedrijfsinformatie, anders dan via de jaarrekening. Zij zijn bij uitstek belanghebbende om te onderkennen of aan winststuring is gedaan.

Omdat de door de Raad afgekondigde generieke verplichting van een kasstroomoverzicht voor alle (middel)grote ondernemingen op onvruchtbare bodem valt, is zo'n overzicht nu voor niemand verplicht.
De Raad zou zich pragmatischer kunnen opstellen en in plaats van zo'n (krachteloze) generieke verplichting het zeer goed verdedigbare standpunt kunnen innemen om een kasstroomoverzicht (specifiek) verplicht te stellen voor ondernemingen met outside-aandeelhouders.

Als de desbetreffende ondernemingen desondanks geen kasstroomoverzicht verstrekken, dan hebben die aandeelhouders een sterk argument om te stellen dat zij in hun specifieke positie worden benadeeld. Een procedure om een kasstroomoverzicht af te dwingen is in die situatie minder kansloos dan in een generieke situatie zonder outside-aandeelhouders.

En als in die situatie dan inderdaad een kasstroomoverzicht kan worden afgedwongen, is verdere ingang van het kasstroomoverzicht beter mogelijk. Bijvoorbeeld in de vorm van een best practice voor deponeringen bij het Handelsregister, wat nu ook zeker niet kan worden afgedwongen op basis van generieke normen.

Kortom, het kasstroomoverzicht verdient een eerlijke kans!

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Jan Achten is BDO- en NBA-pensionaris.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.