Opinie

Ouderwetse afstand weer belangrijker

Wie zei er ook alweer dat geografische afstand in deze moderne tijd geen rol meer speelt? De afgelopen tijd is menigeen hopelijk ontwaakt uit die droom. De pure geopolitiek van Rusland tegenover zijn buurstaten is al behoorlijk ontnuchterend, maar voor accountants dichter bij huis is het snel groeiende verschijnsel reshoring: steeds meer bedrijven halen productie terug uit lagelonenlanden.

Sinds de jaren tachtig verplaatsten Amerikaanse en Europese bedrijven massaal productie naar goedkope landen zoals China en het Oostblok. Volgens recent onderzoek van Boston Consulting Group onder tweehonderd grote Amerikaanse fabrikanten is 21 procent nu echter bezig om delen daarvan weer terug te halen of zullen ze dat binnen twee jaar doen. Een jaar eerder (2012) was dit nog tien procent. En uit onderzoek door TNS Nipo blijkt dat één op de tien Nederlandse ondernemers die eerder activiteiten naar het buitenland verplaatsten, deze nu terug naar ‘huis' haalt. Nog eens vijf procent overweegt dat.

De reden is simpel. Door de snel oplopende loonkosten in een land als China weegt dat kostenvoordeel steeds minder op tegen de nadelen van hogere transportkosten, communicatie- en beheersingsproblemen en cultuurverschillen. Dat was voorspelbaar, en niet alleen achteraf. In 2005 en 2012 schreef ik al eens dat de voordelen van verplaatsing van delen van de productie naar China of India, wel eens heel tijdelijk zouden kunnen blijken. Als de arbeidskosten naar elkaar toe groeien - zoals ze altijd doen - gaat afstand immers weer zwaarder wegen.

Het overbruggen van afstand is weliswaar makkelijker en goedkoper geworden, maar bedrijven handelen en investeren niet voor niets nog steeds bij voorkeur met nabijgelegen landen. Die regionale patronen zullen niet verdwijnen. Integendeel, als de kostenverschillen verder afvlakken zullen ze eerder sterker worden. Vervoer over zesduizend kilometer blijft duurder dan over zestig en het aansturen en beheersen van een Chinese of Indiase productiefaciliteit blijft, ondanks digitale communicatie, veel ingewikkelder, tijdrovender en dus kostbaarder dan eentje om de hoek.

In dat licht is het bevreemdend dat Nederlandse mkb-ondernemers periodiek worden 'wakkergeschud' met onderzoek waaruit blijkt dat ze internationaal 'kansen laten liggen'. Strekking: Nederlandse mkb'ers internationaliseren vooral binnen Europa en te weinig naar groeimarkten verder weg. Merkwaardig, want was de Europese Unie, een van de grootste markten ter wereld, niet juist opgericht voor zo'n regionale oriëntatie?

Om misverstand te voorkomen: natuurlijk kan het lonend zijn om productie naar het buitenland te brengen. Bovenstaande is dan ook allerminst bedoeld om te betogen dat Nederland zich provinciaals moet opstellen, 'naar binnen gekeerd' en zich 'terugtrekkend achter de dijken'. U herkent die uitdrukkingen ongetwijfeld, want ook dat is weer zo'n beeld dat in borrel- en bitterbalomgeving gretig wordt geponeerd. Sommigen menen die ontwikkeling echt te zien. Maar het is aantoonbare onzin, leert een nuchtere blik op de cijfers. Er is zelden een periode geweest waarin Nederland zo op het buitenland was georiënteerd als nu. Gemeten naar wereldwijde verbondenheid is Nederland ‘s werelds nummer één (of op zijn slechtst zes, afhankelijk van de meetmethode), nog voor stadstaat Singapore en het piepkleine Luxemburg. Echt waar. We kijken meer over de grens dan ooit.

Deze bijdrage is ook als column geplaatst in het aprilnummer van Accountant.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Tom Nierop was van november 2001 tot juni 2016 hoofdredacteur van Accountant en Accountant.nl.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.