Opinie

Boetes

"Maar hoe gaan jullie dat dan beoordelen?", vroeg ik aan de medewerker van de Rechtbank. "We bekijken of de bedragen niet te hoog zijn", antwoorde ze. Maar wanneer zijn bedragen dan te hoog?, wilde ik weten. "Nou gewoon, of het niet te veel is."

Dit gesprek voerde ik, als financieel bewindvoerder van mijn schoonzus met een medewerker van de Rechtbank. Mijn schoonzus ging verhuizen naar een nieuwe locatie van de zorginstelling waar ze woont. En omdat je als bewindvoerder vooraf gemotiveerd schriftelijke toestemming moet vragen aan de kantonrechter voor eenmalige/bijzondere uitgave van meer dan  € 1.500 had ik een begroting voor de verhuizing ingediend waarin een aantal stelposten stond. Met die begroting was de rechtbank niet akkoord gegaan. Ik moest een op postniveau gedetailleerde begroting indienen, zodat zij de hoogte van de kosten in detail konden beoordelen.

Mijn schoonzus is precies een maand ouder dan ik en ging op haar dertiende, net als ik, iedere dag op de fiets van Berkel naar Rotterdam, naar de middelbare school. Alleen had zij de pech om op weg naar school aangereden te worden door een dronken automobilist. Na drie maanden coma kwam ze weer bij, maar 'goed' is het nooit meer gekomen. Ze is lichamelijk en geestelijk gehandicapt gebleven voor het leven. Toen haar vader mij twintig jaar geleden vroeg of ik haar geldzaken voortaan wilde regelen, heb ik daar zonder aarzelen 'ja' tegen gezegd.

Niet dat het ingewikkeld is, maar een verantwoordelijkheid is het wel. Mijn schoonzus heeft naast een Wajong-uitkering enig vermogen vanuit een smartengelduitkering. Hoe zorg ik dat ze niets te kort komt? Niet alleen nu, maar tot het einde van haar leven? Ben ik te royaal? Ze moet er verzorgd uitzien, kan heel erg genieten van een vakantie in de zon en ze moet zeker geen erfenis nalaten. Zou ik zuiniger moeten zijn? Ze leeft misschien nog wel veertig jaar en de eigen bijdragen worden alleen maar hoger, wie weet is al het geld straks nodig om basiszorg te regelen.

Op de vraag van de Rechtbank of de bedragen niet te hoog zijn, kan ik geen zinnig antwoord geven. Het is maar net hoe je het bekijkt.

Niet dat ik de vraag niet gerechtvaardigd vind. Toezicht op hoe bewindvoerders omgaan met de financiën van diegene die onder hun bewind staan, is goed. Ze mogen niet frauderen of er een potje van maken. Ik heb niets te verbergen en ik wil me ook graag verantwoorden over de beslissingen die ik naar eer en geweten voor mijn schoonzus neem. Maar wat is het beoordelingskader dat de Rechtbank hanteert? Wat is de norm en hoe wordt die geïnterpreteerd? Wanneer voldoe ik wel en wanneer niet? Heb ik daar zelf nog iets over te zeggen of te vinden? Relevante en gerechtvaardigde vragen voor mij en een ieder die onder een vorm van toezicht staat. Zeker als de consequenties van niet voldoen groot kunnen zijn.

Relevante vragen zeker ook voor het accountantstoezicht. Wanneer voldoe je niet aan de zorgplicht? Is er een verband tussen onvoldoende controles en zorgplicht? Wanneer is het aantal onvoldoende controles te hoog? De AFM geeft antwoord op deze vragen in de op 24 maart 2016 opgelegde boetes aan de big four-kantoren (en de eerder opgelegde zorgplichtboetes). EY en PwC geven in reactie op deze boetes aan vraagtekens te hebben bij de interpretatie van de AFM, Deloitte bestudeert de boete en KPMG geeft niet aan wat ze er van vindt. Duidelijk is in ieder geval dat de kantoren zich niet zonder meer neerleggen bij de boetes.

Is dat te veroordelen of juist te prijzen? Ook hier geldt: het is maar net hoe je ernaar kijkt. Zie je kantoren die hun verantwoordelijkheid ontlopen en niet de consequenties willen dragen van hun falen of zijn de kantoren een speelbal van een autoriteit die haar macht misbruikt om niet rechtvaardige boetes uit te delen?

Wat de intenties ook zijn en hoe je er ook tegen aan wilt kijken, het moet wel opgelost worden wil de sector echt stappen maken. Samen met de sector in dialoog treden met de AFM zoals EY voorstelt, lijkt mij geen reële optie. Een AFM die water bij de wijn gaat doen omdat de sector dat graag wil, misschien niet voor deze boetes maar dan wel voor een volgende keer? Dat gaat ten koste van de geloofwaardigheid van de AFM en van de sector zelf en daar wordt niemand beter van.

Er blijft dus maar één oplossing over: het inschakelen van een onafhankelijke derde en dat betekent in dit geval de boetes voorleggen aan de rechter ter toetsing. Dat kost veel tijd en veel geld en de uitkomst is onzeker, maar dat is dan maar zo.

In deze serie vertelt Marianne van der Zijde, ex-toezichthouder bij de AFM, hoe zij naar de accountancy kijkt, met als doel te helpen jaarrekeningcontroles leuker en beter te maken.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marianne van der Zijde adviseert accountantsorganisaties en is voormalig hoofd toezicht kwaliteit accountantscontrole en verslaggeving van de AFM.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.