Opinie

Driedeling

Het NBA-bestuur verdient een compliment. Er is een serieuze poging gedaan om de feedback van leden en ledenorganisaties op de governance-plannen mee te nemen in een nieuw voorstel. Hoe alles er precies uit komt te zien weet ook het bestuur nog niet. Maar we zitten in de goede richting.

De belangrijkste winst van de voorgestelde aanpassingen is dat meer recht wordt gedaan aan de pluriformiteit binnen onze beroepsorganisatie. De ledengroepen krijgen een steviger vinger in de pap van de ledenraad. Toch zouden wij liever zien dat er een algemeen bestuur komt waarin alle ledengroepen zijn vertegenwoordigd en daarbinnen een dagelijks bestuur, waarin ook niet-accountants zitting nemen. Met voor de ledengroepen een eigen mandaat, beleidsruimte en budget. Een federatie model dus; een keurig model waarvan wij niet begrijpen waarom dat bij sommigen zoveel weerstand oproept. 

Wij hebben meer twijfels bij het voorstel om de ledengroep voor openbaar accountants (LOA) in drieën te delen: de oob-kantoren, de niet-oob's en de 'overige (samenstel)kantoren'. Het is een belangrijke stap voorwaarts dat de NBA erkent dat er ook op kantoorniveau duidelijke verschillen bestaan, en niet alleen tussen individuele accountants. Iedereen heeft een beeld bij een oob-kantoor, zelfs al hebben die ook een grote groep accountants die actief zijn in de niet-oob- of zelfs mkb-praktijk. 

De oude LOA leunde op de mythe dat openbaar accountants meer met elkaar gemeen hebben dan van elkaar verschillen. De nieuwe governance gaat uit van een realistischer beeld.

We zien alleen niet goed in wat de meerwaarde is om binnen de niet-oob praktijk twee verschillende categorieën te hanteren: de niet-oob's en de 'overige (samenstel)kantoren'. Wij vermoeden dat hiermee wordt gedoeld op de middelgrote accountantskantoren die ook wettelijke (en vrijwillige) controles verrichten, versus kleinere kantoren die vooral of geheel een samenstellingspraktijk voeren (al doen die vaak ook vrijwillige controles en vormen van assurance).

Op basis van welke criteria wordt dit onderscheid dan gemaakt? De omvang van de omzet in de controlepraktijk ten opzichte van de omzet uit de samenstellingspraktijk? Een minimaal aantal (wettelijke) controles? Of wordt met de 'overige (samenstel)kantoren' een soort restcategorie bedoeld van (kleine) accountantsorganisaties die alleen samenstellingen doen? 

In onze waarneming is een controlepraktijk - ook als die van beperkte omvang is - een belangrijke borg voor de kwaliteitsbeheersing van de organisatie als geheel. Sterker: wat ons betreft zouden het verschaffen van zekerheid (door controle- en/of assurancewerkzaamheden), adviseren en samenstellen de drie onafscheidelijke competenties van ieder (mkb-)accountantskantoor moeten zijn. Met name door de verdere ontwikkeling van 'assurance op maat' kunnen ook kleine kantoren deze essentiële dimensie van het accountantsberoep nog verder uitbouwen. En daarmee het verschil (blijven) maken ten opzichte van administratiekantoren. 

De nu voorgestelde driedeling sterkt ons in het vermoeden dat het NBA-bestuur wel degelijk een agenda heeft voor de toekomst van de sector en daar met de nieuwe governance op voorsorteert. Wij zien op meerdere terreinen, met name ook in de opleiding, dat er een steeds sterkere scheiding wordt geforceerd tussen 'controlerende' en 'niet-controlerende' accountants.

Andere assurance-activiteiten, maar vooral 'assurance op maat', vormen de loopbrug tussen beide; maar die laatste moeten we dan wel gaan bouwen. Hoe groter het verschil tussen beide wordt, hoe dichter de 'niet-controlerende' accountants tegen de administratiekantoren aanschuiven.  Waarmee het nog maar een kleine stap is om definitief het bord op de gevel te vervangen en bevrijd van klemmende beroepsregels, tuchtrechtelijke sancties, PE-verplichtingen en hoge NBA-contributies als administratiekantoor verder te gaan. 

Dat de NBA deze ontwikkeling stimuleert door de 'samenstellers' in een eigen ledengroep onder te brengen, vinden wij een volledig verkeerd signaal. Het bestuur zou daarom eerlijk moeten zijn over haar visie, die ze nu als een konijn in de hoge hoed verborgen houdt. Of beter uit moeten leggen waarom achter de voorgestelde driedeling geen impliciete agenda schuilt.

Wij worden in onze bange vermoedens gesterkt door de recente bijdrage van NBA-bestuurslid Gabriël van de Luitgaarden. Hij heeft veel moeite met de vragen die wij stellen bij het verplichte lidmaatschap van de accountants in business - die buiten het openbare beroep functioneren maar wel jaarlijks contributie moeten betalen om hun (opleidings)titel te kunnen blijven voeren. Sterker, Van de Luitgaarden suggereert: "Als jullie zo doorgaan, komen jullie zelf aan de beurt, vrinden."  Waarmee hij dan doelt op de achterban van Novak, door hem zelf aangeduid als 'samenstellers'. De 'echte' openbaar accountants zouden in zijn redenering, na een vertrek van de AiB's, kunnen opperen om ook de 'samenstellers' er maar uit te gooien.

Van de Luitgaarden blijkt onze opiniebijdragen niet bepaald nauwgezet te volgen. Want als daarin iets doorklinkt, dan is het wel de voortdurende boodschap dat mkb-accountants zich alleen van administratiekantoren kunnen onderscheiden door meer te bieden dan samenstellen. Ook accountantskantoren die tevreden zijn met een dominante samenstellingspraktijk zouden we voortdurend moeten aanjagen om het 'echte' accountantsvak in ere te houden of om verder te innoveren. Door ook binnen de samenstellingspraktijk het verschaffen van zekerheid aan te (blijven) bieden en nieuwe vormen te ontwikkelen.

Dat mkb-accountants eigenlijk meer zouden lijken op de accountants in business, omdat advisering op fiscaal en bedrijfseconomisch gebied voor hen "zeer belangrijk" zou zijn, zoals Van de Luitgaarden stelt, herkennen wij niet. Advies vormt voor de meeste kantoren een zeer bescheiden deel van de omzet. Gelukkig zien we dat de meeste mkb-accountants zich daar terdege van bewust zijn.

Het dedain waarmee Van de Luitgaarden mkb-accountants gelijkschakelt met 'samenstellers' doet daarom het ergste vermoeden over de manier waarop het NBA-bestuur tegen mkb-accountants aankijkt. Met het creëren van een aparte ledengroep voor deze kennelijk tweederangs accountants in het openbare beroep wordt door het NBA-bestuur de achterdeur alvast op een kier gezet. Alleen wordt die glasheldere strategie nog even in een quasi-onschuldig governancevoorstel verpakt.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marco Moling en Guus Ham zijn respectievelijk voorzitter en directeur van de Nederlandse vereniging van accountants en accountantskantoren (Novak), de belangenvereniging voor mkb-accountants.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.