Opinie

We gaan op fraude-expeditie en de kloof verkleinen

Het is goed dat accountants, extern, intern en 'in business', meer inzicht krijgen in het frauderisico. Gezamenlijk dragen zij bij aan de beheersing van dat risico, elk vanuit hun specifieke rol. De door de NBA verplichte PE-cursus 2019 kan zorgen voor zulk inzicht. Maar wat houdt dat inzicht eigenlijk in?

Uit de controlestandaarden NV COS 315 en NV COS 240 en de wet blijken de formele vereisten rond inzicht in het frauderisico. Maar, zoals de naam al zegt, zijn deze standaarden bedoeld voor de accountantscontrole en daarom gericht op de externe accountant. De bestaande controlerichtlijnen beperken zich tot het ‘wat’ (definitie van het begrip fraude) en het ‘hoe’ (wat je in gevallen waarin fraude wordt verwacht of vermoed, moet doen). Aanbevolen werkzaamheden, specifiek aan de hand van de fraudedriehoek (gelegenheid, druk en rationalisatie), ontbreken vrijwel; vooral wat betreft druk en rationalisatie en juist dat is jammer.

Als je het bij het huidige formele inzicht houdt, dan bereik je wellicht het tegendeel van wat we vermoedelijk willen: het verkleinen van de verwachtingskloof. Je blijft dan immers doen wat je al deed, maar dan meer. Wat zou het mooi zijn een stap verder te gaan. Laten we van de cursus een expeditie maken, waarbij wij ons ook in gebieden begeven die nog vrijwel onontgonnen zijn.

Accountants zijn goed in het gelegenheidsdeel van de fraudedriehoek. Vergelijk die driehoek eens met een ijsberg. Het zichtbare deel, waar zich de gelegenheid en (ter mitigatie) de interne beheersing bevinden, blijft drijven (of juist niet) bij de gratie van de veel grotere niet zichtbare onderkant, waar de menselijke acceptatie van die interne beheersing zich bevindt. Samenspanning bijvoorbeeld vloeit voort uit het onzichtbare deel en frustreert daarmee een functiescheiding in het zichtbare deel. Nu wijten accountants het missen van een dergelijke inbreuk aan een inherente beperking van hun controle. Het maatschappelijk verkeer ziet zo’n misser vaak als falen van de accountant. Zie daar de verwachtingskloof.

Hoe mooi zou het zijn als accountants ook meer inzicht verkrijgen in de immer veranderende, irrationele en onvoorspelbare menselijke geest, die zich aan de onderkant van de ijsberg bevindt en die in bepaalde situaties bijvoorbeeld tot samenspanning leidt. Daartoe verdienen onder meer de morele ontwikkeling van de mens, kennis van criminogene factoren en kennis van gedragsbeïnvloeding de aandacht. Dan kan de frauderisicobeoordeling zich ook echt richten op oorzaken van mogelijke fraude (proactief), in plaats van op de fraude zelf (reactief). Want de gelegenheid maakt niet de dief, maar de druk en de rationalisatie doen dat; de dief maakt de gelegenheid.

De primaire verantwoordelijkheid voor het voorkomen en detecteren van fraude berust bij de met governance belaste personen en het management van de entiteit. De externe accountant kan zich er dus nog op beroepen dat hij daar niet primair verantwoordelijk voor is (ik weet het, zo zwart/wit ligt het niet). Maar voor interne accountants en accountants in business ligt dat anders. Die zijn meestal onderdeel van de organisatie en kunnen daardoor daadwerkelijk behulpzaam zijn met het ondersteunen van verantwoordelijkheden van het hoogste management van de entiteit rondom fraude.

Juist daarom is de komende fraude-expeditie van belang, ter verrijking van juist hun inzichten. En laat de externe accountant er dan ook vooral iets van opsteken. Zodat we met zijn allen de kloof verkleinen.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Peter Schimmel is forensisch accountant bij BDO.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.