Tuchtrecht

Partij gekozen in echtscheidingsprocedure

Een accountant-administratieconsulent neemt stelling in een debat over de financiële draagkracht van een scheidende dga, maar trekt conclusies zonder een deugdelijke grondslag.

Accountantskamer

Zaaknummers:
17/106 Wtra AK
Datum uitspraak:
07 juli 2017
Oordeel:
gegrond
Maatregel:
waarschuwing
Status:
definitief
Vindplaats:
ECLI:NL:TACAKN:2017:40

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

De dga van een onderneming heeft de helft van de aandelen in een bv en ligt in scheiding. De advocaat van zijn (ex-)vrouw vraagt een accountant-administratieconsulent RB eens te kijken naar de concept-jaarcijfers van de bv en de belastingaangifte 2015 van de dga. De cijfers en de aangifte doen namelijk vermoeden dat de dga zichzelf te weinig salaris en/of dividend uitkeert, waardoor de vrouw te weinig krijgt.

De accountant antwoordt dat de dga privé kennelijk 55 mille heeft opgenomen naast zijn loon en over de jaarcijfers schrijft hij onder meer dat:

  • hij de pensioendotatie van 32.643 euro erg hoog vindt bij een salaris van 75.000 euro;
  • in 2014 voor 13.205 euro aan pensioen is vrijgevallen;
  • de bv in 2015 en 2014 enkele leningen flink heeft afgewaardeerd, terwijl de bv in 2015 een positief resultaat haalde van 203.670 euro, zodat je kunt afvragen of de afwaardering dan wel reëel is;
  • in 2015 het totale resultaat van de deelnemingen 425.000 euro bedraagt en een andere 50 procent-aandeelhouder hiervan een bedrag van 116.000 euro krijgt;
  • de managementvergoeding in 2015 zonder nadere verklaring 88.000 euro lager is dan in 2014;
  • de bv van de andere aandeelhouder in 2015 wel dividend heeft uitgekeerd, wat de vraag oproept of de management fee is omgezet in dividend;
  • voor een goed inzicht ook de jaarrekeningen van de dochters uit het voorgaande jaar zouden moeten worden bekeken;
  • de bv in 2015 een resultaat na belastingen heeft van 94.266 euro en in 2014 een resultaat van 177.868 euro had en de accountant daarom de conclusie van de advocaat onderstreept dat het salaris van de dga hoger zou kunnen zijn dan wat hij heeft opgenomen.

De advocaat zegt in de echtscheidingsprocedure dat de dga zich qua draagkracht een hoger salaris had kunnen laten uitkeren en dat de accountant die mening onderschrijft.

De dga is niet geamuseerd en mailt aan de accountant dat zijn constatering onjuist was. Hij zal de directie van het accountantskantoor daarop aanspreken. Pas als de dga dreigt met een tuchtklacht komt het tot een overleg met de compliance officer.

Volgens de dga had de accountant de advocaat moeten terugschrijven dat hij op basis van de beschikbare gegevens geen antwoord kon geven. De accountant heeft twee maanden na zijn antwoorden gesproken met de accountant van de dga. In dat gesprek is informatie uitgewisseld over de omvang van het salaris en de verdiencapaciteit van de bv. Afgesproken werd dat de AA aanvullende informatie kon opvragen via de advocaat.

De dga dient een klacht tegen de accountant in bij de Accountantskamer.

Klacht

De accountant:

  • heeft bij de beantwoording van de vragen onzorgvuldig gehandeld door geen hoor- en wederhoor toe te passen en zonder voorbehoud een conclusie te trekken;
  • is niet zorgvuldig omgegaan met de afhandeling van het verzoek om de informatie die de advocaat had ingebracht in de gerechtelijke procedure te rectificeren noch met de klacht die de dga hierover indiende bij het accountantskantoor.

Oordeel

De klacht is gegrond.

Antwoorden accountant

De accountant heeft in zijn schriftelijke reactie niet toegelicht op welke basis hij deze opdracht ter hand genomen en aan welke bepalingen hij zich bij zijn rapportage heeft gehouden. Het lijkt erop dat hij NVCOS 4400 heeft gehanteerd. Los van de vraag of dat de toepasselijke standaard is blijft het algemene uitgangspunt voor de werkzaamheden dat:

  • de accountant zich moet houden aan de gedrags- en beroepsnormen die voortvloeien uit de VGBA;
  • zijn conclusies een deugdelijke grondslag moeten hebben, met name als de rapportage ook gebruikt zal worden in een gerechtelijke procedure of dat de accountant in ieder geval bedacht moet zijn op zulk gebruik.

De accountant heeft de conclusie van de advocaat “onderstreept” en dat is meer dan een feitelijke bevinding. Op de zitting heeft de accountant beaamd dat hij mogelijk niet de juiste bewoording heeft gekozen, maar er ook op gewezen dat hij pas een definitieve conclusie kon trekken als hij de gewenste informatie zou ontvangen.

Volgens de Accountantskamer heeft de accountant in het antwoord echter geen duidelijk voorbehoud gemaakt wegens noodzakelijk nader onderzoek. De accountant heeft terecht zelf aangegeven dat hij nog nader onderzoek moest verrichten om de genoemde conclusie te kunnen trekken. Door dat achterwege te laten, heeft:

  • de rapportage op dat punt geen deugdelijke grondslag;
  • de accountant zijn professionele dienst niet nauwgezet en grondig uitgevoerd;
  • de accountant in strijd gehandeld met het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid.

De accountant wist dat de advocaat hem de vragen stelde in het kader van een lopende echtscheidingsprocedure en had zich daarom moeten realiseren dat zijn reactie in die procedure zou kunnen worden gebruikt. Hij had daarom extra moet letten op een juiste formulering.

Het fundamentele beginsel van integriteit eist dat een accountant eerlijk en oprecht optreedt. Als een ander zijn informatie onjuist presenteert, moet de accountant volgens artikel 10 VGBA al het redelijke doen om de beoogde gebruikers van de informatie in te lichten over zijn werkelijke betrokkenheid.

Toen de accountant vernam dat de advocaat zijn reactie te stellig en puntig - en dus onjuist - had weergegeven in de gerechtelijke procedure had hij bijvoorbeeld de dga, de advocaat en/of de rechtbank op de hoogte moeten informeren over de feitelijke reikwijdte van de conclusie in zijn e-mail. De accountant kan nu wel beweren dat de rechter had kunnen lezen dat hij terughoudend was met zijn conclusie. Maar de advocaat had al een vertekend beeld gegeven van de reactie van de accountant, zodat de accountant een toereikende maatregel had moeten treffen.

Afhandeling klacht

De compliance officer van het kantoor heeft de afhandeling van de klacht ter hand genomen omdat dit zijn verantwoordelijkheid betrof. De accountant was hiervoor niet verantwoordelijk.

Maatregel

Waarschuwing.

Annotatie Lex van Almelo

Dit is het zoveelste geval waarin een accountant zich onbedoeld voor het karretje van een advocaat laat spannen in een gerechtelijke (echtscheidings)procedure. En opnieuw hamert de tuchtrechter erop dat conclusies een deugdelijke grondslag moeten hebben, zeker als je op je vingers kunt natellen dat die worden gebruikt in een gerechtelijke procedure.

Dat betekent dat de accountant eerder contact had moeten opnemen met de huisaccountant van de dga en/of hoor en wederhoor had moeten toepassen bij de dga zelf. Accountants zouden dit na de vele uitspraken hierover onderhand wel mogen weten. Als de conclusies niet goed kunnen worden gefundeerd, maak dan een voorbehoud dat niet mis te verstaan is.

Accountants kunnen er trouwens onderhand ook wel op bedacht zijn dat advocaten vaak zeer selectief omgaan met feiten en conclusies. Houd dus in de gaten wat die doet met de bevindingen en conclusies en zet een en ander zo nodig recht bij de rechter, de betrokken personen en andere gebruikers van de rapportage.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.