Tuchtrecht

Dubieuze conclusies door nalaten hoor en wederhoor

Een registeraccountant onderzoekt ten behoeve van een civielrechtelijke procedure het werk en de facturen van een administratiekantoor, maar past daarbij bewust geen hoor en wederhoor toe. Zijn rapportage heeft geen deugdelijke grondslag.

Accountantskamer

Zaaknummers:
17/414 Wtra AK
Datum uitspraak:
14 juli 2017
Oordeel:
gegrond
Maatregel:
berisping
Status:
definitief
Vindplaats:
ECLI:NL:TACAKN:2017:42

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een administratiekantoor doet de administratie van een onderneming, stelt daarvoor de jaarrekeningen samen en verzorgt de belastingaangiften. Na een meningsverschil stopt het kantoor hiermee en beroept zich op het retentierecht.

De onderneming stapt over naar een ander kantoor, dat de werkzaamheden uitbesteedt aan een ‘Consultancy Groep’ waaraan een registeraccountant is verbonden. Op verzoek van de onderneming neemt de accountant contact op met het administratiekantoor, dat dreigt een advocaat in te schakelen om het openstaande bedrag te innen. De uitbaatster van het kantoor wil echter geen informatie verstrekken aan derden.

De onderneming geeft de accountant de opdracht ‘overeengekomen specifieke werkzaamheden met betrekking tot de financiële administraties’ te verrichten en te onderzoeken of het administratiekantoor zijn werk goed heeft gedaan en de facturen juist zijn. De accountant geeft toestemming om zijn rapport te gebruiken in de civiele procedure, waarin de onderneming een schadevergoeding eist van het administratiekantoor.

Het administratiekantoor dient een klacht tegen de accountant in bij de Accountantskamer.

Klacht

In het rapport van de accountant staan verschillende conclusies die geen deugdelijke grondslag hebben.  

Oordeel

Mede gezien de omschrijving van de opdracht en het opschrift van het rapport heeft de accountant de opdracht willen uitvoeren volgens NVCOS 4400. Op de zitting heeft hij echter erkend dat het rapport vol staat met aannames en conclusies, die niet thuishoren in een NVCOS 4400-rapport.

In een rapport van een accountant moeten conclusies een deugdelijke grondslag hebben, zeker als het de bedoeling is het rapport te gebruiken in een gerechtelijke procedure. Die deugdelijke grondslag krijg je in een geval als dit niet zonder hoor en wederhoor. De accountant heeft dit echter bewust nagelaten omdat hij daarvan naar eigen zeggen niets verwachtte na één telefoongesprek en één e-mailcontact met het administratiekantoor.

Toen hij het rapport opstelde wist de accountant dat de onderneming een gerechtelijke procedure tegen het administratiekantoor zou beginnen en dat het rapport daarin een belangrijke rol zou gaan spelen. Hij heeft toestemming gegeven het rapport in die procedure in te brengen. In de slotopmerkingen van het rapport beklemtoont de accountant dat hij zich beperkt tot de hoofdlijnen van wat de uitbaatster van het administratiekantoor heeft gedaan dan wel nagelaten voor de onderneming. Hij heeft het onmiskenbaar persoonsgerichte karakter van zijn rapport genegeerd.

Bovendien heeft de accountant dubieuze conclusies getrokken over de toepassing van het retentierecht, waarover hij als accountant geen expertise heeft. Daar komt bij dat niet vaststond dat het administratiekantoor inderdaad de originele stukken van de onderneming heeft achtergehouden. De accountant had dit met hoor en wederhoor kunnen en moeten vaststellen.

Over de “aard en reikwijdte van de verrichte werkzaamheden” schreef de accountant dat aan de rapportage “uitsluitend zekerheid kan worden ontleend” over de aspecten die hij heeft onderzocht. Daarmee suggereert de accountant dat hij een zekere mate van assurance heeft willen verstrekken – zonder te zeggen hoeveel – en dat gaat de scope van NVCOS 4400 verre te buiten. Als hij echt assurance wilde geven, dan had hij NVCOS 3000 moeten volgen.

De accountant heeft het rapport niet “vakbekwaam en zorgvuldig” opgesteld.

Maatregel

Berisping.

Annotatie Lex van Almelo

De Accountantskamer hamert op enkele punten, die inmiddels tot de vaste tuchtrechtspraak behoren:

  • conclusies in een accountantsrapport moeten een deugdelijke grondslag hebben;
  • als je conclusies trekt in een rapport, waarmee je een zekere mate van assurance wilt geven, moet je NVCOS 3000 hanteren in plaats van NVCOS 4400. En als het rapport in een gerechtelijke procedure wordt gebruikt, geeft je al gauw assurance;
  • als er persoonsgerichte aspecten aan het onderzoek zitten en je conclusies trekt, is hoor en wederhoor vrijwel altijd noodzakelijk om een deugdelijk grondslag te krijgen (zie bijvoorbeeld ook hier).

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.