Tuchtrecht

Aandelen stiekem gewaardeerd bij conflict

Een accountant-administratieconsulent waardeert op verzoek van één der bakkeleiende aandeelhouders de aandelen van een bv zonder de andere aandeelhouder in te lichten. Ook 'kijkt hij af en toe mee' bij de samenstelopdracht, die zijn vrouw uitvoert voor die andere aandeelhouder.

Accountantskamer

Zaaknummers:
19/1209 Wtra AK
Datum uitspraak:
02 maart 2020
Oordeel:
deels gegrond
Maatregel:
berisping
Status:
deels vernietigd, CBb 5 april 2022, 20/347 en 20/357
Vindplaats:
ECLI:NL:TACAKN:2020:22, Samenvatting CBb-uitspraak

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een accountant-administratieconsulent is partner bij een accountantskantoor. Zijn echtgenote exploiteert een administratiekantoortje, dat de jaarrekening samenstelt en de vpb-aangiftes verzorgt voor diverse bv’s van een ondernemer. Van één van die bv’s is de ondernemer samen met een andere dga de eigenaar.

Het administratiekantoortje heeft via het accountantskantoor een licentie voor Exact Online. Het kantoortje stelt de jaarrekeningen van de bv op met de rapportgenerator van het accountantskantoor en gebruikt voor het deponeren van de jaarrekeningen van de bv het computersysteem van het accountantskantoor.

De medeaandeelhouder van de gemeenschappelijke bv richt januari 2016 een nieuwe bv op. Twee jaar later stopt het administratiekantoortje met de werkzaamheden voor eerstgenoemde ondernemer als blijkt dat deze een conflict heeft met de medeaandeelhouder.

Medio 2018 laat de medeaandeelhouder de accountant weten dat hij niet meer wil samenwerken met de ondernemer. De medeaandeelhouder vraagt de accountant of deze kan aangeven hoeveel de aandelen in de gemeenschappelijke bv waard zijn. De accountant maakt een beknopte berekening op basis van de DCF-methode; de berekening dient als een eerste opzet.

In oktober 2018 worden de ondernemer en de medeaandeelhouder het eens over de punt achter hun samenwerking. De medeaandeelhouder neemt het aandelenbelang van de ondernemer in de gemeenschappelijke bv over en hernieuwt de opdracht van het administratiekantoor om samenstel- en aangiftewerkzaamheden voor deze bv te doen.

De ondernemer meent dat hij schade heeft geleden door het optreden van de accountant, omdat de aandelen te goedkoop zijn verkocht. Hij stelt zowel het accountants- als het administratiekantoor aansprakelijk en dient een klacht tegen de accountant in bij de Accountantskamer.

Klacht

De accountant heeft:

a. de medeaandeelhouder geadviseerd een nieuwe bv op te richten, terwijl hij kon weten dat dit tot problemen tussen de aandeelhouders zou leiden;

b. als accountant van de gemeenschappelijke bv niet opgetreden tegen fraude en medewerking verleend aan het samenstellen en deponeren van misleidende jaarrekeningen;

c. de jaarrekening van de gemeenschappelijke bv te laat gedeponeerd, dit niet gemeld en niet gewaarschuwd voor de gevolgen daarvan;

d. fouten opgenomen in de jaarrekening 2016 van de bv;

e. de aandelen van de bv te laag gewaardeerd, zijn betrokkenheid daarbij geheim gehouden en bedreigingen voor zijn objectiviteit genegeerd;

f. de toepasselijke regelgeving genegeerd.

Oordeel

Klachtonderdeel f is gegrond, klachtonderdeel e is deels gegrond en de rest van de klacht is ongegrond.

Gefilterde feiten

Volgens vaste rechtspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (zie onder meer deze uitspraak) moet de Accountantskamer bij een klacht de feiten vaststellen voor zover dat dienstig is voor de beoordeling van de klacht. De tuchtrechter hoef irrelevante feiten niet te betrekken bij de feitenvaststelling. Niet alle feiten die de klager aanvoert, hoeven dus in de uitspraak te worden opgenomen. De Accountantskamer gaat niet in op alle feiten en argumenten uit de uitvoerige pleitnota van de klager.

Ad a Oprichtingsadvies

Dit verwijt is onvoldoende onderbouwd.

Ad b, d en f Jaarrekening

De bv was klant van het administratiekantoor, maar de accountant was zo betrokken bij de uitvoering van de opdracht en de besprekingen daarover dat hij feitelijk verantwoordelijk was voor de samenstel- en advieswerkzaamheden. Dat zijn betrokkenheid niet was verdisconteerd in de prijs die het administratiekantoor had afgesproken, maakt daarbij niet uit. Het ging om werkzaamheden waarbij vakbekwaamheid van een accountant is toegepast. Dus alle fundamentele beginselen van de VGBA daarop zijn van toepassing en op de samenstellingswerkzaamheden ook de bepalingen van Standaard 4410.

Het klachtdossier biedt te weinig aanknopingspunten om vast te stellen of de jaarrekening 2016 inderdaad onjuistheden bevat. De accountant kon dat vanuit zijn positie ook niet goed vaststellen. Hij werkte immers niet voor het administratiekantoor en was dus formeel niet betrokken bij de opdracht van de bv. Op de zitting heeft hij gezegd dat hij “af en toe meekeek” bij de samenstelwerkzaamheden en zo nodig vragen beantwoordde.

Op deze manier heeft hij Standaard 4410 niet juist ingevuld, terwijl dat voor deze accountantswerkzaamheden wel moest. Het is de vraag of hij op deze manier voldoende inzicht in de bv had. Hij beschikte in ieder geval niet over de vereiste documentatie en de aansluiting daarvan op de jaarrekening. Als gevolg daarvan heeft hij het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid niet nageleefd.

Ad c Deponeren jaarrekening

Dit klachtonderdeel is onvoldoende onderbouwd. Het opmaken en publiceren van de jaarrekening is de verantwoordelijkheid van het bestuur van de vennootschap. De vennootschap kan het publiceren van de jaarstukken uiteraard overlaten aan een accountant. Maar daarover moeten dan wel concrete afspraken worden gemaakt. Dat is hier niet gebeurd.

Ad e Waardeberekening

Het administratiekantoor heeft de werkzaamheden voor de gemeenschappelijke bv begin 2018 gestaakt. Vanaf dat moment was dan ook geen sprake meer van een cliëntrelatie tussen het administratiekantoor en die vennootschap. Toch heeft de medeaandeelhouder de accountant gevraagd de waarde van het aandelenpakket van de bv te berekenen. De ondernemer is daarvan niet op de hoogte gebracht, terwijl deze op dat moment nog aandeelhouder en bestuurder van deze bv was.

De accountant wist op dat moment dat beide bestuurders onenigheid hadden en had de bedreiging voor zijn objectiviteit moeten onderkennen. De afweging - dat de ondernemer geen klant (meer) was en dat het slechts ging om een indicatie van de waarde en geen officiële rapportage - is onvoldoende. De accountant heeft niets gevraagd over de bedoeling van het stuk. Dat hij de aandelen willens en wetens te laag heeft gewaardeerd, is echter niet aangetoond.

Maatregel

Berisping. De accountant heeft zich onder de vlag van het administratiekantoor van zijn echtgenote bemoeid met de samenstellingsopdrachten en advisering van haar klant. Hij heeft zijn verantwoordelijkheid als accountant voor die werkzaamheden niet of onvoldoende onder ogen gezien. Ook heeft hij onvoldoende gedaan tegen de bedreigingen voor zijn objectiviteit. Daardoor heeft hij in strijd gehandeld met het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid.

In zijn voordeel wordt meegewogen dat hij blijkens zijn verklaring op de zitting heeft geleerd van deze kwestie en dat hij geen bemoeienis meer heeft met het bedrijf van zijn echtgenote. Die heeft de activiteiten van het administratiekantoor door deze zaak namelijk beëindigd.

Annotatie Lex van Almelo

Af en toe over de schouder van je vrouw ‘meekijken’, terwijl zij met haar administratiekantoor een samenstelopdracht uitvoert voor een ondernemer, die ruzie heeft met een klant van jouw accountantskantoor. Vanuit die positie vragen beantwoorden van jouw klant. Voor die klant een berekening maken van de aandelen in de vennootschap die deze heeft met de andere ondernemer. Omdat de twee uit elkaar willen. Maar wel achter de rug van die ondernemer om. En dan vervolgens zeggen dat je niet de accountant van die ondernemer was.

Dat kan dus niet. Zeker niet als dat meekijken er feitelijk op neer komt dat je verantwoordelijk bent voor de samenstelopdracht. Maar dat je er anderzijds weer onvoldoende bij betrokken bent om te kunnen zien of er fouten in de jaarrekening staan. Zo aan het elastiek van een samenstelopdracht hangen kan volgens Standaard 4410 niet. Terwijl deze standaard bovendien voorschrijft dat je voldoende documentatie hebt die aansluit op de jaarrekening. Omdat de accountant die niet had, heeft hij het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid niet nageleefd. Want omdat het hier gaat om werkzaamheden waarvoor accountantsdeskundigheid wordt toegepast, zijn de fundamentele beginselen van toepassing.

Zo ook dat van objectiviteit. Door een (globale) berekening te maken van de aandelenwaarde voor één van de bakkeleiende partijen, zonder die ander daarin te kennen, heeft de accountant de bedreiging voor zijn objectiviteit onvoldoende onderkend en gepareerd.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.