Pensioenen

Accountantsvereniging de mist in met pensioenadvies

Werkgevers negeren vaak de arbeidsrechtelijke aspecten van pensioenregelingen. Van accountants zou je meer verwachten, maar wanneer een flinke groep accountants moet overstappen op een nieuwe pensioenaanbieder gaat er toch veel mis.

Paul van der Heide

Telkens weer verbaast het mij met hoeveel gemak werkgevers om de arbeidsrechtelijke aspecten van pensioen heenlopen. Op zich kan ik mij er nog iets bij voorstellen; als werkgever heb je natuurlijk je focus op je core business. Dat is nou eenmaal niet de pensioenovereenkomst met je personeel.

Van accountants zou je anders mogen verwachten, of niet? Immers, zij zouden moeten weten dat het arbeidsrecht hele speciale voorwaarden verbindt aan het wijzigen van arbeidsovereenkomsten. En diezelfde voorwaarden worden op grond van de Pensioenwet geïncorporeerd in pensioenregelingen.

Stoppen pfa

Wat is nu het geval. Accountants hebben een pensioenfonds voor de accountancy (pfa). Een vrijwillig fonds, dus aansluiten hoeft niet. Het fonds heeft wat problemen, eigenlijk al jaren lang en het heeft besloten te stoppen per 1 juli. De aangesloten werkgevers (nog tweehonderd, met voornamelijk middelloon pensioentoezeggingen) zijn op papier geïnformeerd.

Maar ook middels een goed informatief, maar toch slaapverwekkend webinar. In dit webinar wordt verteld dat de aangesloten werkgevers zich kunnen melden bij het APF van Aegon, STAP. Uiteraard wordt terloops opgemerkt dat er ook andere aanbieders zijn, doch het seminar blijkt min of meer samen opgezet te zijn met STAP.

Arbeidsrechtelijke aspecten

In de eerste plaats valt op, dat weliswaar wordt opgemerkt dat de overgang ook met het personeel moet worden besproken, doch op geen enkele wijze wordt dieper ingegaan op de arbeidsrechtelijke aspecten die hierbij gelden. Laat staan dat wordt ingegaan op de wijze waarop deelnemers moeten worden voorgelicht.

In het kader 'Ticking the box' geef ik een paar arbeidsrechtelijke checkpunten waaraan voorlichting over de overgang van een pensioenregeling in ieder geval moet voldoen. In de tweede plaats denk ik dat het advies van het pensioenfondsbestuur wel eens een advies zou kunnen zijn in de zin van de Wet financieel toezicht (Wft). Dat is een vraag waar de AFM wellicht in geïnteresseerd zal zijn; ik kan het antwoord niet geven.

Risico's

Maar nu wordt mijn verbazing nog veel groter. Een beroepsvereniging die ik niet nader bij naam zal noemen, heeft onlangs een mantelovereenkomst gesloten met een verzekeraar. Dat wil zeggen, eigenlijk geen verzekeraar, doch een bijzondere pensioenuitvoerder, namelijk een PPI onder de naam Brand New Day. Brand New Day is beslist een van de meest actieve PPI's die we in Nederland kennen, doch zoals elke PPI heeft het zijn beperkingen. Een PPI kan alleen beschikbare premieregelingen sluiten.

Op zich niets mis mee, maar het accountants pensioenfonds kent voornamelijk middelloonregelingen. Bij een middelloonregeling lopen de deelnemer geen enkel risico. Bij beschikbare premieregelingen lopen de deelnemers alle mogelijke risico's. Risico's zijn in dit kader: beleggingsrisico, risico van de rentestand op de pensioendatum en langleven-risico. Dat laatste houdt in, dat de toename van de levensverwachting tot een lager pensioen leidt. Van alle deelnemers die vandaag de dag met pensioen gaan en een beschikbare premieregeling hadden, heeft zonder uitzondering iedere gepensioneerde een tegenvallend pensioen.

Concrete aanbeveling

Tot op heden blijkt een beschikbare premieregeling dus nogal een groot risico. Op zich prima om de risico's uit een pensioenregeling door de werknemers te laten lopen, maar het vergt wel heel veel arbeidsrechtelijke zorgvuldigheid.  Zoals gezegd sluit de niet nader genoemde beroepsvereniging voor accountants een mantelovereenkomst met Brand New Day. Ik kan dit niet anders zien dan een concrete aanbeveling van een concreet product bij een concrete aanbieder. Dat is in de Wft expliciet gedefinieerd als een activiteit in de zin van de Wft.

Verwarring

Daarnaast ben ik echt in verwarring. Voor dezelfde, of lagere premie dan bij het accountantspensioenfonds, kun je je ook aansluiten bij een paar pensioenfondsen waar ook accountants hun regeling onder kunnen brengen. Dan heb je een pensioenregeling met een hogere pensioenwaarde (middelloon met een reëel perspectief op indexatie) voor de deelnemers en dat tegen een lagere premie dan bij het pensioenfonds voor accountants.

Let wel: ik doe geen aanbeveling voor het onderbrengen van een pensioen bij een van deze fondsen, maar als ik het actuarieel bekijk is het een optie die beslist moet worden bekeken. Sterker nog, als een deelnemer bij een van deze fondsen deelneemt aan een beschikbare premieregeling, is zijn pensioen vanuit actuarieel perspectief afhankelijk van een aantal punten soms zelfs tweehonderd procent waard van een pensioen bij een verzekeraar of PPI. Het zal u duidelijk zijn, ik heb een persoonlijke mening over de aanbeveling van deze beroepsvereniging.

Ticking the Box

Oftewel, het afvinken van een checklist. Wat moet je in ieder geval verifiëren bij een wijziging van de pensioenregeling?

  1. Is duidelijk besproken dat de werkgever een stijgende pensioenlast niet kan gebruiken als argument voor eenzijdige wijziging? Het moet dus altijd in een eerlijk overleg. Als dat niet gebeurd is, komt het later als een boemerang terug op de werkgever.
  2. Is een berekening gemaakt waarbij de vergelijking tussen de oude en de nieuwe pensioenregeling ook is doorgerekend op basis van een reëel scenario loonstijgingen?
  3. Kunnen de werknemers de verzekering van het nabestaandenpensioen ook over de achterliggende jaren inkopen?
  4. Is het effect van verlies van pensioenopbouw door toename van de levensverwachting inzichtelijk gemaakt, bijvoorbeeld door inzicht te bieden wat de uitkering is als de levensverwachting op de pensioendatum met een aantal jaren is toegenomen? De werknemer loopt dit risico immers.
  5. Heeft een vergelijking plaatsgevonden met pensioenfondsen die vergelijkbare regelingen bieden als het Pensioenfonds voor accountants voor zelfs een lagere premie?
  6. Heeft de informatieverstrekking op een zodanige wijze plaatsgevonden dat de deelnemer begrijpt wat de wijzigingen voor hem/haarzelf betekenen? Het uitsluitend verstrekken van algemene informatie met betrekking tot de oude en nieuwe regelingen is niet voldoende.
  7. Hebben de deelnemers ingestemd met de wijziging en is hen voldoende tijd gegeven om de verstrekte informatie te doorgronden, met hun eventuele partner te overleggen, met een eigen adviseur te bespreken en om nadere vragen aan de werkgever te stellen?

Paul van der Heide is hoofd Pensioenjuristen en actuariële diensten bij Hermans & Partners.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.