Frauduleuze bestuurder wordt harder aangepakt
Malafide bestuurders van bedrijven moeten harder en effectiever worden aangepakt.
De Tweede Kamer steunt twee wetsvoorstellen daartoe van minister Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie), bleek woensdag tijdens een debat over faillissementsfraude. Zo komen in het strafrecht meer mogelijkheden om fraudeurs te vervolgen, ook als een bedrijf nog niet daadwerkelijk failliet is. Bovendien kan een bestuursverbod worden opgelegd aan betrokkenen zodat zij maximaal vijf jaar lang geen 'rechtspersoon' meer mogen besturen.
De partijen willen de witteboordencriminaliteit graag beter kunnen bestrijden. Ze wezen erop dat faillissementen niet alleen schadelijk zijn voor de economie maar ook voor veel mensen die hun baan kwijtraken. Als er fraude in het spel is, is dat extra schadelijk en pijnlijk, vinden ze.
In het strafrecht komt de mogelijkheid om fraudeurs aan te pakken die opzettelijk geen administratie hebben gevoerd. Nu is het vaak lastig om in dit soort gevallen de fraude te kunnen bestraffen en geld te kunnen terugvorderen.
Een civiel verbod om opnieuw leiding te geven, kan alleen worden opgelegd als de bestuurder bijzondere verwijten te maken zijn. Zo moet aangetoond zijn dat het wanbeleid tot het faillissement heeft geleid of als er zeker drie faillissementen zijn in drie jaar tijd. Maar het verbod kan ook worden opgelegd als schuldeisers doelbewust zijn benadeeld, als bedrijfsvermogen is weggesluisd of als er sprake is van zelfverrijking.
In de nieuwe wetgeving staat ook dat curatoren voortaan verplicht zijn om een onregelmatigheidsonderzoek uit te voeren bij een failliet bedrijf dat zij onder beheer krijgen. Daarvan moet vervolgens verslag worden gedaan aan de rechter-commissaris. De positie van de curator zal vanwege deze extra wettelijke taak versterkt moeten worden in een nieuwe wet, die Van Der Steur later dit jaar naar de Kamer zal sturen.
Bron: ANP