Nieuws

Rondetafel structuurmodellen: niet alleen zwart-wit

Een warenhuis van diensten, of toch audit only? Hoe zit het met de inzet van specialisten bij de controle? En moet een onafhankelijke instantie grote controleopdrachten toewijzen? De NBA organiseerde een rondetafelsessie over structuurmodellen.

Marc Schweppe

De reactietermijn op het eind december 2017 gepresenteerde Green Paper Structuurmodellen Accountancy loopt bijna af, maar het aantal reacties is tot nu toe beperkt, aldus NBA-directeur Berry Wammes. Waar zitten de witte vlekken in de green paper, wat moet er nog onderzocht worden? Dat was het uitgangspunt voor de besloten rondetafelsessie van 26 maart. Vertegenwoordigers van de sector, wetenschappers en externe stakeholders gaven commentaar op het consultatiedocument over business-, partner- en verdienmodellen in de openbare praktijk.

Businessmodel

Te zwart-wit, was een veelgehoord commentaar op de beschrijving van het businessmodel in de green paper. Naast de beschrijving van de huidige multidisciplinaire organisatievorm wordt alleen een audit only variant gepresenteerd. "De grijsvormen lijken te verdwijnen", aldus GroenLinks Tweede Kamerlid Bart Snels. 

Kun je in een audit only model de kwaliteit wel voldoende borgen? Voor een kwalitatief goede audit moet je immers ook andere disciplines inschakelen, zoals it-ers en waarderingsspecialisten. "De beste specialisten willen ook op een andere manier in de markt actief zijn, niet alleen als onderdeel van een audit team", meende Ad van Gils (PwC). Ook zijn collega Arjan Brouwer zette vraagtekens bij het audit only model. "Het kan de benoemde risico's van het huidige model wegnemen, maar daar komen andere issues voor terug. Wat gaat een register valuator na de rol in het audit team doen tussen april en oktober?"

Volgens Martijn Bos (Eumedion) is het juist verwarrend als een specialistische adviseur na een rol in het audit team vervolgens negen maanden per jaar vanuit ondernemingsperspectief opereert. Brouwer zag dat minder zwart-wit: "Ik ga een bedrijf als adviseur niet iets adviseren wat ik als accountant niet zou accepteren. Ik heb mijn professionele eer."

VEB-directeur Paul Koster pleit naar eigen zeggen al tien jaar voor een audit only model, "maar ik moet de tomatenvlekken nog steeds uit mijn pak krijgen". Hij vond dat ook de specialisten vast onderdeel van het audit team moet zijn. Daarnaast vroeg Koster aandacht voor de snelle technologische ontwikkelingen, die de aard van de audit aanzienlijk veranderen. Van Gils zag dat ook en noemde technologie een nieuwe "intrinsieke kwaliteit" van de accountant, die door sector meer moet worden omarmd.

Hans Gortemaker (Erasmus Universiteit) benadrukte dat andere diensten wel verwantschap moeten hebben met audit. "Zorg dat assurance een substantieel deel van je activiteiten invult. Je moet niet ongebreideld de adviespraktijk uitbreiden en proberen met je legal diensten groter te worden dan Allen & Overy." De bijdrage van audit aan de winst van de organisatie is een aspect dat in een white paper beter aan de orde moet komen, meenden diverse aanwezigen.

Verdienmodel

Het huidige verdienmodel kent risico's rondom elementen als onafhankelijkheid, budgetdruk en een te nauwe relatie met de opdrachtgever. Is het denkbaar dat een overheidsinstantie audits toewijst aan de verschillende marktpartijen, vroeg het gezelschap zich af. In Schotland en Nieuw-Zeeland heeft zo’n oplossing een positief effect op de auditkwaliteit, aldus Brouwer. Volgens Olof Bik (Nyenrode, Foundation for Auditing Research) is het typisch een thema voor FAR om te onderzoeken, bijvoorbeeld via een beperkt experiment.

Anno nu wordt de opdracht aan de accountant al verstrekt door de raad van commissarissen of het audit committee, meenden sommigen. Dat geeft toch ook waarborgen? Volgens Rients Abma (Eumedion) is dat te optimistisch, in de praktijk is de ceo of de cfo toch vaak leidend bij de opdrachtverstrekking. "Zeker bij middelgrote en kleinere ondernemingen is de rvc niet in de lead."

Vanuit de kantoren zelf wordt inmiddels steeds kritischer gekeken of er een match is bij nieuwe opdrachten. Gortemaker was daar scherp over. "Kantoren hebben een publiek belang, ze kunnen zich niet uit bepaalde markten terugtrekken omwille van de winstgevendheid. Straks kan een gemeente alleen nog worden bediend door een kantoor uit Tietjerksteradeel."

Marco van der Vegte (Deloitte) nuanceerde dat. "Gemeenten moeten ook bereid zijn om te investeren in de kwaliteit van hun verslaggeving. De gemeentemarkt wordt anders de dupe van zichzelf." Ook Egbert Eeftink (KPMG) vond dat je "bepaalde randvoorwaarden" mag stellen om je werk als accountant goed te kunnen doen. Janine van Diggelen (ex-AFM, nu zelfstandig adviseur) vond dat je als accountant moet zeggen "tot hier en niet verder". De audit kwaliteit wordt beter als je duidelijke voorwaarden stelt bij de aanvaarding van een opdracht.

Partnermodel

Vooral in de beschrijving van het partnermodel laat de green paper het nodige liggen, aldus diverse aanwezigen. In een white paper moet meer aandacht worden geschonken aan alternatieven. "Hier zit de cultuur van de organisatie, hier moeten jullie de meeste discussie over voeren. Want dit is van jullie en zo min mogelijk van ons", aldus Snels (GroenLinks). Ook Koster vond dat veel meer moet worden nagedacht over alternatieve modellen. "Adresseer zaken als investeringsbereidheid, beloningsbeleid en externe investeerders in accountantsorganisaties."

Volgens Van Gils is het besef binnen de sector gegroeid dat de bestaande partnercultuur te veel intern gericht was. "We hebben een hele harde landing gemaakt en geleerd om meer van buiten naar binnen te kijken."

Bij het bewegen van een klassiek partnermodel naar een meer corporate model is de sociale controle minder geworden, meende Bik. "Wat is daar voor in de plaats gekomen?" Barbara Majoor (AFM) vroeg zich af in hoeverre alternatieve modellen ook duurzaam zijn naar de toekomst toe, met name door de toepassing van technologie. "Wat zit er aan potentie in die modellen, anders dan dat ze de huidige risico’s kunnen beperken?"

Gortemaker miste de aandacht voor het partnerinkomen in de huidige green paper. "Zo'n gevoelig punt kun je niet aan ontkomen." Wendy Groot, vertegenwoordiger van de NBA Young Profs, was nog wat stelliger. "Als young profs vinden we een inkomen van zes ton per partner moeilijk uit te leggen. Als daar een cap op komt kan er meer geld gestoken worden in noodzakelijke investeringen."

De Stuurgroep Publiek Belang van de NBA wil eind juni met een white paper komen, als vervolg op het consultatiedocument.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.