Opinie

PKI

De voorgaande jaren lag het accountantsberoep stevig onder vuur, van de politiek, de toezichthouder, de VEB en andere belanghebbenden.

Begrijpelijk en terecht leert het in september 2014 uitgebrachte rapport In het publiek belang van de werkgroep ‘Toekomst accountantsberoep’ ons: ‘Waar in eerste instantie sprake leek te zijn van incidenten, duidde de aaneenschakeling ervan op een structureel probleem’. Ook geeft de werkgroep een belangrijke oorzaak weer: ‘De economische meewind en de omzet- en resultaatsstijgingen voor het uitbreken van de crisis resulteerden in een cultuur van genoegzaamheid (…)’. Deze analyse ligt in het verlengde van de toezichtsrapporten van de AFM en van internationale toezichthouders.

Het gevolg is dat er Europese verordeningen zijn opgesteld en er nationale wetgeving in voorbereiding is. Minister Dijsselbloem maakte documentatie daarover afgelopen dinsdag openbaar. De verordeningen en wetgeving beogen de teugels rond het accountantsberoep verder aan te trekken. Onder meer door in de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta) het begrip professioneel-kritische instelling (PKI) te verankeren.

Daaronder wordt volgens de memorie van toelichting verstaan: ‘een houding die een onderzoekende geest, alertheid op omstandigheden die kunnen wijzen op mogelijke afwijkingen als gevolg van fouten of fraude en een kritische beoordeling van controle-informatie omvat’. Dit met name ten aanzien van elementen in de jaarrekening waarin ondernemingsbestuurders nogal eens ‘scharrelruimte’ claimen: schattingen van het management met betrekking tot reële waarden, de waardeverminderingen van activa, voorzieningen en toekomstige kasstromen die relevant zijn voor de continuïteit(sbeoordeling).

Expliciet wordt in de toelichting voorts aangegeven dat de accountant in dezen het ondernemingsbestuur dient te bevragen vanuit ‘het perspectief van de gebruiker van de jaarrekening’. Dat is een belangrijke toevoeging, omdat in de praktijk regelmatig het gewenste perspectief van het ondernemingsbestuur centraal staat.

Ik ben blij met deze wettelijke aanscherping. De wetgever regelt hier iets dat voor de hand ligt, maar dat het beroep altijd heeft nagelaten zelf in zijn gedrags- en beroepsregels te verankeren. Die vormen - aldus de voorzitter van de beroepsorganisatie - de grondwet van het accountantsberoep.

Dat de term PKI wel voorkomt in toelichtingen daarop en in aanvullende (lagere) regelgeving is slechts een doekje voor het bloeden en niet afdoende, temeer niet daar het accountantsberoep in de jaren na de financiële crisis de mond vol had van PKI en zijn leden zelfs naar een verplichte cursus ter zake zond.

Tijdens een ledenvergadering enkele jaren terug heb ik bepleit verder te gaan en zelf de stap te zetten PKI (en kwaliteit) in de gedrags- en beroepsregels te verankeren. Ik kreeg echter geen voet aan de grond.

De naar mijn mening ware reden voor de weerstand tegen het voorstel werd niet genoemd: verankering van PKI (en kwaliteit) maakt het voor partijen die schade hebben geleden door accountantsfalen makkelijker om succesvol een claim bij de accountant(sorganisatie) neer te leggen, temeer daar de tuchtrechter ook een makkelijker, duidelijker en prominenter aangrijpingspunt krijgt om de accountant in voorkomende gevallen aan te spreken.

De werkgroep ‘Toekomst accountantsberoep’ stelde vorig jaar ook voor om de begrippen PKI en kwaliteit in de gedrags- en beroepsregels te verankeren. De werkgroep wil deze begrippen een prominente plaats geven om te benadrukken dat zij tot het DNA van de accountant behoren.

Ondanks de wettelijke verankering die er nu ook komt, dient dit voorstel van de werkgroep te worden overgenomen. De wetgever regelt PKI immers alleen ten aanzien van de wettelijke controleopdrachten van de accountant, terwijl opname in de gedrags- en beroepsregels een bredere verankering van PKI - zich uitstrekkende tot alle accountantswerkzaamheden - mogelijk maakt.

Ook bij niet-wettelijke controles, beoordelings- en samenstelopdrachten, forensische werkzaamheden, due diligence-onderzoeken en andere accountantswerkzaamheden hebben belanghebbenden recht op een accountant die handelt vanuit een professioneel-kritische instelling en die bovendien kwaliteit levert.

Deze bijdrage is ook verschenen in het Financieele Dagblad van 30 april 2015.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.