Opinie

Aansprakelijkheid vraagt innovatieve oplossingen

Hooggeleerde opponens, beste Marcel. Met eer en genoegen heb ik gelezen hoe jij als milde schoolmeester het huiswerk van een zelfbenoemde accountancycommentator onder de loep hebt genomen. Toch denk ik dat ons dispuut kleiner is dan het lijkt.

1 Schadeclaims

Terecht constateer je dat civiele claims vaak beginnen met de aansprakelijkheidstelling van accountants voor het volle pond van de geleden schade, maar gaandeweg door de rechter worden verzacht tot een meer reële genoegdoening, als partijen al niet tot een schikking komen. Maar daar zit nu juist het (maatschappelijke) probleem. Neem de Vestia-casus, waar drie miljard aan schade in de pot zit. En laten we even aannemen dat de huidige bestuurders van Vestia erin slagen om dertig miljoen op de accountant(s) te verhalen. Dat is nog slechts één procent van de schade. Hoe is het mogelijk dat een accountant die zo te kort is geschoten om de natie voor een miljardendebacle te voorkomen, er met zo’n fooi vanaf komt, zal menigeen denken. Sterker: na Vestia hebben woningcorporaties hun controlebudget fors opgeschroefd dus die paar miljoen schadevergoeding verdienen accountants dubbel en dwars terug.

Ook andere verantwoordelijken (bestuurders, banken, commissarissen, toezichthouders) lijken de dans grotendeels te ontspringen. Het merendeel van de rekening van drie miljard schade wordt aan het einde van de rit betaald door doodgewone mensen die meer huur betalen of nog jaren moeten wachten op een sociale huurwoning. Je hoeft geen socialist te zijn om dit onbestaanbaar onrechtvaardig te vinden.

Het zou de ultieme uitdaging zijn om het collectieve falen van al deze verantwoordelijken te vertalen in een (maatschappelijke) schadeloosstelling, waarin ieder zijn of haar deel van de schuld neemt. Er lopen nu allemaal individuele juridische trajecten, van strafzaken tot schadeclaims. Ook jij lost het echte probleem niet op: iedereen vertrouwde op iemand anders.

2 Bedrijfsvoering

De andere kant van de medaille is het perspectief van de accountants. Stel de rechter geeft ruim baan aan maatschappelijk revanchisme en schuift een rekening van driehonderd miljoen over de toonbank. Nog steeds maar tien procent van de schade. Het belaste accountantskantoor zou kraken in zijn voegen en misschien zelfs omvallen.
Maar ook bij een schadebeslag van dertig miljoen zijn de gevolgen groot. Op een controle-fee van 150.000 euro heb je - in de Vestia-casus - met een toegewezen claim van dertig miljoen een exposure met een factor 200. Met een totale omzet aan assurancewerkzaamheden van een big four van zeg zo’n driehonderd miljoen euro zou dat - tenminste theoretisch - moeten betekenen dat je voor dit onderdeel van je bedrijfsvoering zestig miljard euro aan potentieel aansprakelijkheidsrisico moet afdekken. Je kunt actuarissen goed gek maken door ze daarvoor de premie te laten berekenen…

Alle haken en ogen die jij schetst bij een beperking van de aansprakelijkheid zie ik ook wel, maar je moet hier wel wat mee. Wanneer dit de realiteit is waarin je als accountant anno nu moet opereren, zou ik iedereen adviseren om meteen de pennen neer te leggen. Een accountantskantoor wordt zo riskanter dan een vuurwerkfabriek zonder rookverbod. Hoe kunnen we daar nu wat aan doen, zonder tegelijk perverse prikkels in te bouwen of rechtvaardige claims af te weren?

3 Tuchtrecht

Een schadeclaim in een civiele procedure tegen een accountant is om de door jou geschetste mitigerende omstandigheden een hell of a job. Soms lukt het om een zeer beperkt deel van de totale schade bij de accountant neer te leggen. Maar soms zal dat niet lukken. Zelfs als het bij de tuchtrechter vast is komen te staan dat een accountant te kort is geschoten. Dat gaat in tegen het algemene rechtsgevoel.

Dat wordt mede veroorzaakt omdat een schadeprocedure niet leidt tot een strafmaatregel (al zullen accountants dat anders ervaren), maar tot een reële vergoeding van objectief vaststelbare schade die causaal aan het falen van de accountant is toe te rekenen. Niets meer en niets minder. Je hebt volkomen gelijk dat het aan de rechter is om aansprakelijkheid vast te stellen, en dat niet door de sector beperkt kan worden. Wat daardoor alleen uit beeld verdwijnt, is dat een civiele schadeclaim geen boete voor fouten bevat- en dat is wat het maatschappelijk verkeer ook wil - en zich beperkt tot een schadeloosstelling.

Het tuchtrecht zou in zekere zin in deze leemte kunnen voorzien, door óók een financiële sanctie op te leggen. Dus náást de eventuele civiele procedure, die gewoon open staat voor iedere gedupeerde die van een accountant schadevergoeding eist maar die zeer complex is en een onzekere uitkomst heeft.

Het tuchtrecht heeft op die manier niet alleen een interne werking. Een financiële sanctie voor de vaktechnische fout als zodanig - nog los van de vraag rond eventueel verhaalbare schade - zou een goede toevoeging kunnen zijn aan het huidige, vooral 'symbolische’ palet aan maatregelen dat de tuchtrechter kan opleggen. Een klinkende boete is voor het maatschappelijk verkeer een stuk duidelijker dan een berisping of een waarschuwing.

Hiermee kun je bovendien een brug slaan tussen het toezicht op kantoorniveau door de AFM en de beoordeling van individuele accountants door de tuchtrechter. Dat laatste is vaak toch al vrij ridicuul. Zeker in grotere zaken blijft het merkwaardig dat alleen de accountant die zijn handtekening heeft gezet voor het hekje van de tuchtrechter komt te staan. Vreemd genoeg hoor je nooit dat hele controleteams worden gehoord, of andere betrokkenen zoals het head of audit en de risk & compliance-afdeling.

Het tuchtrecht volhardt in de mythe dat een individuele accountant kan worden aangesproken voor fouten die vaak veel breder verwijtbaar zijn. Ik begrijp de juridische tweedeling die je maakt tussen tuchtrecht (individu) en civielrecht (kantoor), maar waarom zou je bij de tuchtrechter niet meerdere accountants, beleidsbepalers en/of het hele kantoor ter verantwoording kunnen roepen? Bijvoorbeeld vanwege de aloude aantasting van de eer en stand van het beroep?

Het zou in de publieke opinie het tuchtrecht een stuk minder vrijblijvend maken en duidelijk laten zien dat ook binnen de beroepsgroep een tuchtrechtelijke veroordeling méér betekent dan een collegiaal standje dat hoogstens nut heeft als opmaat voor het 'echte werk': een civiele schadeprocedure.

Over de uitgangspunten zijn we volgens mij wel eens. Nu moeten we nog op zoek naar innovatieve oplossingen!

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Jan-Willem Wits is zelfstandig communicatieadviseur en werkt onder andere voor uiteenlopende opdrachtgevers in de accountancy.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.