Tuchtrecht

Verzuim ob-aangiftes erkend en gecompenseerd

Een accountantskantoor vergeet tot twee keer toe de ob-aangifte te doen voor een firma, omdat die niet meer te boek staat als klant. Omdat een registeraccountant de fout erkent en goedmaakt, is een maatregel niet nodig.

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Zaaknummers:
20/383 en 20/390
Datum uitspraak:
01 maart 2022
Oordeel:
hoger beroepen deels gegrond / klacht deels gegrond
Maatregel:
geen
Status:
definitief
Vindplaats:
ECLI:NL:CBB:2022:90

» Direct naar annotatie

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een vrouwelijke agrariër drijft sinds 1969 een rundveeteeltbedrijf met haar echtgenoot. Als die in 2008 overlijdt, zet zij het bedrijf alleen voort. Twee jaar later gaat zij met haar zoon een vennootschap onder firma aan. De zoon houdt er ook nog een eigen pluimveebedrijf op na. De verhoudingen vertroebelen als de twee firmanten in 2016 onderhandelen over de overname van het veeteeltbedrijf. De weduwe begint te twijfelen aan de kwaliteit van het werk van een accountant-administratieconsulent die de jaarrekeningen 2011-2014 van de firma samenstelde en haar privé-aangiften verzorgde.

Zij dient een klacht in tegen de samenstellend AA, tegen de AA die de jaarrekening mede ondertekende en tegen de registeraccountant die directeur is van het kantoor. De Accountantskamer legt hun een waarschuwing op, omdat zij zonder instemming van de cliënt belastingaangiften hebben ingediend.

Ondertussen procedeert de zoon tegen zijn moeder, omdat die de overnamecontracten niet nakomt. De rechtbank wijst de vordering van de zoon in mei 2018 af, omdat de moeder niet wist waarvoor zij tekende. De moeder/weduwe vraagt het accountantskantoor om de (concept-)jaarrekeningen van de veeteeltfirma over de jaren 2015, 2016 en 2017. De directeur/registeraccountant zegt haar dat er in opdracht van de zoon alleen jaarrekeningen zijn opgesteld voor de pluimveefirma, maar bij gebrek aan een opdracht van beide vennoten niet voor het veeteeltbedrijf. De weduwe stelt het accountantskantoor aansprakelijk; zij vindt het niet-opstellen van jaarstukken contractbreuk.

In de eerste klachtprocedure heeft zij echter gezegd dat haar handtekening onder de opdracht uit 2011 is vervalst. Volgens het accountantskantoor kun je daarna dan niet proberen nakoming van die opdracht af te dwingen. De weduwe stelt het kantoor per brief in gebreke en klaagt er (in een nieuwe klacht) bij de Accountantskamer over dat de registeraccountant en één van de accountant-administratieconsulenten:

a. de overeengekomen werkzaamheden hebben gestaakt zonder dit kenbaar te maken, maar wel een concept-jaarrekening 2015 voor de vof hebben opgesteld zonder haar daarin te kennen;

b. ontkennen het document ‘Zakelijke rekening melkrundveehouderij’ te hebben opgesteld, terwijl de gegevens die daarin zijn verwerkt wel degelijk door het kantoor zijn geleverd;

c. ten onrechte beweren dat er geen werkzaamheden meer voor de vof zijn uitgevoerd nu er een jaarrekening over 2015 is opgesteld zonder overleg met de weduwe;

d. ontkennen het document ‘Overzicht etc…’ voor de vof te hebben opgesteld, terwijl de gegevens daarop wel betrekking hebben en zonder overleg met de weduwe zijn overgenomen;

e. het document ‘Waarderingssystematiek’ hebben opgesteld, terwijl dit onjuist en onvolledig is en dit niet hebben besproken met de weduwe, terwijl het wel tegen haar wordt gebruikt in een gerechtelijke procedure;

f. het document ‘Grootboek 2012 en 2013’ zonder haar medeweten hebben opgesteld en vragen daarover niet hebben beantwoord;

g. twee keer hebben verzuimd ob-aangifte voor de firma te doen, wat heeft geleid tot een naheffingsaanslag en een boete.

De Accountantskamer verklaart de klachtonderdelen a en c gegrond ten aanzien van de registeraccountant en de rest van de klacht ongegrond. De registeraccountant en de weduwe gaan in hoger beroep.

Beroepsgronden

De accountant richt zich tegen de gegrondverklaring van de klachtonderdelen a en c en tegen de opgelegde waarschuwing. De weduwe richt zich tegen de ongegrondverklaring van klachtonderdelen b, d, e en g en het deels ongegrond, deels niet-ontvankelijk verklaren van klachtonderdeel f.

Oordeel

Het hoger beroep van de accountant is gegrond voor zover dat is gericht tegen de gegrondverklaring van de klachtonderdelen a en c en de aan hem opgelegde waarschuwing.

Het hoger beroep van de weduwe is gegrond, voor zover gericht tegen de ongegrondverklaring van klachtonderdeel g. Het college verklaart de klachtonderdelen a en c alsnog ongegrond en klachtonderdeel g alsnog gegrond. Deze samenvatting beperkt zich tot de klachtonderdelen a, c en g.

Ad a en c Staken werkzaamheden

Het verwijt komt erop neer dat de accountants de werkzaamheden voor de vof hebben gestaakt, maar desondanks een concept-jaarrekening 2015 hebben opgesteld zonder de weduwe daarin te kennen of erbij te betrekken.

Het kantoor heeft de weduwe in oktober 2016 schriftelijk laten weten “de belangen van beide partijen in het kader van de bedrijfsoverdracht niet meer te kunnen behartigen”. Dat de accountants stilletjes hun werkzaamheden voor de vof zouden hebben gestaakt, is dus niet juist. De concept-jaarrekening 2015 dateert van 3 juni 2016 en is op dezelfde dag naar het e-mailadres van de zoon verstuurd. Volgens de accountants is het concept aan de orde gekomen tijdens de overnamebesprekingen van moeder en zoon in juni 2016. De weduwe bestrijdt dit  en de accountant heeft er geen schriftelijk bewijs voor.

In september 2016 is het concept echter ook gestuurd aan de gemachtigde van de weduwe. Het concept is niet definitief gemaakt noch voorzien van een samenstellingsverklaring. Er bestaat dus geen definitieve jaarrekening voor de vof over heel boekjaar 2015 en de daaropvolgende balansjaren. De Accountantskamer heeft dus ten onrechte gezegd dat:

  • de weduwe niet is geïnformeerd over het samenstellen van de concept-jaarrekening over 2015;
  • de registeraccountant haar had moeten informeren, omdat de vof bleef bestaan na het vonnis van de Rechtbank Rotterdam.

Het is volgens het college dus niet zo dat het kantoor de werkzaamheden voor de vof heeft gestaakt zonder dit te melden aan de weduwe, maar daarna wel een concept-jaarrekening 2015 heeft opgesteld. Het college verklaart de klachtonderdelen a en c daarom alsnog ongegrond.

Ad g Ob-aangiftes

Volgens de weduwe heeft de Accountantskamer de klacht over de aangiften omzetbelasting ten onrechte ongegrond verklaard, omdat het kantoor tweemaal heeft verzuimd om namens de vof aangifte te doen. Daardoor werd de vof geconfronteerd met een naheffingsaanslag en boetes wegens niet betalen respectievelijk wegens het niet doen van aangifte.

Volgens het college is het niet dan wel te laat doen van de aangiften omzetbelasting tuchtrechtelijk verwijtbaar. Het kantoor heeft nadien de negatieve gevolgen voor de vof ongedaan gemaakt – toch blijft een verzuim en dat heeft het kantoor ook erkend. Daarom is het hoger beroep van de weduwe op dit punt gegrond en haar klacht ook.

Maatregel

Geen. Het college heeft in bijvoorbeeld deze uitspraak al eens gezegd dat de tuchtrechter op grond van artikel 2 van de Wtra een maatregel kan opleggen als de klacht (gedeeltelijk) gegrond wordt verklaard. Het artikel biedt een keur aan tuchtrechtelijke maatregelen, maar uitdrukkelijk niet de mogelijkheid om bij een gegrondverklaring van een klacht af te zien van een maatregel. Als de betrokken accountant tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld en de klacht (gedeeltelijk) gegrond wordt verklaard, moet dus in beginsel een maatregel volgen. Van dit beginsel kan de tuchtrechter alleen afwijken als sprake is van zo’n geringe verwijtbaarheid of als de verwijtbare gedraging gezien de omstandigheden van zulke geringe betekenis is dat een maatregel opleggen niet nodig is. Van zo’n geval is hier sprake, want:

  • het verzuim is ontstaan doordat de vof na het tekenen van de overname-overeenkomst niet meer als klant geregistreerd stond bij het kantoor;
  • daardoor genereerde het systeem geen signalen dat het kantoor een nihilaangifte moest doen en heeft het kantoor in twee gevallen geen ob-aangifte gedaan;
  • door deze omstandigheden is deze nalatigheid aan te merken als een licht verzuim;
  • het kantoor heeft dit lichte verzuim onmiddellijk na ontdekking toegegeven tegenover de weduwe en ziet de onjuistheid van het eigen handelen dus in;
  • het kantoor heeft bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslagen en de betaalverzuimboete;
  • het kantoor heeft de gehandhaafde aangifteverzuimboetes betaald;
  • daardoor heeft het verzuim voor de weduwe geen gevolgen gehad.

Annotatie Lex van Almelo

Een rundveehoudster zet na het overlijden van haar man het bedrijf voort en gaat met haar zoon een vof aan. Dat gaat goed totdat ze gaan onderhandelen over de overname door de zoon. Dan ontstaat er ruzie. Na een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam is het voor huisaccountant onduidelijk in hoeverre de vof van moeder en zoon nog bestaat. Klaagde de rundveehoudster er eerder met succes bij de Accountantskamer over dat het kantoor achter haar rug om belastingaangiften had ingediend. In een tweede klacht verwijt zij het kantoor onder meer géén ob-aangiftes te hebben gedaan namens de vof, wat haar op een naheffingsaanslag en boetes kwam te staan. De Accountantskamer verklaart dit klachtonderdeel ongegrond, omdat het kantoor adequaat heeft gereageerd toen het verzuim werd ontdekt. In hoger beroep tilt het college hier ietsje zwaarder aan: het niet of te laat doen van ob-aangiften is tuchtrechtelijk verwijtbaar en het verwijt dus gegrond. In dit geval is het verzuim echter zo gering dat het college geen maatregel oplegt. Het kantoor heeft het verzuim meteen toegegeven, bezwaar gemaakt tegen de naheffing en boetes en alsnog aangifte gedaan. De belastinginspecteur handhaafde vervolgens alleen de boetes wegens niet-doen van aangifte. Het kantoor heeft die boetes betaald. Al met al heeft het verzuim dus geen nadelige consequenties gehad voor de rundveehoudster. De negatieve gevolgen voor het kantoor blijven beperkt tot het bedrag van de boetes en de kosten van de tuchtprocedure. In deze zaak dus geen waarschuwing voor een accountant.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.