Ondernemingsrecht

Aansprakelijkheid bestuurder na strafrechtelijk vergrijp

In 2013 kwam een groot schandaal aan het licht van een Nederlandse vleesverwerker die op grote schaal paardenvlees verwerkt bleek te hebben in rundvleesproducten. En dat loopt niet goed af voor de bestuurder, die hoofdelijk aansprakelijk is gesteld.

Vincent van Werkhoven

Een oplettende hamburgerfabrikant in Engeland trof in 2013 paarden-DNA aan in het door een Nederlandse vleesverwerker geleverde rundvlees. Verder onderzoek wees uit dat de vleesverwerker minstens 336.000 kilo paardenvlees verkocht had als rundvlees. Na onderzoek door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit werd de volledige vleesvoorraad van de vleesverwerker in beslag genomen, waardoor de productie stil kwam te liggen.

Niet veel later werd de onderneming op verzoek van twee werknemers failliet verklaard, omdat hun salaris niet werd betaald. De bestuurder van de onderneming werd eerst strafrechtelijk vervolgd en kreeg dertig maanden gevangenisstraf. Recent deed de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak in de procedure die de curator van de gefailleerde vennootschap aanspande om de bestuurder te laten veroordelen tot betaling van het faillissementstekort van meer dan 12 miljoen euro. De rechtbank is van oordeel dat het strafrechtelijk handelen een belangrijke oorzaak is van het faillissement, wat aanzienlijke gevolgen heeft voor de bestuurder.

Aansprakelijkheid

Op grond van art. 2:248 BW is in geval van faillissement iedere bestuurder jegens de boedel hoofdelijk aansprakelijk voor het bedrag van de schulden voor zover deze niet door vereffening van de overige baten kunnen worden voldaan, indien het bestuur zijn taak kennelijk onbehoorlijk heeft vervuld en aannemelijk is dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement.

De curator zal hierbij moeten stellen en bewijzen dat de bestuurder onverantwoord handelde in de wetenschap dat de schuldeisers daarvan de dupe zouden kunnen worden. Artikel 2:10 BW ontneemt de curator ten aanzien van de onbehoorlijke taakvervulling de stelplicht en bewijslast indien de bestuurder heeft nagelaten een behoorlijke administratie van de onderneming te voeren of niet aan de deponeringsplicht is voldaan. In dat geval staat de onbehoorlijke taakvervulling vast en wordt vermoed dat onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van het faillissement.

Boekhoudkundige trucs

In de strafrechtelijke procedure bleek dat de bestuurder zich bediende van enkele boekhoudkundige trucs om het paardenvlees weg te kunnen zetten als rundvlees. In de boekhouding werd het paardenvlees ingeboekt zonder het woord paard te vermelden. Nergens werd geregistreerd dat paarden zijn verwerkt, waardoor ook niet op de verkoopfacturen en bijbehorende bescheiden was vermeld dat het geleverde vleesproduct paardenvlees bevatte.

En passant werden facturen voor nooit geleverde producten verstuurd, zodat de financier 200.000 euro extra krediet beschikbaar stelde aan de onderneming. Uiteindelijk bleek het door de foutieve administratie onmogelijk om te traceren in welke partijen en producten het ingekochte paardenvlees uiteindelijk werd verwerkt.

Curator aan zet

De curator verwijt de bestuurder dat het boekhoudkundige programma niet adequaat werd bijgehouden, waardoor bij de registratie van goederen en het opstellen van pakbonnen en facturen regelmatig tijdelijke gegevens werden ingevoerd, die later niet werden gecorrigeerd. Daarnaast werd er geen voorraadadministratie bijgehouden van de voorraden in eigen en externe vriesopslagen, zodat men afhankelijk was van de aangeleverde overzichten van de externe koelhuizen. Ten derde werd het ingekochte paardenvlees bewust geadministreerd op een partijnummer van rundvlees. Het paardenvlees werd vervolgens vermengd met rundvlees en als 100 procent rundvlees verkocht.

Op basis van deze verwijten vordert de curator hoofdelijke veroordeling van de holding en de ondernemer. Primair op grond van het schenden van de administratieplicht van artikel 2:10 BW en subsidiair op de grond dat zij hun taak als bestuurder (ook los van de administratieplicht) onbehoorlijk hebben vervuld en dat die onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van het faillissement. 

Onbehoorlijk bestuur

De rechtbank acht zich niet in staat te oordelen over de door de ondernemer gebruikte boekhoudprogramma's, omdat daarover onvoldoende informatie beschikbaar is. De curator heeft slechts verwezen naar het standpunt van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en de bestuurder heeft zich verweerd met de stelling dat hij nog een ander programma gebruikte waarin wel de definitieve inkoopgegevens werden verwerkt. Op de gebrekkige voorraadadministratie wordt niet ingegaan, omdat niet waarschijnlijk is dat het ontbreken van die administratie een belangrijke oorzaak van het faillissement is geweest, aldus de Rechtbank.

Door de bestuurder wordt niet betwist dat het paardenvlees bewust werd geadministreerd als rundvlees, werd vermengd met rundvlees en als 100 procent rundvlees werd verkocht. En dat rekent de rechtbank de bestuurder zwaar aan. Hoewel de bestuurder nog opmerkt dat slechts sprake was van kleine foutjes in de administratie en dat de audits van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, afnemers en de fiscus nooit tot opmerkingen of aanbevelingen over de boekhouding hebben geleid, moet de affaire worden aangemerkt als kennelijk onbehoorlijk bestuur. Dit omdat de bestuurder de Europese voorschriften over vleesverwerking bewust heeft overtreden en moet begrijpen dat de gevolgen voor de onderneming bij ontdekking desastreus zouden zijn.

Aansprakelijk

Ook zonder schending van de administratieplicht levert de affaire kennelijk onbehoorlijk bestuur op en is aannemelijk dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement, waarmee de Rechtbank tot het oordeel komt dat de bestuurder aansprakelijk is voor het tekort in het faillissement. Omdat de omvang van het tekort nader zal moeten worden vastgesteld dient eerst een voorschot van een miljoen te worden voldaan.

Hoewel in het vonnis niets wordt vermeld over de bewijskracht van de strafrechtelijke veroordeling, lijkt de vaststelling dat de bestuurder onverantwoord heeft gehandeld met de wetenschap dat schuldeisers daarvan de dupe zouden kunnen worden met name gebaseerd op het bewust overtreden van de strafrechtelijke bepalingen en de Europese voorschriften.

Vincent van Werkhoven is kandidaat-notaris, verbonden aan Schaap Advocaten Notarissen in Rotterdam.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.