EY US zet onafhankelijk comité op voor auditkwaliteit
EY US heeft het Independent Audit Quality Committee (IAQC) opgezet, dat het senior management van EY moet gaan adviseren over het onderwerp auditkwaliteit.
EY zegt het comité te hebben opgericht om "onafhankelijke perspectieven" te kunnen meenemen wanneer er wordt nagedacht over hoe de auditkwaliteit verder verbeterd kan worden. De IAQC bestaat momenteel uit Jeanette Franzel (voormalig PCAOB en GAO), Bill McNabb (voormalig voorzitter Vanguard) en Charles Noski (bestuurders bij Booking Holdings en Microsoft en voorzitter van de board of trustees bij de Financial Accounting Foundation).
McNabb wordt de voorzitter van de IAQC. De officiële taakomschrijving is het adviseren rondom de verschillende aspecten van de bedrijfsvoering, cultuur, talentstrategie, governance en risk management die een impact hebben op auditkwaliteit.
Gerelateerd
Grote kantoren hebben nog weinig zicht op impact van AI op auditkwaliteit, stelt Britse toezichthouder
De zes grootste accountantskantoren in het Verenigd Koninkrijk hebben nog te weinig zicht op de invloed van digitale tools en AI op de kwaliteit van hun audits....
Minister vond nog een foutje in nieuwe accountantswet
Demissionair minister Eelco Heinen van Financiën heeft de Tweede Kamer een tweede nota van wijziging gestuurd bij het wetsvoorstel voor de Wijzigingswet accountancysector....
Tweede Kamer kan door met behandelen accountantswetgeving
De behandeling van de Wijzigingswet accountancysector en de implementatiewet voor de Nederlandse invoering van de CSRD kan doorgaan. De Tweede Kamer heeft behandeling...
NBA: Verklaar Wijzigingswet accountancysector niet controversieel
De NBA vraagt de Tweede Kamer om de Wijzigingswet accountancysector en de Nederlandse implementatie van de Europese duurzaamheidsrichtlijn CSRD spoedig te behandelen....
Uitbesteding controlewerk en kwaliteit van de accountantscontrole
Uitbesteding van controlewerk in het buitenland is geen bedreiging voor de kwaliteit. Maar kantoren laten wel een kans liggen, meent Jan Bouwens.