Het is goed om regelmatig na te denken over het continueren, schrappen of aanpassen van regelgeving, meent Arjan Brouwer.
Discussie ColumnDoorstart in afgeslankte vorm
Veel zaken doorlopen een levenscyclus. Dat geldt voor onszelf, voor technologieën en ook voor bedrijven. Natuurlijk zijn er bedrijven die al eeuwenoud zijn en waarvan het bijna ondenkbaar is dat ze ooit zullen verdwijnen. Maar voor veel bedrijven die al meerdere generaties of eeuwen overleefden, geldt dat ze ingrijpende transformaties ondergingen en niet meer lijken op de onderneming die ze ooit waren. DSM is niet meer actief in de mijnbouw, de gloeilamp is geen kernproduct meer van Philips en voor de HAL varen voor zover ik weet geen schepen meer van Nederland naar Amerika. Vroeg of laat komt het vraagstuk over continuïteit en transformatie bij bijna ieder bedrijf op tafel.
Dat geldt ook - en zou misschien nog sterker moeten gelden - voor regelgeving. Regelmatig wordt nieuwe regelgeving ingevoerd om in te spelen op nieuwe of gewijzigde omstandigheden en ontwikkelingen. Regels versimpelen of afschaffen blijkt daarentegen een stuk lastiger, met allerlei klachten over regeldruk tot gevolg. Het is daarom van belang periodiek bewust na te denken over de wenselijkheid regelgeving te continueren, te schrappen of aan te passen.
De NBA doet dit voor de met ingang van 2022 verplicht gestelde rapportage in de controleverklaring over continuïteit en fraude. Ze doet dit via onderzoek van gepubliceerde controleverklaringen, een enquête en rondetafelsessies. Ook betrekt zij internationale ontwikkelingen in de evaluatie.
Niet geheel verrassend komt uit de eerste analyses naar voren, dat de informatie in de controleverklaring over de controleaanpak continuïteit in veel gevallen een standaardtekst is die weinig waarde toevoegt. Vaak is er immers niet veel spannends te melden en kan er relatief eenvoudig worden vastgesteld dat op korte en zelfs middellange termijn geen problemen zijn te verwachten die de continuïteit bedreigen.
Nederland liep voorop met extra rapportageverplichtingen van de accountant over dit onderwerp en deed hier als eerste ervaring mee op. Inmiddels heeft de IAASB controlestandaard 570 tegen het licht gehouden en aanpassingen doorgevoerd in de rapportage over continuïteit in de controleverklaring. De IAASB kiest voor een aanpak die voor meer focus zorgt dan de Nederlandse aanpak. Als er 'niets' aan de hand is, verlangt de herziene ISA 570 dat de accountant expliciet vermeldt dat deze de conclusie (continuïteitsveronderstelling) van het management onderschrijft en dat hij of zij geen onzekerheid van materieel belang heeft geïdentificeerd (die gerede twijfel kan doen ontstaan etc.). Een expliciete bevestiging op dit punt, zonder daaraan verder veel woorden vuil te maken.
Als er wel iets aan de hand is, verlangt de herziene ISA 570 meer informatie. Zeker als er sprake is van een materiële onzekerheid, dat is niet nieuw. Maar de IAASB voegt daar - bij de controle van beursfondsen - een uitgebreidere rapportageplicht aan toe wanneer er sprake is van belangrijke oordeelsvorming, een close call. In dat geval verwijst de accountant naar de toelichting over deze oordeelsvorming in de jaarrekening en legt de accountant uit hoe hij of zij deze beoordeling van het management heeft getoetst.
De IAASB verfijnt en verbetert de huidige Nederlandse aanpak. Het zorgt voor meer focus en relevantie, door te volstaan met een korte bevestiging als er geen specifieke risico's worden geïdentificeerd en meer informatie te verschaffen als de situatie daadwerkelijk om aandacht vraagt. Daarnaast maakt ISA 570 duidelijk dat het allereerst van belang is dat de onderneming de situatie goed toelicht. Ze sluit daarbij ook mooi aan bij de verduidelijkingen die onder andere de IASB en de Raad voor de Jaarverslaggeving de afgelopen jaren gaven. Een goede toelichting over belangrijke oordelen en schattingen is van belang voor het verschaffen van een getrouw beeld, wanneer er wel zorgen - maar geen materiële onzekerheid - bestaan over de continuïteit. Een onderneming die helder en relevant rapporteert en een accountant die dat controleert, is het model zoals het in mijn ogen bedoeld is.
Het pionierswerk in Nederland heeft ongetwijfeld bijgedragen aan de keuzes die de IAASB nu heeft gemaakt. Met deze nieuwe internationale standaard komt de vraag op wat de ratio nog is om hier in Nederland van af te wijken en vast te houden aan het originele idee. Ik kan me voorstellen dat het in Nederland minder voor de hand ligt om de close call-paragraaf te beperken tot beursfondsen, maar voor het overige lijkt de internationale oplossing me ook uitermate passend voor Nederland.
Het is tijd voor een doorstart van de paragraaf controleaanpak continuïteit in afgeslankte vorm.
Wat vindt u van deze column?
ReageerGerelateerd
Continuïteitsonzekerheid en de verklaring van oordeelonthouding
Een controleverklaring van oordeelonthouding kan soms passend zijn, als sprake is van materiële continuïteitsonzekerheid.
NBA ziet AFM-verkenning over continuïteit als 'opdracht om alert te blijven'
De NBA reageert op de AFM-verkenning over (dis)continuïteit bij wettelijke controles. De beroepsorganisatie benadrukt dat het onderwerp binnen de NBA al jaren aandacht...
AFM: Accountants geven serieus aandacht aan continuïteit bij controles
Externe accountants geven bij wettelijke controles over het algemeen serieuze aandacht aan de aanpak van (dis)continuïteit, blijkt uit een verkenning van de Autoriteit...
De nieuwe ISA 570 en de controleverklaring van oordeelonthouding
Internationale uniformiteit in controlestandaarden is belangrijk. De nieuwe standaard ISA 570 over continuïteit biedt daarvoor goede aanknopingspunten. Maar er kunnen...
