Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een registeraccountant (hierna: de verzekerde) heeft ruzie met een verzekeringsmaatschappij over de afwikkeling van een schade. Hij voert enkele civiele procedures die hij tot in hoogste instantie verliest. Aan de extern accountant van de verzekeringsmaatschappij stuurt hij een kopie van de brief die hij eerder aan de ceo van de verzekeringsmaatschappij heeft gestuurd.

Een maand later stuurt de verzekerde de extern accountant opnieuw een brief om hem te herinneren aan enkele 'simpele basisfeiten' over de gerechtelijke procedure en uitspraken. Ook wijst de verzekerde op eerdere pogingen om in contact te komen met het kantoor van de accountant en de gestrande klacht tegen één van diens collega's. Nu wil hij een onderhoud over een concept-klaagschrift dat hij heeft opgesteld.

De brief aan de extern accountant van de verzekeraar belandt bij diens opvolger. Die laat snel weten dat de reactie op een eerdere brief van de verzekerde abusievelijk niet is verstuurd. De accountant voegt hem alsnog bij. In de bijlage laat de accountant weten dat hij noch één van zijn partners willen ingaan op het verzoek om een deskundigenonderzoek uit te voeren inzake het juridisch conflict. Omdat hij de wettelijke controle van de jaarrekening van de verzekeringsmaatschappij verricht voelt hij zich niet vrij om zo'n opdracht aanvaarden. En de opvolger kan zich voorstellen dat zijn collega's er net zo over denken.

De opvolger voelt ook weinig voor een gesprek en ziet voor zichzelf geen rol weggelegd in het juridisch conflict met de verzekeraar. Bovendien is het hem niet duidelijk waarover de klacht gaat.

De verzekerde dient een klacht in tegen de opvolger.

Klacht

De accountant heeft inbreuk gemaakt op (één van) de fundamentele beginselen uit de VGC door niet met de klager te willen praten over diens aantijgingen.

Oordeel

De klacht is ongegrond.

De opvolger heeft er in zijn verweer onder meer op gewezen dat hij:

• herhaaldelijk heeft laten weten dat voor hem als extern accountant geen rol is weggelegd in het geschil met de verzekeringsmaatschappij;
• op geen enkele wijze bij dit geschil is betrokken;
• volgens de beroepsregelgeving niet verplicht is om met de klager te overleggen over deze kwestie.

Ook de Accountantskamer zou niet weten welke beroeps- en/of gedragsregels de accountant zou hebben overtreden door niet met de klager te willen overleggen. Er is geen geen rechtsregel die een controlerend accountant verplicht om zich tegenover de tegenpartij van zijn controlecliënt uit te laten over het geschil dat die twee hebben, noch over een stuk dat is ingebracht in een civiele procedure waarin zijn controlecliënt partij is.

Maatregel

Geen.