Opinie

Accountant: blaf én bijt

Vrijdag 14 november jongstleden gaf het gemeentebestuur van Winterswijk een persverklaring uit. Een inmiddels ontslagen medewerker (de heer G.) van de gemeente had gefraudeerd. KPMG Forensic heeft er onderzoek naar gedaan. In de periode 2004-2008 bleek de medewerker 38 onrechtmatige betalingen voor een totaalbedrag van bijna 2,7 miljoen euro te hebben verricht.

Dit soort berichten lezen we vaker. Dergelijke fraudes komen zowel bij overheden als in het bedrijfsleven voor. Vraag is hoe het kan gebeuren. Ook dat is door KPMG onderzocht. Als oorzaken die hebben geleid tot de onrechtmatige betalingen noemt KPMG onder meer: onvoldoende functiescheiding en onvoldoende verificatie van betalingen. 

Dit soort berichten geeft steevast aanleiding tot de vraag wat de controlerend accountant, in casu Ernst & Young, in het verleden heeft geconstateerd. De persverklaring toont daarover twee beelden. Ten eerste een passage die door de gemeente tezamen met Ernst & Young is opgesteld (ingekort weergegeven): 'De door KPMG vastgestelde tekortkoming in de functiescheiding is door de accountant en de organisatie ook herkend. Om dit te ondervangen is vanaf 2005, in het kader van de rechtmatigheidscontrole, een intern controleprotocol en een intern controleplan ontwikkeld.

Het tweede beeld komt van het gemeentebestuur die zich de vraag stelt of zij signalen hebben gekregen: 'Nee, niet vanuit de organisatie, niet vanuit de omgeving en ook niet van onze accountant. Integendeel zelfs, onze accountant was de laatste jaren juist zeer lovend over onze interne controle en de kwaliteit van onze verantwoording.

Kortom: de ene accountant (KPMG) komt tot twee kritische kanttekeningen - die overigens in de persverklaring en het KPMG-rapport nader zijn uitgewerkt - ten aanzien van de opzet van de AO/IC, terwijl de andere accountant (Ernst & Young) de kritiekpunten wel heeft opgemerkt en geadresseerd, maar kennelijk in onvoldoende mate. 

Het onderzoek van KPMG levert naast de fraudeconstateringen zeven concrete extra maatregelen op die het controlesysteem dienen te verstevigen. Hetgeen de volgende vragen oproept: waarom zijn deze niet door de controlerend accountant afgedwongen? Waarom was deze zo lovend over de interne controle? 

Dit soort casuïstiek illustreert hoe belangrijk het is dat een accountant blaft en bijt. Bij ontoereikende interne controle dienen adequate maatregelen ter verbetering van opzet, bestaan én werking te worden afgedwongen. Halve maatregelen leiden vaak tot ongelukken. 

In casu gaat het om een microvoorbeeld in vergelijking met de feiten die nu ten aanzien van de turbulentie op de financiële markten naar buiten komen. Daar wordt door accountants mijns inziens te makkelijk gezegd: wij hebben toch op de risico's gewezen. 

De casus Winterswijk laat zien dat het om meer gaat dan dat. Zie voor een macrovoorbeeld mijn eerdere verhandelingen over de AIG-casus. Ik zie in de kern geen verschil.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.