Magazine

Turbulente tijden

De kracht van een eenvoudig beeld is onovertroffen. Toen mijn dochters klein waren vroegen ze me wat een accountant deed. Ze zijn inmiddels al lang volwassen en zelfstandig, maar ze weten nog steeds het antwoord dat ik gaf: "kijken of iemand zijn centjes goed heeft geteld".

Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 1, 2008

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

Hoewel het nut hen ontging - waarom zou je in hemelsnaam de centen van iemand anders willen tellen - was het antwoord bevredigend, ze konden zich er ten minste íets bij voorstellen.

Ik moest eraan denken toen ik een recente publicatie van de zes grootste accountantskantoren, verenigd in het Global Public Policy Committee, in handen kreeg. Het was geschreven naar aanleiding van de credit crunch onder de titel Determining Fair Value of Financial Instruments under IFRS in Current Market Conditions. Met nog steeds hetzelfde doel: vaststellen of andermans centen goed zijn geteld. Alleen de omstandigheden zijn veranderd. We tellen nu met IAS 39 en IFRS 7 in de hand, en de risico's van een ‘telfout’ zijn groter dan voorheen. De onzekerheid voor accountants is dan ook fors toegenomen, met name in situaties waar te weinig marktdata beschikbaar zijn en de waardering plaatsvindt op basis van modellen. Paul Koster kondigde onlangs aan dat de AFM meer vragen dan anders zal stellen bij de jaarverslagen: “We gaan niet het onmogelijke vragen, maar wel pleiten voor transparantie. Het wordt een belangrijk jaar voor alle toezichthouders, van de accountant tot de commissaris en van Euronext tot de Europese Commissie.”

Hans Blokdijk zal die laatste conclusie met hem delen. Als het aan hem ligt komt er sowieso geen goedkeurende verklaring meer bij een IFRS-jaarrekening. De toekomstgerichte component is naar zijn mening dermate groot dat er eigenlijk een ander soort verklaring nodig is.

Zoals gewoonlijk heeft Blokdijk gelijk, maar krijgt hij het niet. IFRS is een geaccepteerde standaard en zal niet louter vanwege de subjectiviteit van fair value-waarderingen aan de kant worden gezet. Dus worstelt de accountant verder met zijn verantwoordelijkheden in tijden van kredietcrisis. “We zijn nog aan het leren”, stelde Roger Dassen bij de presentatie van Deloittes jaarverslag afgelopen najaar. ”Risico's zijn gemigreerd, waardoor deze breder door de markt zweven.” Wat hem betreft gold het leereffect ook voor andere partijen, zoals de centrale banken.

Zo niet voor the man behind money, Alan Greenspan. Hem werd verweten dat hij de rente te lang op een te laag niveau heeft gehouden en zo de crisis op de Amerikaanse huizenmarkt in de hand heeft gewerkt. Greenspan ontkende dit: “Pas eind 2005 werd ik me bewust van de omvang van het probleem.” Volgens de oud-voorzitter van de Fed is de wereldeconomie krachtig genoeg om de effecten op te vangen, hij voorziet hooguit nog een daling van tien procent van de huizenprijzen.

En daarmee lijkt ook de crisis voor het accountantsberoep in de kiem gesmoord. Want Greenspans woorden hebben nog steeds de kracht van een selffulfilling prophecy en onzekerheid over forse afwaarderingen en verliezen leiden nu eenmaal tot meer geduvel dan waarderingsdisputen in een goedlopende economie.

Resteert alleen nog de waardedaling van het huis. Gelukkig is daarbij - meestal - de rol van de accountant beperkt.

Gert Smit
algemeen directeur

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.