Nieuws 04 januari 2008

E&Y in de greep van Chinese groeistuipen

Ernst & Young profiteert ongekend van de economische groei in China. Maar tegelijkertijd stuit het kantoor op de neveneffecten van de vooruitgang in dit land.

Personeelsverloop wordt een probleem. Ook culturele aspecten bezorgen het kantoor hoofdbrekens.

In International Accounting Bulletin schets David Sun, managing partner van Ernst & Young, hoe het kantoor haar omzet afgelopen boekjaar met 41 procent zag groeien in China. De hele Far East region van Ernst & Young realiseerde een omzet van 1 miljard dollar en groeide met 27 procent.

Maar door die pijlsnelle groei komt de personeelsvoorziening in gevaar. Tot 1992 kende China vrijwel geen professionele accountants, maar inmiddels omslaat deze beroepsgroep hier 130.000 personen.

E&Y heeft in China achtduizend medewerkers, een toename van dertig procent. De verwachting is dat dit er binnen drie jaar elfduizend zullen zijn. Maar headhunters en concurrerende kantoren hebben deze arbeidsmarkt ook ontdekt. "Er moet nog veel gebeuren aan training en opleiding om deze groei mogelijk te maken", aldus Sun.

Daarnaast worstelt E&Y met culturele problemen. Het beroep van accountant krijgt een enorme toeloop van vrouwen. Tweederde van de medewerkers van E&Y is vrouw. De leiding bestaat echter voor driekwart uit mannen. Door huwelijk en gezinsleven is het verloop onder vrouwen groter dan onder mannen.

Het personeelsbeleid zal daarom beter op vrouwen moeten worden afgestemd, zei Sun. Hij verwees naar een betere balans tussen werk en privé, ongeveer dezelfde discussie als die in Nederland wel klinkt.

Een ander pijnpunt is de samenwerking tussen Chinezen uit Hongkong met die van het Chinese vasteland. Hongkong-accountants maken vijftien procent van het personeel uit. Dan zijn er ook nog eens vijf procent medewerkers van buiten het land. Die drie groepen mengen zich niet zo gemakkelijk als vaak wordt gedacht, aldus Sun.