Nieuws 13 november 2014

Dijsselbloem: 'Kwaliteitsmaatregelen effectiever dan ingreep in beloning'

Minister Dijsselbloem van Financiën vindt de kwaliteitsmaatregelen die door de accountantssector zijn voorgesteld effectiever dan een mogelijke ingreep in de partnerstructuur en het beloningsmodel van accountantsorganisaties.

Dat zei de minister vanochtend bij een Algemeen Overleg over accountancy van de vaste Kamercommissie voor Financiën. Dijsselbloem kondigde daarbij verder aan ook de implementatie van kwaliteitsmaatregelen bij mkb-accountants te gaan monitoren.

De Autoriteit Financiële Markten en het ministerie maakten eerder duidelijk de NBA en de grote accountantskantoren nauwlettend te zullen volgen bij de implementatie van de voorstellen van de voormalige werkgroep Toekomst Accountantsberoep. PvdA-Kamerlid Henk Nijboer zei vandaag te vrezen dat de mkb-accountant nu ondergesneeuwd dreigt te worden, "terwijl daar toch ook ernstige kwaliteitsproblemen gesignaleerd zijn". Dijsselbloem antwoordde daarop dat SRA en Novak de grote lijn van de voorstellen inmiddels hebben omarmd. "Ik wil het initiatief tot implementatie graag bij die organisaties houden", aldus de minister, "maar ik zal volgen wat daaruit komt en daarover aan de Kamer rapporteren".

In een discussie met SP-Kamerlid Sharon Gesthuizen gaf de minister aan dat de maatregelen die nu zijn voorgesteld effectief zullen zijn "omdat ze rechtstreeks ingrijpen op de kwaliteit van de accountantscontrole". Gesthuizen wilde weten of ingrijpen in het beloningsmodel van accountantsorganisaties niet meer effect zou hebben, omdat daar de perverse prikkels vandaan zouden komen die het kwaliteitsprobleem veroorzaken. "Ik bestrijd niet dat die prikkels zich kunnen voordoen", aldus Dijsselbloem, "en bij de huidige voorstellen kan er nog altijd een druk staan op de kwaliteit. Maar juist daarom moeten we de kwaliteit borgen en daar zijn deze maatregelen direct op gericht."

Als bezwaar tegen ingrijpen in beloningsmodellen en de partnerstructuur wees Dijsselbloem op de privaatrechtelijke status van accountantsorganisaties. "Bij de banken is toch ook ingegrepen in de beloning", wierp Gesthuizen tegen. Dijsselbloem: "Daarbij is ook gezegd dat het om zeer uitzonderlijke maatregelen ging, met als motief de enorme schade die door dat perverse systeem van bonussen aan de maatschappij is toegebracht."

Bij het overleg werd duidelijk dat de minister op brede steun in de Kamer kan rekenen bij zijn aanpak van de accountantssector. Een wetsvoorstel, waarin onder meer de verplichte raad van commissarissen voor oob-kantoren wordt geregeld, wordt nog voor zomer 2015 naar de Tweede Kamer gestuurd. Behandeling zal volgen na de zomer. Op dat moment zal er dan ook een "tussenrapportage" (Dijsselbloem) zijn van de AFM over de voortgang bij de implementatie van de werkgroepvoorstellen.

In dat wetsvoorstel zal ook een geschiktheidstoets voor bestuurders van accountantsorganisaties zijn opgenomen en wordt ook geregeld dat de AFM kantoren kan verplichten tot bepaalde (kwaliteits)maatregelen.

Gesthuizen zei graag te zien dat ook de 'clawback' wettelijk wordt geregeld, maar Dijsselbloem zei daarvoor niet te voelen.

Het verhogen van de grenzen voor een verplichte wettelijke controle wordt in een separaat wetsvoorstel van het ministerie van Veiligheid en Justitie opgenomen. Dat wordt begin 2015 verwacht. Naar de wenselijkheid van uitbreiding van de oob-definitie, naar met name semi-publieke organisaties, gaat het ministerie van Financien eerst nog nader onderzoek verrichten. De uitkomsten daarvan zullen volgens minister Dijsselbloem beschikbaar zijn op het moment dat zijn wetsvoorstel met alle aangekondigde maatregelen wordt behandeld in de Tweede Kamer. Waarschijnlijk is dit na de zomer van 2015.

Enige discussie was er over het door de AFM uitgeoefende toezicht. Op vragen of de AFM niet overbelast dreigt te worden, zei Dijsselbloem dat extra mensen worden aangenomen als dat nodig is. "Overigens begrijp ik dat niet het aantal mensen daarbij het knelpunt is, maar de kwaliteit van de mensen die men kan aannemen", aldus de minister. Waarop Gesthuizen wilde weten wat de oorzaak van knelpunt was. "Laat ik niet gaan gokken, ik weet het niet", aldus de minister.