Kees van Lede: 'Buitenstaander als bestuursvoorzitter accountantskantoor'
Op termijn zou de bestuursvoorzitter van een accountantskantoor een buitenstaander moeten zijn. En de managing partner zou zich bij een ontdekte fraude beschikbaar moeten stellen voor het getroffen bedrijf.
Dat zegt Kees van Lede (71), oud-topman van AkzoNobel en commissaris bij onder meer Philips en Air France-KLM vandaag in een interview met het Financieele Dagblad.
Van der Lede onderschrijft het idee om de raad van commissarissen van een accountantsorganisatie voortaan (in meerderheid) te laten bestaan uit buitenstaanders. "Als je ruzie hebt in de maatschap, heb je ruzie met jezelf. Dan is het goed om een scheidsrechter in huis te hebben, iemand zonder financieel belang in de zaak. Ik denk dat het goed zou zijn als op langere termijn de bestuursvoorzitter van een accountantskantoor een buitenstaander is. De samenleving is ook veel meer dan vroeger gespitst op het scheiden van belangen."
De incidenten en problemen in het accountantsberoep zijn volgens hem het gevolg van 'groeistuipen' van een sector die sinds het Enron-schandaal van 2002 de wind in de rug heeft gehad. De regelgeving die daarop volgde leverde de accountantskantoren heel veel werk op.
"Ze zijn enorm gegroeid op de rug van de regelgeving. Het is een industrie geworden. Dan gaan andere zaken een rol spelen, als omzet en een beloning op basis van wat je binnen haalt."
Sommige accountants zijn volgens Van der Lede vergeten waartoe zij op aarde zijn. "Ze zijn hun werk gaan zien als dat van een gewone bedrijfstak, in plaats van als een vertrouwensfunctie. En als je in een groei-industrie zit en goed verdient, leidt dat onbewust tot een vermindering van focus. En wellicht ook tot de komst van mensen met niet helemaal de juiste drijfveren."
In zijn werk is hij zelf in aanraking gekomen met twee grote fraudegevallen - Douwe Egberts en Imtech - en bij beide heeft hij "wel eens gedacht: de accountant is wel heel laat wakker geworden". Mede op basis van die ervaringen vindt Van der Lede dat in zulke situaties de managing partner van een accountantskantoor zich beschikbaar moet stellen voor het bedrijf. Dat is volgens hem op zo'n moment namelijk "de gegijzelde" van de controlerend accountant. "Die geeft zijn handtekening pas als de onderste steen boven is gehaald. Tegelijkertijd wil je eigenlijk ook onderzoeken waarom hij het niet heeft gezien. Dan is het goed dat de managing partner zich meldt om te zorgen dat de zaken doorgang blijven vinden."
Gerelateerd
Een slagvaardige NBA, voor vertrouwen in het maatschappelijk verkeer
Aan het begin van mijn voorzitterschap van de NBA heeft het (toenmalige) bestuur een proces Strategische update doorlopen. Dat leidde tot vijf strategische keuzes.
FD: Vertrekkend NBA-voorzitter Douma ziet heil in één accountantstitel
Kris Douma was vier jaar lang als eerste niet-accountant voorzitter van de NBA. Hij geeft nu het stokje door. In een afscheidsinterview met het FD zegt hij in de...
NBA-voorzitter is blij dat het rondom het beroep rustiger is geworden
De vertrekkend NBA-voorzitter Kris Douma, die op 15 december aanstaande de voorzittershamer doorgeeft aan zijn opvolger, is blij dat het rondom het accountantsberoep...
Financiën consulteert Wijzigingsbesluit accountancysector
Het ministerie van Financiën legt een ‘Wijzigingsbesluit accountancysector’ ter consultatie voor. Reageren kan tot en met 21 december aanstaande.
Eerste Kamer hamert accountantswet op 7 oktober af
De Wijzigingswet accountancysector staat al op 7 oktober op de agenda van de Eerste Kamer. Pas zeer recent besloot de Commissie Financiën van de senaat om de accountantswet...
