Nieuws 06 april 2020

Pheijffer: 'Fraude bij steunmaatregelen niet voor lief nemen'

Het is goed dat de regering snel richting geeft en met steunmaatregelen komt tijdens de coronacrisis. Die snelheid kan niet altijd gepaard gaan met volledige zorgvuldigheid. Maar dat betekent niet dat fraude en misbruik even voor lief moeten worden genomen.

Dat stelt Marcel Pheijffer in zijn tweewekelijkse column in het FD. "Helaas zijn rampen en crises vaak ook een kans voor roofdieren", aldus de hoogleraar, die nu veel bevraagd wordt over frauderisico's rondom de steunmaatregelen.

Pheijffer is positief over de snelheid en daadkracht van het kabinet. "Dat schept maatschappelijke rust en vertrouwen." Hij erkent ook dat dergelijke steunmaatregelen en uitbetalingen altijd een risico op fraude in zich dragen. "De tijd die nodig is om systemen zo fraudebestendig mogelijk te maken, is er nu eenmaal niet." Nood breekt wet, zo stelt hij.

Sancties kunnen niet hoog genoeg zijn

Wat hem betreft betekent dat echter niet dat fraude en misbruik voor lief worden genomen. Voor het voorkomen en opsporen daarvan moet op korte termijn de nodige deskundigheid en capaciteit worden vrijgemaakt. "De sancties kunnen niet hoog genoeg zijn voor degenen die juist in deze tijd misbruik maken van het beschikbaar maken van gelden en andere middelen voor hen die dat nu hard nodig hebben", meent Pheijffer. "Als het coronastof is neergedaald, zal de balans worden opgemaakt. Dat geldt voor de steunmaatregelen, maar ook voor de financiële effecten daarvan en de schade, waaronder die door fraude."

Hij voorziet achteraf de nodige kritiek op de mogelijke fraudegevoeligheid van de maatregelen en dat is deels wellicht terecht, maar er moeten nu onder hoge druk keuzes worden gemaakt. De stuurlui die nu aan wal staan moeten hun energie daarom positief aanwenden, aldus Pheijffer. "Zij zouden nu moeten meedoen aan het ontwerpen van fraudebestendig beleid, in plaats van dat zij later de put dempen waarin het kalf verdronken is."