Opinie

Toezicht op accountants geen schoolvoorbeeld van scheiding der machten

Alvorens met reces te gaan heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel aangenomen waarmee het toezicht op accountantsorganisaties wordt aangepast aan de Europese regelgeving. In het voorstel wordt het instrumentarium van de AFM verder uitgebreid.

Onderdeel daarvan is dat de AFM accountants kan dwingen controles bij organisaties van openbaar belang te beëindigen. Zo krijgt de toezichthouder steeds meer macht om sancties op te leggen zonder tussenkomst van de rechter, een gang van zaken die zich moeilijk laat rijmen met de scheiding der machten die we in Nederland als rechtsstaat (zouden moeten) kennen.

Het Tweede Kamerlid De Vries (VVD) heeft dat gebrek aan rechtsstatelijkheid onderkend. In een amendement vroeg zij de bevoegdheid voor de beëindiging van een controleopdracht bij de rechter te leggen. Dit amendement is door minister Dijsselbloem van Financiën ontraden. De minister verwees daarbij naar de bestuursrechtelijke procedure die voldoende rechtsbescherming zou bieden.

Dat klinkt in theorie leuk, maar in de praktijk blijkt die procedure een belangrijke barrière te zijn. De accountant zal immers in de praktijk zijn cliënt niet de dupe willen laten worden van een procedure met de AFM. De lange duur, hoge kosten en de vrees voor publiciteit zijn daarnaast vaak prohibitief. Tel daarbij op de neiging van de bestuursrechter niet volledig inhoudelijk te toetsen en de voorgehouden rechtsbescherming is de facto vrijwel betekenisloos.

Saillant detail is dat juist de controlecliënt het zwaarst wordt getroffen door een dergelijke sanctie, zeker als de beëindiging tussentijds moet plaatsvinden. Dat is voor de cliënt aanzienlijk meer belastend dan het verliezen van een opdracht voor de accountant. Overigens maakt dat aspect deze sanctie ook voor de toezichthouder zelf minder attractief.

Het amendement sluit aan op vergelijkbaar commentaar van de Raad van State en recent onderzoek van de Erasmus Universiteit waar lacunes in de rechtsbescherming ten opzichte van de toezichthouder naar voren komen. Het amendement van De Vries haalde het met een stemverhouding van 69-69 evenwel net niet.

Uiteraard is kwaliteit van uitgevoerde accountantscontroles essentieel voor een goed werkend economisch systeem en de daarin functionerende kapitaalmarkt. Een robuuste toezichthouder hoort daar bij; ook daarmee is niets mis. Maar een toezichthouder die invloed kan uitoefenen op de inhoud van de regelgeving, toezicht houdt op de naleving en vervolgens ook sancties oplegt lijkt op de politieagent die de hoogte van de boete bepaalt, de boete uitdeelt en de opbrengst tot slot ook in ontvangst neemt. Dat lijkt ons niet wenselijk. En de helft van de Tweede Kamer blijkbaar ook niet.

Een ordentelijke rechtsorde is gebaat bij een goed functionerend systeem van scheiding der machten. Het wetsvoorstel is daarvan geen schoolvoorbeeld. Meer in het algemeen is het voorstel een gemiste kans om eens fundamenteel na te denken over deugdelijke rechtsbescherming in de toezichtsfeer. Het zou goed zijn als daar eerst een zinvol politiek debat over gevoerd zou worden voordat de rechtsbescherming te ver wordt uitgehold.

Deze opinie is geplaatst in het FD van 3 augustus 2016.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Anton Dieleman RA is directeur vaktechniek bij Mazars Accountants en Belastingadviseurs. Mr.drs. Jan Garvelink is advocaat bij Blaisse.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.