Joris Joppe

Joris Joppe staat stil bij hoe we lering kunnen trekken uit bevindingen van toetsers in het veld, waarover de Raad voor Toezicht recent rapporteerde.

Discussie Column

Geachte Raad voor Toezicht,

In november publiceerde u de resultaten van het toetsjaar 2023. Ik heb het verslag met interesse gelezen en ben benieuwd naar de eerste resultaten van het toezicht op nieuwe leest. Ik ben van mening dat dit een verbetering is voor kantoren, die eerder een beeld krijgen bij waaraan ze moeten voldoen, wat hopelijk gaat leiden tot een hoger percentage als 'voldoende' getoetste kantoren. Het is wel jammer dat u niet al een tipje van de sluier oplicht omtrent de effectiviteit van de reeds gevoerde ontwikkelingsgesprekken. Het zijn er nog niet veel, maar ik ben benieuwd of deze hun vruchten af gaan werpen. 

Het is jammer om te moeten constateren dat het percentage als voldoende getoetste kantoren is gedaald van 74 naar 64 procent. Alhoewel het wat laconiek overkwam, begrijp ik uw oproep om terughoudend te zijn met het trekken van conclusies. Schommelingen komen inderdaad vaker voor maar toch had ik, en met mij de hele sector, liever een opwaartse trend gezien. Veel kantoren werken daar hard aan en ook als toezichthouder kan ik me voorstellen dat u werkt aan een opwaartse trend. 

De vraag die voorligt is, hoe we lering kunnen trekken uit de bevindingen die uw toetsers in het veld constateren. Naar mijn mening verdienen twee punten meer aandacht:

Uw rapportage is op een aantal punten helder (zoals de bevindingen ten aanzien van aansprakelijkheidsverzekering en het deponeren van eigen jaarrekeningen). Toch blijft het op een aantal andere onderwerpen gissen. Ik doel dan met name op bevindingen rondom verslaggevingsregels en documentatievereisten. Ik weet zeker dat de praktijk gebaat is met de meest voorkomende toetsbevindingen, zodat we ook kunnen leren van andermans fouten. Als leverancier van software voor samenstellen en dossiervoering ben ik bijzonder geïnteresseerd. Wij zien het als onze verantwoordelijkheid dat we accountants helpen bij het maken van een goede jaarrekening en het uitvoeren van opdrachten. We krijgen slechts sporadisch toetsbevindingen via onze klanten te horen, waaruit we geen generieke conclusies en verbeteringen kunnen definiëren. Wij hopen dat de raad meer openheid geeft over de fouten die worden geconstateerd, zodat we samen kunnen werken aan hogere kwaliteit.

Het tweede punt is wat weerbarstiger. Ik spreek in mijn netwerk regelmatig met kantoren, toetsers en professionals die kantoren begeleiden bij toetsingen. Het is niet uitzonderlijk dat ik hoor dat het idee leeft dat de normering die bij toetsingen wordt gehanteerd, in sterke mate afhangt van de persoon die de toetsing uitvoert. Uiteraard zijn toetsers ook gewoon mensen met een eigen referentiekader. Maar soms lijkt het te voelen als "wat de boer niet kent, dat eet hij niet". Een onwenselijke situatie, waarbij de getoetste kantoren toch het gevoel krijgen dat het een wedstrijd is die ze niet kunnen winnen. Ook hier denk ik dat openheid over toetsbevindingen en uniformiteit van gehanteerde normen noodzakelijk is.

Mocht u, als raad, zich afvragen waarmee ik me bemoei, dan is dat een gerechtvaardigde vraag. Ik heb tenslotte geen accountantskantoor en mijn dossiers worden niet door u getoetst (alhoewel op ons softwareplatform toch circa honderdduizend samensteldossiers worden aangelegd, dus ergens voelen die ook een beetje als 'mijn dossiers').

Maar er is meer. Zeker tien jaar geleden, toen ik nog wel in het openbare beroep werkzaam was, ben ik op een van mijn dossiers afgetoetst. Dat was een beoordelingsdossier waarbij de toetser en ik van mening verschilden over de documenten die in het dossier aanwezig moeten zijn. Tot op de dag van vandaag ben ik van mening dat er geen grondslag was voor de desbetreffende toetsbevinding. Maar in het kader van pick your battles heb ik toen onder protest de desbetreffende documenten overgeheveld van het permanent dossier naar het beoordelingsdossier van het desbetreffende jaar. Alhoewel ik er geen posttraumatisch stresssyndroom aan over heb gehouden, weet ik tien jaar later nog de naam van de cliënt en de aard van de vermeend ontbrekende dossierstukken. Los van mijn huidige rol dus voldoende reden om het onderwerp nog steeds hoog op mijn agenda te hebben!

Wat vindt u van deze column?

Reageer

Joris Joppe is registeraccountant en managing director bij Visionplanner.

Gerelateerd

6 reacties

Alexander Vissers

De eerste vraag die we moeten stellen is: hoe komen we in vredesnaam aan een Raad voor Toezicht, en toezicht op kantoren die jaarrekeningen samenstellen? We hebben toch al een AFM. En in 1992 heeft de minister nog gepoogd een wet op (alleen) de wettelijk auditor er doorheen te krijgen? Natuurlijk had er helemaal geen Raad voor Toezicht mogen komen, toezicht op kantoren waar personen die nuttig werk verrichten, zonder wettelijke grondslag, maar een onzinnige verklaring afgeven? Het Nivra heeft bij de Wta en Wab een categorie accountants verzonnen en er voor gezorgd dat een deel van de wettelijke controles met name AWB subsidiecontroles buiten het AFM toezicht viel. Met als enige doel deze onder haar toezicht te laten vallen. Dat is echter nooit in de wet opgenomen. Wel her en der wat hints maar dat helpt niet. En vervolgens heeft de NBA het begrip "aan assurance verwant" verzonnen en "samenstellers" (kantoren) zonder enige wettelijke grondslag aan haar toezicht onderworpen. De model samenstellingsverklaringen zijn onzinnig: er is geen jaarrekening zolang het bestuur geen besluit heeft genomen, jaarrekeningen worden niet samengesteld, en een accountant kan geen jaarrekening maken. Twee maanden geleden heb ik de Raad voor Toezicht aangeschreven en de leden verzocht op te stappen. Tot op heden heb ik geen reactie mogen ontvangen. Het illegale toezicht door de NBA moet onmiddellijk stoppen. Dit nog los van de afgaande op dit verslag en de reacties disfunctioneren van het systeem.

John Weerdenburg

@Joris, ik sluit wel aan bij je opmerkingen over de positie van de toetsers. De toetsers nemen inderdaad hun eigen referentiekader mee en zijn dan van mening dat deze ook van toepassing moet zijn bij het getoetste kantoor. Dat geldt voor de opzet en bestaan van een kwaliteitssysteem, maar zeker ook voor de werking hiervan. Zeker bij samenstellingsdossiers merk ik dat regelmatig. Nu hoeft dat op zich geen probleem te zijn als de toetser bereid is tot een zorgvuldige hoor en wederhoor. Maar dat is echt bedroevend! De toetsers maken een toetsingsverslag en het getoetste kantoor kan hierop nog (schriftelijk) reageren. En daar merk ik te vaak, dat deze motieven onvoldoende worden bekeken en gewogen.

Pieter de Kok

Jeetje, had ik twee maanden geleden geweten dat de Toetsers, op kantoor in Rotterdam, zo stelde ze zich toch echt voor, illegalen waren, dan had ik ze aangehouden en in Zwolle achtergelaten!

Haha Alexander! Ik lees wel van Anton om ze echt illegaal zijn.

Anyway, ik heb de gesprekken met hun zeer gewaardeerd.

Saludos

Alexander Vissers

Beste Pieter de Kok, volgens mij verwar je de toezichthouders van de AFM die, gedekt door een wettelijk kader en vergezeld van een door de AFM afgegeven identiteitsbewijs toezicht houden op het kwaliteitssysteem van vergunninghouders met illegale NBA "toetsers". De "Raad voor toezicht" is een onwettig door de NBA ingesteld "orgaan". De "toetsers"door de Raad namens het bestuur benoemd. Aangezien de Wab in art. 46 duidelijk stelt dat de opleiding tot accountant (theorie en praktijk) gericht is op de controle van financiële verantwoordingen en alle bijzondere wetten die naar art. 393 BW2 verwijzen eveneens controle tot onderwerp hebben is het beroep van accountant ondanks ontbreken van een expliciete wettelijke definitie beperkt tot controleur. De NBA kan daarmee geen regels stellen anders dan ter regeling van dat beroep. Dat volgt uit art. 19 lid 1 jo. art 3 Wab. Het volgt tevens uit art. 19 lid 4 Wab. Alle activiteiten die overgelaten zijn aan de vrije markt zijn off-limits voor de NBA-reglementering. Geen regels voor taartenbakken, palingvissen, gasfitten of "samenstellen". En het houden van toezicht kan al niet op grond van art. 134 lid 2 Grondwet, de Verordenende bevoegdheid omvat niet de bevoegdheid bij Verordening de repressieve bevoegdheden aan het bestuur toe te kennen ondernemingen en overheden,accountantskantoren en -eenheden te verzinnen en deze vervolgens regels te stellen en te onderzoeken. Veel succes in het komende busy season.

Pieter de Kok

Haha Joris..loslaten loslaten…het is dik tien jaar geleden.

Je zit nu op een prachtige plek, wat tien jaar geleden is gebeurd is wellicht trigger geweest mooie nieuwe stappen die je hebt gemaakt.

Mijn advies: naam dossier wissen.

Input: focus bij lancering nieuwe dossiertool op stabiliteit, snelheid en integratie met Tableau (of PowerBI), DataSnipper is opgepakt begreep ik

Ik droom nog steeds van mooie koppeling mogelijk naar Data/Process Mining tools, met resultaat mooie views/ doorkijkjes mogelijk in dossiers zelf en niet erbuiten.

Afgelopen jaren is dit vaak genoemd als verbeterwens binnen mijn team.

De rest?

De rest is gewoon Story of The Audit vastleggen van A tot Z, en ja ook nu nog gaat dat niet altijd goed, kan het altijd beter. Trainen trainen trainen. Daar gaat geen dossiertool echt iets aan veranderen.

Dalende % niet los zien van toegenomen schaarste in de markt, trend is logisch. Het piept en kraakt.

Toetsers doen goed werk, ze houden ons scherp.

Saludos

Alexander Vissers

Geachte Joris Joppe, ook ik heb het verslag van de Raad voor Toezicht gelezen, en dat is best knap want er bestaat geen Raad voor Toezicht, dat heeft het CBb al in 2006 vastgesteld. De Verordening op de Raad voor Toezicht heeft dit proberen te repareren door het toevoegen van een absurdistische opmerking over "krachtens mandaat en volmacht". Het bestuur van de NBA is ook niet bevoegd toezicht te houden op accountantskantoren (art. 134 lid 2 Grondwet) (anders dan het bestuur van de Beroepsorganisatie van Notarissen art.61 en 61a WNA op notarissen) of zelfs maar aan deze de wet voor te schrijven in de NVKS (art. 19 lid 5 Wab). Ook voor een verzekeringsplicht van accountantseenheden is een expliciete wettelijke basis nodig (inbreuk op grondrecht contractvrijheid en staat los van beroepsuitoefening) evenals voor een beroepseed (art.2 en 3 WNA) . Verder staat het proportionaliteitsvereiste in de weg aan toezicht op samenstellers.
Als het doel van toezicht is het bevorderen van het vertrouwen in accountants is het onbegrijpelijk dat de Raad voor Toezicht geen opmerkingen maakt over de toch kennelijk onzinnige (model) samenstellingsverklaringen, de bulk van de productie waarop zij toezicht houden. Door de (model) samenstellingsverklaringen wordt de indruk gewekt dat er zoiets bestaat als een "jaarrekening van de accountant" - en dan moet hij wel kloppen-. Dat een jaarrekening tot stand kan komen doordat een accountant hem samenstelt. En dat is juridische lariekoek. Gewoon stekker eruit.

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.