Magazine

Collectieve controle Jupiler League

BDO Accountants gaat de jaarrekeningen controleren van de clubs in de Jupiler League. De overeenkomst met de Coöperatie Eerste Divisie (CED) is onderdeel van een traject om de clubs financieel gezond te maken.

Dit artikel is verschenen in Accountant nr. 7/8, 2012

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel in pdf

De financiële positie van betaaldvoetbalorganisaties (bvo's) in Nederland is al een flinke tijd niet goed. Uitgaven, bijvoorbeeld aan spelerssalarissen, zijn hoger dan de inkomstenen er is sprake van een forse schuld. Niet alleen grote clubs in de eredivisie maar ook kleinere bvo's in de Jupiler League kampen met problemen (zie ‘de Accountant’, september 2010).

Het zorgt voor imagoschade, stelt Jelle Beuker, operationeel directeur van de Coöperatie Eerste Divisie (CED), de koepel van clubs in de Jupiler League. “Samen met een strenger licentiereglement van de KNVB en het rapport van de commissie Vermeend, vormde dit een reden om het roer om te gooien. Vooral het financieel bewustzijn bij bestuurders van bvo's moest worden verbeterd.” Ruim twee jaar geleden zette de CED een traject in om er voor te zorgen dat clubs sneller en meer inzicht krijgen in de eigen financiën.

Centraal kennispunt

Een eerste stap was een collectieve overeenkomst tussen de CED, softwarebedrijf AFAS en adviesbureau Ooijendijk Financial Services (OFS). Clubs gingen werken met hetzelfde ERP-systeem, vertelt Peter Ooijendijk van OFS. “Primaire doelstelling van deze overeenkomst was om clubs te ondersteunen in het financieel beleid. In AFAS hebben we een voetbaltemplate gecreëerd die inzicht geeft in de informatie die een bestuurder van een club nodig heeft om de club te sturen. Bijvoorbeeld begroting versus realisatie, spelerscontracten en sponsorinkomsten.”

Verder zijn de verslagstaten die clubs periodiek naar de KNVB moeten sturen in het systeem verwerkt. Met de samenwerking tussen CED en OFS ontstond een centraal kennispunt waar clubs terecht kunnen . In de praktijk is het specifieke kennisniveau bij individuele bvo's volgens Ooijendijk vrij laag. “Dit komt onder meer door het snelle verloop van mensen in de organisatie van de club. Door de beperkte organisatie bij een club ontbreekt in veel gevallen een persoon die de controllersfunctie inneemt en de directie en management voorziet van periodieke managementrapportages.”

Eén accountant

Een volgende stap naar verbetering is begin 2012 gezet door het contract tussen de CED en BDO Accountants. Op termijn gaat BDO de jaarrekeningen van alle achttien clubs in de Jupiler League controleren. De keuze voor BDO is bewust gemaakt, zegt Beuker (CED). “Ze zijn bij meer eredivisieclubs controlerend accountant en hebben daardoor veel kennis en ervaring opgebouwd. Voor bvo's in de Jupiler is dit een verbetering. Ze werken in meerderheid met lokale accountants waar de kennis over zaken als het licentiereglement niet altijd optimaal is.”

Verder benadrukt Beuker dat een collectief contract zorgt voor een beduidende kostenbesparing, wat voor kleine clubs belangrijk is. Op dit moment is al een aantal clubs van de Jupiler League controleklant bij BDO. Het is de bedoeling dat de komende drie jaar de andere clubs ook overgaan naar dit kantoor. Hoewel er geen verplichting is, zijn de clubs het wel allemaal eens met de overstap.

Verschillende momenten

Bert Scholten, partner bij BDO en bij de clubs tekenend partner, geeft aan dat BDO op verschillende momenten in het jaar als accountant in beeld komt. Bij de controle op de jaarrekeningen per einde seizoen worden controleverklaringen afgegeven en bij de halfjaarcijfers in het voorjaar beoordelingsverklaringen, evenals bij de latest estimates inzake het lopende seizoen in het najaar. Daarnaast geeft BDO bij clubs die door de KNVB in categorie I (financiële situatie onvoldoende) zijn ingedeeld een onderzoeksrapport af bij de begrotingen.

Veel zaken hetzelfde

Een belangrijke vraag is op welke manier BDO de controle- en beoordelingsmomenten van achttien clubs tegelijk in de praktijk aanpakt. Scholten: “Dit is voor ons een relevant punt geweest in het overleg over het contract in het licht van de planning en de kosten. Er is afgesproken dat Ooijendijk Financial Services (OFS) de rapportages en onderliggende gegevens van de clubs verzamelt met behulp van het AFAS-systeem en vervolgens de jaarrekeningdossiers aan ons oplevert.”

Op deze manier kan het proces efficiënt verlopen, vindt Peter Ooijendijk. “Het is ook een logische stap, omdat bij de clubs veel zaken hetzelfde worden verwerkt. Het contractenregister zit in het pakket en de aansluiting van het contractenregister en de financiële administratie is bij elke club hetzelfde, want deze zijn aan elkaar gekoppeld. Verder is de systematiek voor mediagelden, jeugdstimuleringsfonds, bekervergoedingen en dergelijke voor elke club gelijk.”

Regionale teams

Na de oplevering door OFS voert BDO een initiële cijferbeoordeling uit op de cijfers en worden de mogelijke verbandscontroles centraal uitgevoerd. Vervolgens bekijkt BDO op welke punten controle ‘op locatie’ nodig is. Scholten: “Het gaat dan om het testen van procedures in het kader van de controle op de administratieve organisatie en interne beheersing en om diverse gegevensgerichte maatregelen. Met categorie I-clubs gaan we per definitie het gesprek aan over mogelijke continuïteitsvraagstukken, financiering etc.”

BDO gaat naar verwachting werken met verschillende regionale teams. Behalve controle en beoordeling gaat het kantoor fiscaal advies geven aan de clubs. Het is een terrein waar de kennis bij de clubs laag is. Scholten geeft als voorbeeld de fiscale aspecten rondom (buitenlandse) transfers en vergoedingen voor wedstrijden in het buitenland. Peter Ooijendijk (OFS) wijst op de werkkostenregeling en de verwerking van btw bij business seats.

‘Nek uitgestoken’

Het uiteindelijke doel van de overeenkomst met BDO gaat verder dan reductie van kosten en het verstrekken van kennis, benadrukt Jelle Beuker (CED). “BDO heeft duidelijk zijn nek uitgestoken om de clubs van de CED op een hoger plan te krijgen. Ze leveren een bijdrage aan het streven om meer clubs in categorie 3 (financiële situatie goed) te krijgen.”

Bert Scholten van BDO vindt dat bestuurders en commissarissen meer oog krijgen voor de eigen financiële organisatie. “De transparantie is duidelijk beter dan een paar jaar geleden. Verder is er meer aandacht voor professionalisering. Tot slot begrijpen bestuurders meer het belang van een solide financieel beleid.”

Financiën bvo's Jupiler League

De clubs in de Jupiler League hebben op geaggregeerd niveau sinds het seizoen 2007/2008 een negatief bedrijfsresultaat. Er is de laatste jaren wel sprake van verbetering. In 2007/2008 bedroeg het bedrijfsresultaat ruim 15 miljoen negatief. In het seizoen 2010/2011 is dit gestegen naar 5,9 miljoen negatief.

De kosten hebben de clubs flink omlaag kunnen brengen, vergeleken met het seizoen 2007/2008 met bijna vijftien procent. In het bijzonder de personeelskosten: een daling van zeventien procent. De omzet is vergeleken met 2008/2009 met 5,2 procent licht gestegen. Het nettoresultaat was het afgelopen jaar voor het eerst in vijf jaar positief ( 5,7 miljoen) door goede transferopbrengsten.

Jelle Beuker (CED) vindt dat vooral een hogere omzet moet zorgen voor een verdere verbetering van het bedrijfsresultaat. “We zien dat clubs over het algemeen op dit moment zijn uitgesaneerd. Er wordt nu nagedacht over het binnenhalen van meer toeschouwers en meer sponsors. Ze kunnen dan bovendien meer mediagelden ontvangen.”

Minder clubs in zwaar weer

Over het geheel gezien gaan de resultaten van de eerstedivisieclubs voorzichtig de goede kant op. Tussen clubs onderling zijn er echter grote verschillen. Een aantal clubs zit in ‘categorie 3’ (goed), sommigen zitten in ‘categorie 1’ (onvoldoende, scherper toezicht KNVB). Wel is het aantal clubs in categorie 1 kleiner. In twee jaar is het afgenomen van acht naar zes. Het aantal clubs in categorie 3 nam toe van drie naar vijf. Categorie 2 (voldoende) bleef stabiel op zeven bvo's.

Ondanks de verbetering zijn er wel af en toe incidenten. In 2011 ging RBC Roosendaal failliet en in april 2012 werd bekend dat Veendam er slecht voor staat.

Lieuwe Koopmans is journalist.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.