Nieuws

CEA stemt onder voorwaarden in met simulatieopdrachten AA-trainees

De Commissie Eindtermen Accountantsopleiding (CEA) heeft ingestemd met een verzoek van de Raad voor de Praktijkopleiding van de NOvAA om voor trainees die binnen hun eigen organisatie geen (geschikte) controleopdrachten kunnen verrichten te kunnen deelnemen aan simulatieopdrachten. Zowel aan de hiervoor in aanmerking komende trainees, als voor de vorm en inhoud van de simulatieopdrachten, zijn door de CEA voorwaarden gesteld.

Deze simulatiemogelijkheid is uitsluitend toegestaan voor de beperkte duur van de transitieperiode van de nieuwe, gemeenschappelijke eindtermen voor de praktijkopleidingen voor AA en RA, welke eindigt op 30 augustus 2015. 

De uitvoering van simulatieopdrachten door AA-trainees dient aan dezelfde eisen te voldoen als de uitvoering van reguliere controleopdrachten in de praktijk. De toelating tot simulatieopdrachten, de uitvoering daarvan en de beoordeling of aan de eindtermen is voldaan, verschillen dan ook niet van de uitvoering van controleopdrachten in de praktijk. 

De Raad voor de Praktijkopleiding van de NOvAA is verantwoordelijk voor de uitvoering van de praktijkopleiding voor AA-trainees, zowel voor de reguliere praktijkopleiding, als voor simulatieopdrachten als onderdeel hiervan. Het toezicht door CEA op de uitvoering van simulatieopdrachten is gelijk aan dat bij reguliere controleopdrachten. 

Daarnaast volgt CEA nauwgezet de ontwikkeling van de simulatieopdrachten en beoordeelt zij of aan de door haar gestelde voorwaarden wordt voldaan. In het begin zal het CEA toezicht op de uitvoering van de simulatieopdrachten intensiever zijn. 

De voorwaarden die CEA heeft gesteld aan de ontwikkeling van simulatie opdrachten betreffen, naast hiervoor genoemde uitgangspunten, onder meer: 

  • Borging dat de eindtermen praktijkopleiding inzake de controlecyclus bij een succesvolle afronding van de simulatieopdrachten zijn bereikt;
  • Borging bij de toelating tot de simulatieopdrachten dat de trainee controle-ervaring op een lager niveau in de praktijk heeft opgedaan en de trainee op de juiste gronden voor de vervanging van praktijkopdrachten door simulatieopdrachten heeft gekozen;
  • Borging van onafhankelijkheid van de uitvoerende organisatie tijdens toetsing van de simulatieopdrachten;
  • Borging dat de individuele bijdrage van een trainee in de simulatieomgeving wordt getoetst;
  • Borging dat simulatieopdrachten voldoende uniek zijn;
  • Borging van het niveau en de complexiteit met de simulatieopdrachten;
  • Borging dat sprake is van een duidelijk verschil in problematiek (risico's, aanpak, e.d.) tussen beide simulatieopdrachten, naast het onderscheid naar type bedrijf;
  • Borging van de actualiteit in de simulatieopdrachten.

(Bron: CEA) 

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.