Advocaat gedupeerden Spaarbeleg moet 4iTrust betalen
Het advocatenkantoor dat namens gedupeerden een juridische strijd voert over Aegons Spaarbeleg Sprintplan moet gewoon de eindnota van 4iTrust betalen, zegt de Rechtbank Amsterdam. Ook al vindt het kantoor dat de forensisch accountant tekort is geschoten.
Het advocatenkantoor schakelde het bureau van René ter Haar in 2011 in om na te gaan of de informatie die Aegon aan de rechtbank verstrekte wel juist was. Zo stelde Aegon dat "circa 80 procent van de belegging in het Garantiefonds wordt gedaan in obligaties".
De advocaten wilden graag weten of deze stelling werd geschraagd door de jaarverslagen, jaarrekeningen, het prospectus en de specifieke bepalingen voor ortefeuille April 00/05. In de tweede fase zou 4iTrust nagaan of er aanwijzingen waren dat Aegon mogelijk niet zorgvuldig had gehandeld met het vermogen dat via het Sprintplan was ingelegd.
Eind juni 2011 brengt 4iTrust het definitieve rapport uit over de bevindingen uit de eerste fase. Na enig aandringen bevestigen de forensisch accountants tegenover de advocaat dat je op basis van de enkele inhoud van de jaarverslagen 1998 tot en met 2007 moet concluderen dat het Aegon Garantiefonds in die jaren niet heeft belegd in echte obligaties.
4iTrust stuurt in juli 2011 een nota van 4591,08 euro ex btw en een voorschotnota voor het onderzoek in de tweede fase ad 3570 euro. Tijdens het tweedefaseonderzoek stuurt 4iTrust een voorschotnota van 4760 euro.
In februari 2012 vraagt de advocaat de forensisch accountants om het rapport onmiddellijk af te ronden omdat zij volgens hem de belangrijkste onderzoeksvraag niet hebben willen begrijpen. Een paar dagen later vraagt de advocaat aan de accountants niettemin om een aanvullende vraag te beantwoorden: geeft de jaarrekening van het Aegon Garantiefonds over 2002 een getrouw beeld en voldoet die aan de wettelijke bepalingen voor jaarrekeningen?
Eén van de accountants zegt dat hij daarover geen uitspraak kan doen op basis van de beschikbare informatie. Hij zou daarvoor inzage moeten hebben in de administratie van het Garantiefonds. Als de accountant de vraag na enig aandringen opnieuw niet beantwoordt, concludeert de advocaat dat hij de beantwoording niet aandurft. De accountants te ronden desgevraagd hun onderzoek af en sturen een eindnota van 4270,08 euro.
Het advocatenkantoor betaalt de nota niet en wendt zich tot een andere registeraccountant. Deze concludeert dat de jaarrekeningen 1998-2005 van Spaarbeleg/Aegon Garantiefonds niet voldoen aan de wettelijke bepalingen en dat daarbij ten onrechte goedkeurende accountantsverklaringen zijn afgegeven. Uit de analyse van deze accountant blijkt dat het fonds nooit heeft belegd in obligaties, maar alleen in over the counter opties.
Het advocatenkantoor vindt dat de forensisch accountants de plank "ernstig" mis hebben geslagen. In beide conceptrapporten concludeerden de accountants van 4iTrust volgens de advocaat namelijk dat het fonds "(ook) zou hebben belegd in obligaties, terwijl zelfs ik als leek uit die jaarverslagen c.a. heb kunnen afleiden, dat enkel is belegd in OTC opties".
4iTrust stapt naar de rechter om de eindnota betaald te krijgen. Het voert daarbij onder meer aan dat de advocaat volgens de algemene voorwaarden van 4iTrust 30 dagen de tijd had om te reclameren.
De advocaat eist in deze procedure 20 mille van de forensisch accountants omdat die toerekenbaar tekort zouden zijn geschoten dan wel onrechtmatig hebben gehandeld door opzettelijk onjuiste rapporten uit te brengen en die rapporten feitelijk af te stemmen met derden.
De Rechtbank Amsterdam concludeert dat de algemene voorwaarden van 4iTrust van toepassing zijn en dat advocaten zowel in de eerste als tweede fase niet tijdig aan de bel hebben getrokken. Zij hebben weliswaar aanvullende vragen gesteld, maar geen concrete bezwaren of klachten geuit tegen de rapporten. Dat zij pas drie maanden later zouden hebben ontdekt dat de rapporten van de forensisch accountants onjuist waren, doet er niet toe. De advocaten moeten hun contractuele betalingsverplichtingen nakomen.
De advocaten hoeven echter niet de uren te vergoeden die de forensisch accountants hebben gestoken in deze procedure. In de contractvoorwaarden staat weliswaar dat 4iTrust de normale uurtarieven berekent als zij "wordt betrokken" in een civiele procedure. Maar de rechtbank leest in die woorden dat het initiatief voor zo'n procedure moet uitgaan van een ander dan 4iTrust. Bovendien zou de uitleg die 4iTrust aan de contractbepaling geeft ertoe leiden dat een opdrachtgever die uren ook zou moeten vergoeden als hij de procedure zou winnen. Dat vindt de rechtbank niet redelijk.
De rechtbank wijst ook de tegenvordering van het advocatenkantoor af. De advocaten hebben niet aannemelijk gemaakt dat de accountants onrechtmatig hebben gehandeld.
Gerelateerd
'Misdaad wordt virtueler. En dat virtuele verloopt steeds professioneler'
Forensisch financieel onderzoek (FFO) is een specialistisch werkgebied binnen de accountancy. Mr. Kees aan de Wiel, registeraccountant en partner bij EY Forensic...
Een zomeroverweging
Accountants in de assurancepraktijk vinden forensische accountancy vaak spannend, maar ze mogen zich gelukkig prijzen dat ze jaarrekeningen mogen controleren. Want...
Forensisch rapport PwC: met de boeken van Nutreco is gesjoemeld
Veevoeder- en visvoerproducent Nutreco, een dochteronderneming van conglomeraat SHV, kampt met gesjoemel in de boeken van de Ecuadoriaanse dochteronderneming Gisis....
BusySeasonTalks 183, wat hoor ik nou?!
Peter Schimmel geeft nog een keer uitleg over de term 'forensisch' accountant, na het luisteren naar de recente fraudespecial van de BusySeasonTalks.
Forensisch deskundigen-register opengesteld voor accountants
Het NRGD (Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen) heeft recent het aparte register voor forensisch financieel onderzoekers opengesteld voor aanmelding door...
