Opinie

Drie vereisten voor goed onderhoudsmanagement

De infrastructuur in Nederland is voor het grootste deel aangelegd. Nu komt het op onderhoud aan, maar dat vraagt om een goede werkrelatie tussen financiële en technische mensen. Prorail laat zien dat het niet altijd goed gaat. Waar gaat het mis, en hoe kan het beter?

In 2015 gaat het bij kanalen, spoor, rijkswegen, provinciale wegen, dijken en sluizen in Nederland vooral om onderhoud. Dat vereist kennis van planning, techniek en geld. En dan met een blik van minimaal tien jaar vooruit. Pas dan ben je als organisatie in control - en kom je niet zoals Prorail in de krant.

Nederland heeft op dit moment vele honderden kilometers aan asfalt, spoor en vaarwegen. Daar komt ieder jaar nog wat bij - maar dan ben je er wel. Er is een vergelijkbare situatie ten aanzien van kanalen en bruggen.

De infrastructuur in Nederland is steeds meer af. De uitdaging is nu het slim uitvoeren van onderhoud; de time to maintain en asset management is aangebroken. Voor een goede staat van onderhoud heb je niet alleen inzicht in de technische staat nodig, maar ook in de kosten. Want elke organisatie werkt met meerjarige budgetten, en die zijn gemaximeerd.

Van een afstand bekeken doen Rijkswaterstaat, Schiphol en Prorail als uitvoeringsorganisaties natuurlijk al decennia aan asset management. Wat dat betreft is het concept er eentje uit de buzz word-bingo van Dilbert. Maar schijn bedriegt: asset management is nu net wat veel infrastructurele bedrijven nodig hebben.

Het verschil tussen de naoorlogse situatie van onderhoudsplanning - fail & fix - en 2015 is de veel meer integrale, en op programmering, financiën en risico’s gerichte aanpak. Er is bij toepassing van asset management minder nadruk op alleen techniek, maar juist op de integrale benadering van technische en financiële planning, en ook nog in de komende tien tot dertig jaar.

Bij onderhoud en onderhoudsplanning gaat het echter nog vaak op drie belangrijke punten mis: 

  1. Reserveren: Bij projecten om een nieuw spoor of brug aan te leggen zijn de uitgaven van nieuwbouw altijd redelijk in beeld. Een business case richt zich in ieder geval wel op die uitgaven. Maar in praktijk kun je vaak nog een zelfde bedrag reserveren voor toekomstige onderhoudskosten. Want een weg of spoor blijft wel even liggen. En die kosten kunnen gemakkelijk hoger zijn dan de initiële investering. Vergeet je ze mee te nemen, dan ben je ieder jaar weer bezig om tekort aan middelen gedurende de hele life cycle rond te krijgen.
  2. Communiceren: Technische en financiële mensen moeten vervolgens voor een goede onderhoudsplanning dezelfde taal spreken. Voor een financieel manager kan het onderscheid tussen een modificatie en groot onderhoud wel eens even duidelijk zijn als voor een technische manager het verschil tussen kosten en uitgaven. Niet zo duidelijk dus.
  3. Extrapoleren: Dan het onderhoudsboekje van de leverancier. Het boekje van de leverancier van je auto werkt vast goed. Een auto heeft misschien een economische levensduur van vier jaar.  Maar voor bijvoorbeeld treinstellen is die levensduur veel langer. Je kunt je onderhoudsplan dan niet alleen baseren op een boekje van de leverancier. Je zult zelf de kosten van preventief en correctief onderhoud over een aantal jaar moeten extrapoleren.

Vooral het niet goed inschatten van toekomstige uitgaven gaat vaak mis, ook in de ons omringende landen. De Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen dreigt bijvoorbeeld te bezwijken aan een verkeersinfarct. De files nemen toe en bruggen staan op instorten. Duitsland geeft al jaren te weinig geld uit aan onderhoud. Om alleen de bruggen over rijkswegen te repareren is 4,5 miljard euro nodig. En dat geld is er niet, of in elk geval niet apart gezet. In Duitsland dreigt ruim tweeduizend kilometer snelweg een filetraject te worden.

In Nederland verschuiven aandacht en geld voor infrastructuur van aanleg naar onderhoud. Het gevaar schuilt hem erin dat onderhoud van oudsher vanuit een technisch perspectief wordt 'gemanaged', waarbij inzicht in geld op de tweede plaats komt. Dat leidt er vaak toe dat er in de onderhoudsfase ellende uit de hoge hoed komt.

Dat kan anders. Inzicht in meerjarige onderhoudskosten vereist dat disciplines elkaar vinden; een goede samenwerking tussen technische en financiële managers in een organisatie is essentieel bij het inzichtelijk maken van alle financiën. En goed asset management vereist dat inzicht.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Drs. Koen Perik RC is partner van advieskantoor SIS Finance. Hij adviseerde de minister van Financiën en de AFM over het in 2013 bij wet verplichte gestelde kostprijsmodel voor complexe producten van financiële instellingen. Recent adviseerde hij de NZa over de kwaliteit van kostprijzen in Nederlandse ziekenhuizen.

Gerelateerd

4 reacties

Jan Weezenberg

@Hans Hoekstra 20 oktober 2015
Geachte Heer Hoekstra,
Mijn citaatje was slechts bedoeld als een licht cynische onderstreping van Uw gelijk m.b.t. de samenwerking van ProRail met anderen.
Ik ben het volledig eens met de analyse die U maakt van de zaken waar het mis gaat!
En die kort kan worden samengevat als volledig falend management op alle nivo's.

Met vriendelijke groet,
Jan Weezenberg

Hans Hoekstra

@Jan: allemaal leuk hoor, die uitspraken uit de oude doos. Zie ik vaker op dit meium voorbijkomen. Maar we leven wel nu en wat ik op schrijf zijn maar een paar eigen waarnemingen. Wat iemand anders daarvan vindt, laat ik aan hen.
Wat ik hier verder nogal eens zie is dat men op elkaars reacties reageert in plaats van op het artikel of de opinie. Nu ook weer....

Jan Weezenberg

@Hans Hoekstra 14 oktober 2015
Geachte Heer Hoekstra,
Uitspraak van J.W. von Goethe, uit 1802:
"In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister "
Ofwel In de beperking toont zich pas de meester.

Dit is een door topmanagers goed opgevolgde deskundige algemene raadgeving om niet verder te kijken dan de neus lang is.

Vriendelijke groet,
Jan Weezenberg





Hans Hoekstra

Prorail daar is ie weer.
Ja waar gaat dit mis? Zo maar enkele waarnemingen op basis van eigen ervaringen met deze casus en informatie uit de krant.

1. slecht ingeregelde governance structuur tussen Ministerie, NS en Prorail.
Onderhoud wordt uitbesteed, maar vanuit het Ministerie is er geen adequate control op datgene wat wordt/is uitbesteed.

2. twijfelachtige kwaliteit administratieve procedures binnen zowel Ministerie als Prorail.
Stukken die door de Telegraaf zijn gepubliceerd laten zien dat de administratieve vastlegging van contracten, onderhanden werk ed aan alle kanten rammelt. En dat is nog een understatement. Deze kwaliteit draagt niet bij aan de adequate vastlegging en monitoring van infrastructurele werken.

3. het gaan voor de goedkoopste oplossing vwb aanleg van een werk staat op gespannen voet met de kwaliteit van het opgeleverd werk.
Dit moet echt veranderen: betonrot na pak m beet 7 jaar na de aanleg van de Ijzeren Rijn is niet iets dat je graag mee maakt. Af van die politieke en prijsdruk, dit is desastreus voor de kwaliteit van het opgeleverde product. Geldt trouwens niet alleen voor infrastructurele werken.

Misschien zou Prorail iets kunnen leren van Rijkswaterstaat. Maar mijn ervaring met bij elkaar in de keuken kijken bij overheidsinstellingen is dat men dat niet doet. Waarom niet is mij een raadsel.

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.