Marcel Pheijffer

Als mensen zich uitspreken als ze misstanden zien, hebben slechteriken minder prikkels om verkeerde dingen te doen. Marcel Pheijffer over de "cast van medeplichtigen".

Discussie Column

Spreken is goud, zwijgen geen zilver

Voor velen is de vakantie voorbij, het fraaie zomerweer gelukkig nog niet. Onze zomervakantie - grotendeels in eigen land - was heerlijk: een andere omgeving, fijn gezelschap, veel spelletjes, goed van eten en drinken, voldoende rust, vaak het gevoel van being busy doing something close to nothing.

Vakantie geeft je ook tijd om (bij) te lezen. Ik las onder meer het boek Money Men van Dan McCrum, journalist van de Financial Times. Een boek over de fraude bij het Duitse Wirecard. Een fraude met vele omstanders, waaronder accountants van EY. Ook las ik iedere dag mijn vaste rondje kranten: eerst de Volkskrant, dan NRC, koppensnellend naar de sportpagina's van de Telegraaf en tot slot uiteraard het FD.
Het artikel dat mij het meest inspireerde, stond in De Volkskrant van 1 augustus jongstleden. Het betreft de bijdrage Zwijgen over fraude of bedrog is óók medeplichtig zijn van financieel journalist Daan Ballegeer. Het is een interview met Max Bazerman, een Amerikaanse hoogleraar (Harvard). Deze gedragswetenschapper brengt in november een nieuw boek - met de titel Complicit - uit, dat ik zeker ga lezen.

Bazerman richt zich niet op de grootste boosdoeners in internationale fraudeschandalen, zoals bijvoorbeeld de bestuurders van Enron, Theranos en Wirecard. Hij is daarentegen gefascineerd door wat in het interview wordt omschreven als "de cast van medeplichtigen, zoals zakenpartners, werknemers en investeerders" en stelt: "Als mensen zich gaan uitspreken als ze iets verkeerds zien, dan hebben slechteriken plots veel minder prikkels om verkeerde dingen te doen. De kans dat ze ermee wegkomen is dan namelijk veel kleiner. Meestal is medeplichtigheid niet dat mensen zelf meedoen aan iets crimineels, maar wel dat ze er niets aan doen om het te stoppen. Stil zijn is óók een actie."

Tot de "cast van medeplichtigen" behoren te vaak accountants. Zo wijst Bazerman op de Enron-kwestie en de dubieuze rol van Arthur Andersen, maar ook op het feit dat "accountants sterke prikkels hebben om hun klanten gelukkig te houden". Op dat vlak is er casuïstiek te over. Ik zou er een boek over kunnen schrijven en wellicht doe ik dat - inmiddels beland in de laatste periode van mijn arbeidszame leven - ook wel.
Casuïstiek is er als gezegd immers ruimschoots. Die gaat niet alleen over de cliënten van de accountant, maar speelt zich ook intern binnen accountantsorganisaties af. Ik geef een drietal recente - trieste - voorbeelden.

Ten eerste het frauduleus handelen van medewerkers van (buitenlandse) accountantsorganisaties inzake (PE-)examens. Dit heeft zich in ieder geval voorgedaan bij EY, KPMG en PwC. In het meest recente geval kreeg EY in de Verenigde Staten het aan de stok met de Securities & Exchange Commission (SEC), de Amerikaanse beurstoezichthouder, met als gevolg een boete van US $ 100 miljoen. In het boetebesluit staat expliciet dat honderden "audit professionals cheated on CPE courses" alsmede: "And a significant number of EY professionals who did not cheat themselves, but knew their colleagues were cheating and facilitating cheating, violated the firm’s Code of Conduct by failing to report this misconduct".

Ten tweede het verhaal over een kroegentocht van Engelse PwC-accountants (in 2019). De tocht was georganiseerd door de manager van het PwC-kantoor in Reading. Diens medewerkers moesten meedoen en konden er alleen onderuit komen met een doktersattest. De bedoeling van de kroegentocht was om langs negen kroegen en nachtclubs te gaan om daar zo snel en zoveel mogelijk drank achterover te slaan. De manager reikte daartoe scorekaarten uit.

Waarom zou je aan zoiets meedoen? Waarom komt dit nu via een rechtszaak naar buiten (aangezwengeld door een deelnemer die tijdens de kroegentocht buiten westen is geraakt en blijvende schade heeft opgelopen) en trok er niet eerder een medewerker van PwC intern bij het hoger kader aan de bel? Wat zijn hier eigenlijk de overeenkomsten met het puberaal en corporaal gedrag binnen het Amsterdamse studentencorps of het Groningse Vindicat? Of met de Nederlandse 'kakkers' van EY die enige jaren geleden tijdens een skireis een plantenbak in een hotel ernstig bevuilden? Wat zegt dit voorbeeld over de cultuur en groepsdruk binnen accountantsorganisaties zoals PwC?

Ten derde de affaire bij accountantsorganisatie accon avm. De top bleek - aldus de berichtgeving in het FD - in staat om in- en externe cijfers te manipuleren. Zo kregen commissarissen en de bank gunstiger cijfers te zien dan die uit de interne administratie voortvloeiden. De manipulaties zouden al vanaf 2012 hebben plaatsgevonden. Een bestuurder (eerst cfo, later ceo) gaf instructies aan twee "in de fraude meegezogen controllers".
In 2021 trekken de controllers uiteindelijk aan de bel bij de nieuwe cfo van de accountantsorganisatie, volgt een fraudeonderzoek en het ontslag van de ceo. Maar waarom kon hij de cijfers zo lang laten aanpassen? Waarom volgden de controllers zolang zijn instructies op en werden zij meegezogen? Waarom trokken zij niet eerder aan de bel? Zoals het ook de vraag is of de controle van de extern accountant voldoende deugdelijk was. Een vraag die de AFM inmiddels aan de Accountantskamer heeft voorgelegd.

De drie voorbeelden gaan over "de cast van medeplichtigen" waarover Bazerman spreekt. Voorbeelden die laten zien dat de schade door onwenselijk gedrag had kunnen worden beperkt, als medeplichtigen en omstanders eerder waren opgestaan en hun verantwoordelijkheid hadden genomen. Voorbeelden die wat mij betreft laten zien dat zij die spreken goud verdienen en zwijgen niet met zilver moet worden beloond.

Wat daar ook van zij, het boek Complicit van Bazerman lijkt mij nuttig leesvoer voor accountants (in opleiding). Wellicht iets voor op de boekenlijst van een volgende vakantie?

Wat vindt u van deze column?

Reageer

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

20 reacties

Alexander Vissers

Met verzoek aan de redactie mij deze vierde beurt toe te staan:
@Tom Nierop: Als de Stuurgroep, werkgroep en kwartiermakers na pakweg 8 jaren werk met niets beters komen en het op het "cultuur" gooien, dan was er dus niets aan de hand. Als er sprake is van breed falen dan is de oorzaak aan het begin bekend en de oplossing binnen twee jaar geregeld. De belangrijkste schuldige voor de ontwikkeling is de NBA. In plaats van zich pal voor de accountants te stellen en weerwoord te geven is de NBA meegegaan in de retoriek en stemmingmakerij. Het begint met het rapport in het publieke belang. Een onmogelijk rapport zonder logische structuur. Het belangwekkende aan het rapport is niet wat er in staat maar wat er niet in staat namelijk de basis voor de belangrijkste aanname: dat er iets fundamenteel mis is met de accountantscontrole. Over professioneel kritisch gesproken. Geen eigen onderzoek en geen verwijzing naar onderzoek van anderen. Een rapport expliciet gebaseerd op wat anderen zeggen. Waren de leden van de werkgroep nog openbaar accountants, de kwartiermakers zijn zelfs dat niet. De AFM heeft jaren lang precies datgene gedaan wat van een toezichthouder verwacht kan worden totdat de rechter op de rem trapte, namelijk roepen dat het allemaal beter moet. Het vertrouwen in het beroep heeft vooral te lijden onder de vele jaren verbeterdiscussies en feitenvrije kritiek. De tuchtklachtenstatistiek bewijst het.

Tom Nierop

@Willem Buijink: U schrijft: ‘Als er geen structureel probleem is aangetoond, dan moet dat aan "publiek, politiek en toezichthouders [en journalisten]" duidelijk gemaakt worden.’ Dank voor het toevoegen van de journalisten, die was ik inderdaad vergeten. U vergeet echter nog een andere betrokken partij: het accountantsberoep zelf. Ook dat ziet een structureel probleem. Lees nog even het rapport In het Publiek Belang van de Werkgroep Toekomst Accountantsberoep uit september 2014. Niet voor niets wordt er nu al jaren gewerkt aan (gepraat over) noodzakelijke ‘cultuurverandering’. Maar uiteraard staat het een elke buitenstaander vrij om stug te blijven volhouden dat er niks aan de hand is.

Willem Buijink

@Vissers: over lagere dossier kwaliteit in de jaren 1980: ik neem aan dat Leo Smeele dat op goede gronden (eigen of andermans onderzoek/waarneming, en niet op basis van anekdotes (casuistiek)) betoogde: dat is dan prima.
@Van Nierop: deze opvatting: "We kunnen er eindeloos ‘wetenschappelijk’ over blijven twisten in hoeverre er echt een structureel probleem is of alleen toevallige ‘anekdotes’, maar dat het als probleem wordt gezien door publiek, politiek en toezichthouders (!) [... dan ...] is er een reëel probleem.", is problematisch.
De opvatting is, helaas, ook terug te vinden in het CTA eindrapport (lemma 16).
Het moet daarentegen als volgt gaan: is er geen structureel probleem is aangetoond, dan moet dat aan "publiek, politiek en toezichthouders [en journalisten]" duidelijk gemaakt worden.

Alexander Vissers

Toch nog een laatste reactie met name op de opmerking van Willem Buijink over mijn opmerking dat er weinig meer valt op de merken over de wettelijke controles en dat dat vroeger wel anders was.. De maatstaf die Willem Buijink aanlegt, namelijk of accountants ondanks fundamentele fouten, kennelijke dreigende discontinuïteit en ingrijpende fraudes een goedkeurende verklaring hebben afgegeven is natuurlijk de meest relevante maatstaf, hij legt echter de lat daarmee echter wel laag. Hij vraagt naar onderzoek over gebreken in de wettelijke accountantscontrole in het verleden, en dat onderzoek levert de AFM, met name met betrekking tot de formele aspecten van de controle en dossiervorming was er in het verleden veel mis. Zoals prof. Smeele het in zijn colleges Internationale Vergelijking uitdrukte: "Onze dossiers, daar lusten de ratten geen brood van". Dat was 1990. Volgens mij mogen deze formele aspecten niet genegeerd worden, voor het vertrouwen in accountants zijn ook deze belangrijk, vandaar mijn opmerking dat de controle inmiddels is verbeterd.

Tom Nierop

@Alexander Vissers: ‘"Te vaak" suggereert een streven naar nul?’ Hoezo? Stréven naar nul is overigens altijd mooi (eisen natuurlijk niet, overal worden fouten gemaakt). Maar je zult het nooit bereiken. Zeker niet met het inderdaad ongewenste ‘dichttimmeren’ via regels. Het wegnemen van onnodige (!) perverse prikkels is logischer, waarschijnlijk effectiever en sowieso prettiger voor de rechte rug van de professionals. Gezond liberaal principe. En het is goedkoper dan al die regels, met hun bijbehorende compliance-kerstboom. Ziedaar, sterk versimpeld, de door Vissers gewenste proportionaliteit en kosten-batenanalyse. We kunnen er eindeloos ‘wetenschappelijk’ over blijven twisten in hoeverre er echt een structureel probleem is of alleen toevallige ‘anekdotes’, maar dat het als probleem wordt gezien door publiek, politiek en toezichthouders (!) is al decennialang een feit. Dus is er een reëel probleem. Toch? En wie zou daar niet vanaf willen?

Alexander Vissers

@ Tom Nierop: Dit is nu precies het probleem, het uit het oog verliezen van proportionaliteit, kosten baten analyse. "Te vaak" suggereert een streven naar nul, maar dat komt met een prijs. Op ieder terrein van samenleving probeert de staat de zaak dicht te timmeren, o.a. de zorg gaat gebukt onder regel- en auditdruk, bureaucraten die maar regels blijven opstellen die het hoofdproces hinderen. Stellen dat omstanders wegkijken is een open deur intrappen, stellen dat alcohol geregeld het slechtste in mensen naar boven haalt eveneens. Dat spreken bij misstanden goud is, is ook al een open deur intrappen. De kritiek gaat daar op in dat het onproductief is te impliceren dat accountants structureel wegkijken bij ernstige misstanden en dat dat probleem geregeld moet worden.

Tom Nierop

@Willem Buijink: Het gaat mij er om dat het precieze percentage ontsporingen niet van belang is voor de vraag of je iets moet doen om zulke situaties zoveel mogelijk te voorkomen. Je moet het accountants immers niet moeilijker maken dan het toch al is. Het wetenschappelijk vaststellen van een exact percentage lijkt me bovendien vrijwel onmogelijk. Om te beginnen zou je dan alle controles waarbij *geen* sprake is van ‘druk’ vanuit de gecontroleerde, buiten de populatie audits moeten laten waarover je het percentage berekent. Het gaat immers juist om de gevallen waar die druk er wel is; welk percentage van de accountants houdt *dan* zijn rug recht? Maar waarom wachten op zo’n precies cijfer? Wie is daarmee gediend? Zullen we in plaats van ‘vaak’ gewoon ‘te vaak’ zeggen? Gezien de impact op het vertrouwen en imago - het gaat er in en rond het beroep nu al minimaal 20 jaar over - lijkt die kwalificatie me niet omstreden.

Willem Buijink

@Van Nierop: neem de casus Nederland: het maakt zeker uit of per jaar 0.2%, 2% of 20% van de 1700 externe (AFM geregistreerde) accountants in de fout gaan op een manier die Bazerman beschrijft. Met 'vaak' heeft Bazerman vast niet 0.2% in gedachten.

Van groot belang is goed uitgevoerd onderzoek naar de vraag wat dat percentage is. En goed uitgevoerd onderzoek naar waarom het dan misgaat. Dat kan niet met anekdotes. Zij die beweren dat het percentage 'vaak/hoog' is (of was (zie @ Vissers)): op welk goed uitgevoerd onderzoek baseren zij zich (van henzelf wellicht ?), of: hoe zouden zij zulk onderzoek ontwerpen/doen ? Met anekdotes (casuistiek) insinueren dat 'vaak/hoog' het geval is, dat helpt niet.

Alexander Vissers

Enron en Arthur Andersen waren een keerpunt. Het accountantstoezicht werd geïnstitutionaliseerd. Ook in Nederland. Daarom geeft het verwijzen naar dit historische materiaal aan hoe goed de laatste anderhalve decennia gaat. er valt kennelijk niets te melden. De schrik zit er goed in. Daarom ook hadden de kwartiermakers zich niet moeten lenen om een meegaand verhaal te presenteren maar gewoon tegengas moeten geven. Feitenvrije kritiek op een beroep waar weinig mis gaat, herkauwen van oude koeien terwijl de oplossing er al ligt, het toezicht door de AFM werkt, de Big-four laten weinig steken meer vallen en de rest wordt hopelijk ook beter. Dus ophouden met historsiche anekdotes kwartiermakers en ader bestuurlijke last en de AFM zijn werk laten doen.

San Croonenberg

Slechte voorbeelden blijven altijd hangen ten nadele van alle zaken die wel goed gaan. Zo zit wereldwijd het het nieuws in de media -helaas - in elkaar. De bladen moeten toch gelezen worden en de kliks zijn belangrijk.

Echter, de echte discussie zou moeten gaan over de vragen:
1. Hoe onafhankelijk zijn accountants nu van hun klanten?
2. Hoe waarborg je een onafhankelijke relatie?
3. Hoe draag je zorg dat accountants integer en oprecht handelen en hun rug recht kunnen houden?

Laten we met de kwartiermakers nadenken over de verdienmodellen en de verantwoordelijkheden van raden van commissarissen, raden van besturen, toezichthouders én accountants en de oplossing vermarkten zonder over en weer verwijten te maken.


Tom Nierop

@Willem Buijink. Niemand beweert dat alle accountants ten onrechte ‘toegeven aan prikkels om de klant gelukkig te houden’. Maar dat dat met enige regelmaat wel gebeurt is nauwelijks te ontkennen en ook verklaarbaar. En dat is vaker dan de drie ‘anekdoten’ waar Buijink over schampert. Als zulke voorbeelden maar groot en talrijk genoeg zijn dan is er reden om je af te vragen of een bepaalde structuur of bepaalde prikkels niet te veel risico opleveren. Of het dan in 2 of 10 of 20 procent van de gevallen misgaat is niet van groot belang. De meeste mensen plegen geen winkeldiefstallen, maar als het in een winkel net iets te vaak wel gebeurt kijk je toch waar dat aan kan liggen? Als een ongeluk in de accountantscontrole maar groot genoeg is dan is de (maatschappelijke) schade bovendien immens en gaat die zo’n specifieke casus ver te boven. Financieel, maar vooral ook in termen van vertrouwen. Geen statistiek kan daar iets aan veranderen. DIt nog los van het feit dat waar het wel goed gaat, dat vaak ook zonder de accountant zo zou zijn geweest.

Marcel Pheijffer

Dank voor de reacties.

Net als in vorige discussies - en die met een andere collega - worden mij ook nu weer woorden in de mond gelegd door Buijink. Laat ik er deze keer maar eens niet inhoudelijk op reageren.

Willem Buijink

Een nieuwe column van Marcel met hetzelfde probleem.

Hij citeert een stelling van Bazerman: "accountants [hebben] sterke prikkels ... om hun klanten gelukkig te houden". Bazerman bedoelt dat accountants dit, ten onrechte, vaak doen. Marcel voegt daar instemmend aan toe: "op dat vlak is er casuïstiek te over". Met andere woorden: deze stelling over de accountancy sector: "accountants geven vaak ten onrechte toe aan prikkels om de klant gelukkig te houden", klopt.

Hij onderbouwt dit met 3 voorbeelden (casuïstiek) waar het verkeerd ging: uit de VS, Engeland en Nederland. In Engeland ging het overigens niet over een klant, maar over een interne kantoor kwestie. De stelling heeft dus een wereldwijde reikwijdte.

Maar hoe sterk is een bewijsvoering met 3 voorbeelden uit de wereldwijde accountancy sector ? Niet sterk natuurlijk. Het is heel goed denkbaar dat er ook 3 voorbeelden te vinden zijn, in dezelfde periode, in de hele wereld, waarin de accountant niet toegaf aan de prikkel om de klant, of de baas, gelukkig te houden. Wat besluiten we dan ? Dat de stelling toch niet klopt ?

In deze column speelt dus opnieuw het probleem van het gebruik van 'anekdotes' als bewijsvoering. Het is bevreemdend dat Marcel dat probleem maar niet ziet. Ik denk dat dit komt door zijn juridische vorming, en dus geen vorming binnen de sociale wetenschappen. Het komt denk ik daarbovenop door zijn houding. Die van een pleiter in een rechtsprocedure: het pleiten richting de overwinning, ondersteunende voorbeelden inzettend, en zeker geen tegenvoorbeelden aanbrengend.

Die houding, die zich vaak herhaalt in zijn columns en in de rapporten waaraan hij meeschreef, samen met een juridische onderzoeksbenadering (casuistiek), helpt natuurlijk niet bij het accuraat inschatten van de stand van zaken in de accountancy sector wereldwijd en in Nederland.

Ron Heinen

@Albert Bosch: Citaat: 'Overigens, vallen journalisten en wetenschappers ook onder de "cast van medeplichtigen"?'

In het geval van uitwisseling van gevoelige/ confidentiele informatie moeten journalisten soms aan bronbescherming doen.

De wetenschap moet naast bronbescherming soms ook de werkwijze geheim houden als het om gevoelige/confidentiele informatie gaat.

Albert Bosch

Toekijken zonder te handelen ontstaat met name in een situatie waarin de machtsverhoudingen niet gelijk liggen. Dan zijn er vaak meerdere omstanders nodig die besluiten niet langer weg te kijken om één fraudeur of onethisch gedrag tegen te spreken. Er is sprake van asymmetrie.

En om met Nassim Taleb te vervolgen: “People who are not morally independent tend to fit ethics to their profession (with a minimum of spinning), rather than find a profession that fits their ethics.” [Skin in the Game, pag.33-34]

Met ‘minimum of spinning’ bedoelt Nassim Taleb dat omstanders hun geweten sussen (conditioneren) met argumenten die San Croonenberg benoemt (bijvoorbeeld het huis met hypotheek). Taleb noemt dat “the usual unethical academic game”.

Overigens, vallen journalisten en wetenschappers ook onder de "cast van medeplichtigen"?

Ron Heinen

@Frans Kersten: Dank voor de reactie.

In (vele) situaties welke (extreme) veiligheid vereisen worden zowel online en offline air-gapped komputer systemen gebruikt.

Een voorbeeld is te vinden in sharing_secrets.pdf op

https://spideroak.com/browse/share/UTwente/RNG/Research/

Het "Internal Network" bestaat uit air-gapped offline en online end-point komputers.

San Croonenberg

Het gaat om een cast of een systeem, bedrijf of organisatie waar medewerkers deel van uitmaken en hierbinnen is een zekere cultuur ontstaan. Hoe je dit geheel ook maar noemen wil, maar medeplichtigen vind ik te ver gaan. Ik zou eerder willen spreken van machtelozen. De kern van ongewenst gedrag, zoals bij corruptie, fraude, intimidatie, etc., is mijns inzien macht en het gebrek aan tegenmacht.
Ten eerste: Niet iedereen is in staat om een ander tegen te spreken. Angst voor represailles, afzeiken- en pesten, ontslag, of demoties i.p.v. promoties zijn reëel als er machtsmisbruik plaatsvindt. Dat is geen klein bier als je een huis met een hypotheek en een familie hebt.
Ten tweede: In de voorbeelden die Marcel noemt zijn onvoldoende waarborgen getroffen voor medewerkers om veilig onjuiste of ongebruikelijk acties te melden of om ongewenst gedrag te stoppen. De commissarissen, bestuurders én management van organisaties dienen er samen voor te zorgen dat er wel een veilige en transparante cultuur is op de werkvloer.
Iedere accountant moet zichzelf continue de vraag stellen: hoe draag ik hieraan bij?

Frans Kersten

@Ron Heinen: ook air-gapped computers zijn niet 100% veilig. Onderzoekers weten allerlei variaties te gebruiken om toch te kunnen achterhalen welke gegevens verwerkt worden. Zie diverse items op security.nl met verwijzingen naar achterliggende publicaties. Vraag is hoe ver wil/moet je gaan.

Ger Vergeer

Verontrustend waar.

Ron Heinen

Dank voor de leestip "Money Men" van Dan McCrum.

Ik heb het met belangstelling bekeken.

Het begin van de proloog geeft de spanning goed weer waaronder het boek tot stand is gekomen:

"BY JANUARY 2019 I had spent two months cloistered in a bunker to one side of the Financial Times newsroom. I’d worked ‘off the grid’, beyond the reach of online hackers, and each night my air-gapped computer and notebooks had gone into a safe with steel walls six inches thick."

Air-gapped computers worden in dit soort situaties vaak gebruikt...

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.