Magazine

Duurzaamheid blijft noodzaak

Sinds de oorlog in Oekraïne lijkt de aandacht voor het klimaat en voor duurzaamheidsinformatie even minder belangrijk. Maar de ontwikkelingen gaan door. Durven we ongemakkelijke keuzes te maken?

Dit artikel is verschenen in Accountant nr. 3, 2022

Bekijk alle artikelen uit dit nummer

» Download dit artikel (pdf)
» Download het hele nummer (pdf)

Usha Ganga, Lucas Geusebroek en Marc Schweppe

Op 1 juni staan er files bij de Duitse pompstations, nadat de Oosterburen de belastingen op brandstof fors hebben verlaagd. Zelfs wie in Utrecht woont, kan nog geld besparen door over de grens de tank vol benzine te gooien. In Nederland is het effect van een eerdere accijnsverlaging immers alweer teniet gedaan. Benzine is duur, gasprijzen rijzen de pan uit, de inflatie gaat met dubbele cijfers. De leveringsonzekerheid rondom grondstoffen zorgt voor nieuwe discussies over de gasvoorraden in Groningen en de Waddenzee.

Tijdens de aandeelhoudersvergadering van olieconcern Shell stemt tachtig procent van de aandeelhouders in met de eigen klimaatplannen van het bedrijf, dat in 2050 CO2-neutraal wil zijn. Maar twintig procent steunt de plannen van de activistische aandeelhouder Follow This; de beweging die aandringt op versnelling van de energietransitie bij Shell. Dat is minder dan vorig jaar.

We hebben wel wat anders aan ons hoofd dan het klimaat, toch? Sinds de Russische inval in Oekraïne piept en kraakt de economie in zijn voegen. De korte termijn is weer wat telt, klimaatambities lijken even naar de achtergrond verdrongen. Twee jaar coronacrisis en als bedrijf vooral overleven hielpen ook niet. Maar de klimaatcrisis is niet weg. Integendeel. “Had Poetin niet de oorlog verklaard aan Oekraïne, dan had een ander onderwerp de afgelopen week waarschijnlijk het nieuws gedomineerd: het klimaat”, aldus columniste Esther Bijlo in Trouw. Eén week na de Russische inval publiceerde het wetenschappelijke klimaatpanel IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change) opnieuw een zorgwekkend rapport over de klimaatverandering. Daarbij ging het nu vooral over de gevolgen van de opwarming van de atmosfeer voor mens en planeet.

De voorspellingen van het IPCC zijn angstaanjagend. Aan het eind van deze eeuw kan de helft tot driekwart van de wereldbevolking blootstaan aan levensbedreigende opwarming. Op sommige plaatsen lijkt dat nu al het geval, gezien de berichtgeving over India. “The Age of Extinction Is Here - Some of Us Just Don’t Know It Yet”, schreef de bekende denker en publicist Umair Haque recent. In India vallen vogels letterlijk dood uit de lucht van de hitte.

Groene groei bestaat niet

Precies een halve eeuw geleden, in 1972, publiceerde de Club van Rome haar rapport Grenzen aan de groei, waarmee de wereld voor het eerst met de neus op de feiten werd gedrukt. De aarde is niet onuitputtelijk, de gevolgen van ons handelen voor het milieu zijn ingrijpend en de ontwikkelingen gaan razendsnel.

Het rapport biedt genuanceerde doorrekeningen van verschillende scenario’s over voorraden aan grondstoffen en technologische vernieuwing. “Wat wel uit alle scenario’s sprak is: zolang er niets verandert aan de focus op exponentiële groei van zowel de wereldbevolking als van de materiële economie, dan stort vroeg of laat het wereldsysteem in elkaar”, aldus klimaatjournalist Jaap Tielbeke bij het herlezen van het rapport. Hij schreef er een boek over (We waren gewaarschuwd), dat als veelzeggende ondertitel meekreeg ‘Over een profetisch milieurapport en wat we er (niet) mee deden’.

Economisch antropoloog Jason Hickel heeft wel een verklaring waarom we de lessen van de Club van Rome niet leerden. “De belangrijkste reden is dat politici ons al vijftig jaar wijsmaken dat ‘groene groei’ mogelijk is. Technologische vooruitgang en toenemende efficiency zouden ons op den duur in staat stellen de groei van het bruto nationaal product los te koppelen van de groei van het energie- en grondstoffengebruik. De economie zou dan groeien, terwijl de druk op het milieu minder groeit of zelfs daalt.” Maar groene groei bestaat niet, aldus Hickel. “Ik ken geen ander politiek verhaal dat zo gevaarlijk onwetenschappelijk is.”

Parijs

We zijn een halve eeuw verder en inmiddels worden de gevolgen van de klimaatverandering zo zichtbaar dat ontkennen niet meer aan de orde is. Duurzame bedrijfsvoering, ook in de keten, wordt de nieuwe norm van behoorlijk ondernemingsbestuur. Er ligt het klimaatakkoord van Parijs, met heldere klimaatdoelen. “Bedrijven die hun investeringen en gedrag niet in lijn brengen met die doelen, hebben wat uit te leggen en nemen bewust een risico”, is te lezen in een FD-commentaar van medio februari. “De schoen wringt vooral daar waar bedrijven de langetermijndoelen van ‘Parijs’ zeggen te steunen, maar geen piketpalen slaan om bij dat doel te komen. Dat laat te veel ruimte over om in het hier en nu te blijven uitstoten en slechts in woord ‘Parijs’ te steunen.”

Ondertussen komen er steeds meer initiatieven om verspilling tegen te gaan en te streven naar een meer duurzame samenleving. De Europese Commissie kondigde dit voorjaar nieuwe regels aan in de strijd tegen de wegwerpindustrie. Producten moeten beter te onderhouden en te repareren zijn en moeten energiezuiniger worden gemaakt.

“Onvermijdelijk betekent dit een rigoureuze ommezwaai in het denken van de industrie, die de hele keten zal moeten aanpassen, van ontwerp tot productie en van verpakking tot recyclebaarheid en repareerbaarheid”, schreef NRC. “Het zal een proces van lange adem zijn, met gevaren als overregulering en bureaucratie op de loer.” Het FD benadrukte dat het Rijk hierin een voorbeeldfunctie moet willen vervullen. “De circulaire economie staat nog in de kinderschoenen. Juist het Rijk kan via Rijkswaterstaat - dat miljarden spendeert en duizenden tonnen materiaal gebruikt - met zijn massa en gedrag het verschil maken hoe circulariteit zinvol wordt ingevuld.”

Rol accountant

Hoe gaat de accountant om met de circulaire doelstellingen en de beloftes van ondernemingen om Parisproof te zijn, naar het midden van deze eeuw toe? Aan de vooravond van de Week van de Circulaire Economie, eind januari, presenteerde een samenwerkingsverband van financiële experts, de Coalitie Circulaire Accounting (CCA, waarvan de NBA mede oprichter is), een nieuw rapport Financiële verantwoording in de circulaire economie. Boekhouding en financiering zijn drijvende krachten bij de circulaire transitie, aldus de opstellers. Het herdefiniëren van waarde, impact en risico’s is nodig om de winstgevendheid aan te tonen van bedrijven die behoud en hergebruik van materialen voorop stellen.

Al eerder, in januari 2020, bracht de NBA zelf een publieke managementletter uit met als titel Klimaat is financieel. Duurzaamheid is inmiddels het buzzword in accountants- en adviesland. Want als duurzame bedrijfsvoering de nieuwe norm van goed ondernemingsbestuur is, moet duurzaamheidsinformatie wel kloppen. En daar komt de accountant om de hoek.

Probleem was lange tijd gebrek aan duidelijk houvast voor accountants, maar inmiddels ligt er de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), die in april 2021 door de Europese Commissie werd gepubliceerd en deze zomer wordt goedgekeurd. De richtlijn verplicht straks duizenden bedrijven te rapporteren over de milieu- en sociale impact van bedrijfsactiviteiten en deze ook te laten toetsen door een accountant. Dat moet greenwashing helpen voorkomen en investeerders beter zicht bieden op de duurzaamheid van bedrijfsactiviteiten. Het Europees Parlement onderhandelt nog over de laatste twistpunten van het voorstel, maar zeker is dat grote bedrijven verplicht zijn om hun duurzaamheidsprestaties in het bestuursverslag toe te lichten. De oorspronkelijk geplande snelle inwerkingtreding van de regelgeving per boekjaar 2023 ging wat te ver. De CSRD-verplichtingen moeten nu voor oob’s gaan gelden vanaf boekjaren startend op of na 1 januari 2024 en voor alle grote ondernemingen vanaf boekjaar 2025. Voor mkb-ondernemingen komen er vereenvoudigde standaarden, die op basis van vrijwilligheid zijn te hanteren vanaf 2026.

“De invoering wordt later dan oorspronkelijk aangekondigd en standaarden zijn nog in concept, maar betekent dit dat organisaties kunnen afwachten?” Een terechte vraag op het communityplatform van de NBA. Het antwoord is “volmondig nee, want het draait niet alleen om aanpassing van je rapportage en controle, maar van je informatiesystemen en om echt aan de gestelde duurzaamheidsnorm te voldoen van je hele bedrijfsvoering en strategie.”

De latere invoering is geen uitstel, maar extra voorbereidingstijd, waarvan elke minuut nodig is. Een halve eeuw na Grenzen aan de groei is het hoog tijd om te gaan hollen.

Kabinet komt met beleidsprogramma klimaat

In 2030 moet de CO2-uitstoot in Nederland met ten minste 55 procent zijn gedaald, als opmaat naar een klimaatneutraal Nederland in 2050. Om dit te bereiken presenteerde het kabinet begin juni het beleidsprogramma klimaat, gericht op zestig procent CO2-reductie in 2030.

Het beleidsprogramma beschrijft de hoofdlijnen van het beleid voor de komende jaren. Het beleid is gericht op de verduurzaming van vijf sectoren: elektriciteit, mobiliteit, industrie, gebouwde omgeving en landbouw & landgebruik. Om de omslag die nodig is in elk van deze sectoren te laten slagen, is ook inzet nodig op thema’s zoals circulariteit, innovatie, burgerbetrokkenheid en werkgelegenheid, aldus het kabinet. Voor alle sectoren stelt het kabinet een rest-emissiedoel vast, wat duidelijk maakt hoeveel emissies die sector in 2030 nog maximaal mag uitstoten.

Ook benoemt het kabinet dit najaar een onafhankelijke Klimaatraad, die het klimaatbeleid beoordeelt en er over adviseert. Het beleidsprogramma is ter consultatie voorgelegd via internetconsultatie.nl. Reageren kan nog tot medio juli 2022. Ook de Raad van State wordt om advies gevraagd, waarna het beleidsprogramma wordt vastgesteld.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.