'AFM moet met scherp schieten'
De Autoriteit Financiële Markten publiceerde in september een kritisch rapport over de kwaliteit van de accountantscontrole. NIVRA-voorzitter Ruud Dekkers reageert.
Dit artikel is verschenen in de Accountant nr. 10, 2010
Bekijk alle artikelen uit dit nummer
Marc Schweppe
Dekkers: “Laat ik voorop stellen dat het NIVRA veel waardering heeft voor de toetsingen van de AFM. Waar de AFM daadwerkelijk fouten constateert, moet ze wat ons betreft onverwijld optreden. Daarvoor heeft ze veel meer sanctiemogelijkheden dan wij, inclusief het ultieme intrekken van de vergunning van een externe accountant of accountantsorganisatie. Maar iemand is in Nederland onschuldig tot het tegendeel bewezen is. Ik heb daarom gevraagd waarom de AFM er voor gekozen heeft haar rapport over de controles door de big four naar buiten te brengen via de media, nog voordat die rapportage was afgerond en maatregelen genomen zijn. Dat vind ik kort door de bocht, en als AFM laat je de ‘boosdoeners’ gewoon doorgaan met het afgeven van in de ogen van de AFM ondeugdelijke accountantsverklaringen. Als nu blijkt dat het nemen van maatregelen in de praktijk tot problemen leidt omdat de procedures die hieraan ten grondslag liggen te lang duren, zoals de AFM stelt, dan vinden wij dat de wet op dat punt moet worden gewijzigd.”
Publiek debat
“Ik begrijp dat de AFM ervoor gekozen heeft om het publiek over hun bevindingen te informeren omdat zij vindt dat het publiek daar recht op heeft. Maar wat je ziet is dat het publieke debat dat volgt dan niet meer gaat over wat er in die rapportage staat maar over de inrichting van het accountantsberoep als geheel, inclusief het fusievoorstel van NIVRA en NOvAA. De AFM heeft een grote vraag opgeroepen over de juistheid van jaarrekeningen, zelfs al staat dat niet precies met zoveel woorden in hun rap- port. Terecht volgt er dan een bezorgde reactie van bijvoorbeeld Eumedion. Zulke reacties bevestigden ons gevoel dat het rapport suggestief was en noopte ons om dit onverwijld recht te zetten.”
Had de AFM dergelijke reacties zelf ook verwacht?
Dekkers: “De AFM heeft aangegeven dat die fundamentele discussie over de inrichting van het accountantsvak wat de AFM betreft niet de bedoeling is geweest van hun rapportage. Men wilde wel een heel duidelijk signaal geven. Echter, in het rapport wordt geen melding gemaakt van het feit dat twee van de vier rapporten nog niet definitief waren en dat er nog vaktechnische disputen lopen met de desbetreffende kantoren over het merendeel van de in het AFM-rapport genoemde voorbeelden inclusief die over de incidentmeldingen. Dat maakt het rapport voorbarig en dat had niet gehoeven. Tegelijk laat onverlet dat de AFM de vinger legt op zere plekken. Waar rook is, is vuur en waar fouten zijn gemaakt moeten dus maatregelen volgen. Hoe sneller hoe liever. Als je concrete maatregelen neemt dien je volgens de wet ook man en paard te noemen, dan schiet je met scherp. De desbetreffende kantoren kunnen zich dan voor de rechter verweren indien zij het met de bevindingen niet eens zijn. Dat is due process. Maar door het AFM-rapport werden alle accountants over één kam geschoren en waren ze in de media allemaal schuldig.”
Het NIVRA heeft kritische reacties gekregen op haar scherpe uitlating dat het rapport suggestief was. Had een meer inhoudelijke reactie niet passender geweest voor de beroepsorganisatie?
Dekkers: “We hebben kritische reacties gekregen met name op Accountant.nl, maar ook veel positieve commentaren: vanuit de SRA, van individuele accountants, van kleinere kantoren. Allemaal hardwerkende collega's die zich beschadigd voelden door de brede kritiek op het beroep in de media. In de samenleving ontstaat onrust op het moment dat toezichthouders zaken via de media naar buiten brengen. Vergelijk het met de kritiek vanuit DNB kort daarvoor op de accountantscontroles bij pensioenfondsen. Het NIVRA heeft regelmatig overleg met DNB, maar daar is het punt nooit aan de orde geweest. Dus heb ik DNB in een brief om nadere uitleg gevraagd. Daarop is inmiddels antwoord gekomen en we gaan met DNB het gesprek aan. Natuurlijk hadden we ook anders kunnen reageren en aangeven welke maatregelen inmiddels door de verschillende kantoren genomen zijn, na de eerste rapportage van de AFM in december 2009. Echter, dat is mijns inziens meer een taak voor de kantoren zelf. We hebben in het april-nummer van ‘de Accountant’ een onderzoek gepubliceerd naar de best practices op het gebied van transparantieverslagen. Mede op basis daarvan verwacht ik dat de betrokken kantoren veel meer openheid zullen betrachten op het gebied van de genomen maatregelen naar aanleiding van de kritiek van de AFM.”
In een aantal reacties werd de vraag gesteld wat het NIVRA nu gaat doen.
“Naar aanleiding van het rapport van de AFM over de 2007 audits hebben wij destijds aangegeven hierover in gesprek te gaan met de verantwoordelijke bestuurders van de kantoren en de AFM. Het NIVRA heeft in het voorjaar van 2010 dergelijke gesprekken gevoerd. We hebben ze indringend bevraagd of ze de signalen herkenden en wat er aan gedaan werd. Je ziet dat de kantoorleiding zeer gecommitteerd is om te werken aan kwaliteitsverbetering. Ze moeten wel want ze weten dat hun reputatie op het spel staat. Dus is men de facto al enige tijd geleden begonnen met de cultuurverandering waar door sommige criticasters om wordt gevraagd. Dus worden oude partnerstructuren omgevormd naar een meer modern corporate-model waarin meer verantwoordelijkheid komt te liggen bij de bestuurders en waarin de partners rapporteren aan een bestuur en worden beoordeeld op allerlei zaken. Dat is voor veel partners wennen, want het tast de historische individuele vrijheid aan en het kost tijd. De beloningsstructuur moet hieraan worden aangepast, soms moet er afscheid worden genomen van mensen. De AFM ziet ook dat deze veranderingen aan het gebeuren zijn maar vindt dat dit niet snel genoeg gaat. Wij, als NIVRA, zullen deze plannen en de implementatie hiervan kritisch volgen. Daarnaast vinden wij dat de professionele scepsis van de individuele accountant veel meer aandacht moet krijgen; niet alleen bij de kantoorleiding, maar bij iedere professional. Het is een van de hoofdonderwerpen in de verplichte cursus Clarity ISA's.”
U beschrijft nu wat het NIVRA gedaan heeft, maar welke acties zullen worden genomen naar aanleiding van dit AFM- rapport?
“Wij hebben hierbij uitgebreid stilgestaan tijdens onze bestuursvergadering van dinsdag 7 september 2010. Onze conclusie is dat hoewel het toezicht op de wettelijke controles het exclusieve domein van de AFM is, het NIVRA bij dit soort signalen niet passief kan zijn. We hebben besloten om tijdens de volgende bestuursvergadering een plan van aanpak vast te stellen. Of dit ook een verplichte cursus ethiek bevat die werd voorgesteld door een aantal leden weet ik nog niet hoewel ik het zelf een aantrekkelijke gedachte vind. In ieder geval zal tijdens de Accountantsdag door de AFM een workshop worden georganiseerd waarin de algemene bevindingen uit de toetsingen zullen worden gedeeld. Ik vond dat een goed idee want dat geeft veel accountants, ook degenen die nog niet getoetst zijn of alleen vrijwillige controles verrichten, inzicht in de meest voorkomende tekortkomingen. Interessant is dat er erg veel animo is voor die workshop, dat voorziet dus duidelijk in een behoefte.”
Gaat de kritiek van de AFM niet vooral over dossiervorming, ze kijken immers achteraf naar de controles en baseren zich dan op de documentatie?
Dekkers: “Een goede audit is meer dan een goed dossier. Er moet ruimte blijven voor professional judgment. Als we ons werk alleen laten bepalen door checklists en juiste dossiervorming komen we in een negatieve spiraal en willen de goede mensen liever iets anders gaan doen. De rechte rug en het professioneel oordeel van de accountant bepalen de meerwaarde van het beroep. Maar tegelijk moet er wel een goed dossier onder liggen. De AFM stelt: niet gedocumenteerd is niet gedaan. Dat is een terechte regel. Maar het kan wel eens een scheef beeld geven. Als je een beursfonds controleert en onder druk van de accountant worden daar de cijfers aangepast omdat ze anders een vertekend beeld geven, dan is dat een spannend proces. Dat vraagt stevige besprekingen, waarin je je rug recht moet houden. Maar achteraf zegt de AFM tijdens de review: ‘leuk, maar ik mis een papier in je dossier. Dat is een fout’. Op zo'n moment vraagt zo'n controleteam zich wel eens af waar het nou om gaat in ons vak.”
Waar ligt de oplossing? Is het tijd voor opdrachtverstrekking door de AFM, of de komst van een wettelijk controleur in dienst van de overheid?
Dekkers: “Ik vind het vooral opvallend dat de raad van commissarissen afwezig is in dit debat. Jan Bouwens heeft er in het Financieele Dagblad een artikel over geschreven. In de praktijk is de raad maar zelden de echte opdrachtgever, terwijl de accountant formeel toch door de aandeelhoudersvergadering wordt benoemd. De accountant moet zijn rol als poortwachter beter invullen en de raad van commissarissen als opdrachtgever zien. Dus moet de controleaanpak daar ook vooraf werkelijk mee worden gedeeld. De raad van commissarissen moet de lead nemen, meer dan nu het geval is. Een ander probleem is dat het prijsdrukspook weer terug is. Controlebudgetten worden teruggeschroefd door inkoopmacht en dat heeft op de lange duur uiteindelijk toch invloed op de kwaliteit. Men gaat kijken waar je nog met nog ietsje minder werk toch tot die goedkeurende verklaring kan komen. De ‘franje’ zoals uitgebreide management letters, de natuurlijke adviesfunctie, en uitgebreid overleg met bestuur en commissarissen wordt tot het minimum teruggebracht. Na Enron kwam SoX en was er meer budget voor gedegen controle. Inmiddels is dat weer anders, met dank aan de kredietcrisis. Ook hier ligt er een rol voor de commissarissen: die moeten kiezen voor kwaliteit, met een budget dat daarbij past, want de accountant is voor de raad van commissarissen toch de belangrijkste poortwachter. De opdracht laten verstrekken door de AFM is mijns inziens niet de oplossing. Dan verdwijnt de onderlinge concurrentie, ook die op kwaliteit; vraag is wat we daar mee opschieten. En met een staatsaudit door een wettelijk controleur wordt de kapitaalmarkt zeker niet geholpen. De vraag is of een dergelijke staatsauditdienst voldoende mankracht kan aantrekken om met dezelfde snelheid tot een oordeel te komen. Als accountants moeten wij in relatief korte tijd ons oordeel vormen over de cijfers die voorliggen, dat geeft de meerwaarde voor de kapitaalmarkt.”
Is de NIVRA-voorzitter gerust op de volgende rapportage van de AFM, die gaat over de kwaliteit van de controles over 2009?
Dekkers: “Ik hoop vooral dat de discussies met de AFM zullen leiden tot meer nuance en minder suggestie. Maar als ik eerlijk ben maak ik me nog wel zorgen over die volgende rapportage. De controles over 2009 waren immers al afgerond toen de AFM met haar rapport kwam. En daarnaast kosten gedrags- en cultuurveranderingen nu eenmaal tijd.”
Wat doen ze eraan?
Enkele maatregelen die bij verschillende big four-kantoren zijn genomen ter verbetering van de kwaliteit van de controle.
- Verhoging betrokkenheid externe accountants in controles, in combinatie met verhoogde trainingsinspanningen ten aanzien van compliance en tijdige review.
- Verhogen discipline bij formele aspecten van de controle, zoals aftekenen, dateren en archiveren, documentatie rondom story of the audit en daarin gemaakte keuzes en afwegingen.
- Intensivering van werkzaamheden en hogere bezetting compliance office en directoraat vaktechniek.
- Individuele maatregelen tegen externe accountants bij niet-naleven: normoverdragende gesprekken, disciplinaire maatregelen, aanvullende onderzoeken op dossiers en bijstellingen in beloning en vertrek indien men niet aan het gewenste niveau kon of wilde voldoen.
- Sanctiebeleid niet alleen voor partners en directors, ook voor staf.
- Nadere guidance bij identificatie van specifieke risico's.
- Continu proces van remediation, zowel op dossierniveau/per geval als toekomstgericht;
- Verhoogde aandacht voor consistent uitdragen juiste tone-at-the-top.
- Gewijzigd partner beloningssysteem met meer focus op risk & quality-aspecten;
- Jaarlijkse update trainingen aan al het personeel inclusief expliciete remediation training voor structurele tekortkomingen uit (interne) reviews.
- Verplichte partnertraining op het gebied van professionele scepsis.
Gerelateerd
Toezicht op CSRD-assurance: een pleidooi voor systeemtoezicht
Het bevorderen en handhaven van de kwaliteit van niet-financiële audits hangt niet alleen af van regelgeving, maar ook van een toezichtmodel dat samenwerking, vertrouwen...
Accountants hebben nieuwe toezichthouder bij AFM
Arnold Pureveen is met ingang van 16 september gestart als afdelingshoofd Kwaliteit Accountantscontrole & Verslaggeving (KAV) bij de Autoriteit Financiële Markten...
ICAEW: dertig procent Britse audits is nog onder de maat
Volgens de Britse beroepsorganisatie van accountants ICAEW is ruim zeventig procent van de getoetste audits goed of acceptabel. Bijna dertig procent voldoet nog...
Brits PwC wil medewerkers vaker op kantoor zien
De Britse PwC-organisatie heeft via een memo de 26.000 werknemers gemeld dat de organisatie een strenger hybride beleid gaat voeren als het gaat om kantoorbezoek....
Grote kantoren in VS krijgen toch extern toezicht
De grootste Amerikaanse accountantskantoren moeten onafhankelijke buitenstaanders aanstellen om toezicht te houden op de kwaliteit van de audit. Dat is het gevolg...