Dijsselbloem: 'Geen aanleiding om beloning te beperken bij accountantsorganisaties'
Minister Jeroen Dijsselbloem ziet momenteel geen aanleiding om het beloningsbeleid bij accountantsorganisaties in te perken.
Dat blijkt uit de memorie van antwoord inzake de implementatiewet wettelijke controles jaarrekeningen, waarin de minister antwoord geeft op vragen van de fracties van D66, de SP en de PvdA in de Eerste Kamer over het beloningsbeleid bij accountantsorganisaties.
Volgens de minister is de sector zelf voldoende bezig met het overwegen van de relatie tussen de prikkels die uit gaan van een bepaald beloningsbeleid en de kwaliteit van wettelijke controles: "Het totaal van maatregelen vanuit de sector zelf, aangevuld met de implementatiewet wettelijke controles jaarrekeningen en het wetsvoorstel aanvullende maatregelen accountantsorganisaties dat nog aan de Kamer voorgelegd zal worden, is een gedegen pakket dat er toe dient om de kwaliteit van de wettelijke controles op een hoger plan te brengen."
Open norm
De minister wijst erop dat hij het belangrijk vindt dat accountantsorganisaties het beloningsbeleid zelf kritisch blijven bekijken: "De wet verplicht accountantsorganisaties tot het voeren van een passend beloningsbeleid. In dit beleid dienen de prestatieprikkels de kwaliteit van de wettelijke controles te versterken en niet te ondermijnen. Het betreft een open norm, wat inhoudt dat ruimte wordt gelaten aan accountantsorganisaties om zelf te bepalen of een passend beloningsbeleid wordt gehanteerd. "
Wet normering topinkomens
De Eerste Kamer vraagt ook in hoeverre de financiële prikkel om kwaliteit te leveren zich verhoudt tot de algemene kabinetslijn om topinkomens in sectoren met een wettelijke c.q. maatschappelijke taak te versoberen. De minister antwoordt dat met de bepaling dat accountantsorganisaties een passend beloningsbeleid dienen te hebben dat voldoende prestatieprikkels bevat om de kwaliteit van de wettelijke controle te verzekeren, "geenszins is bedoeld dat inkomens in de accountancy dienen te stijgen".
Hij voegt er wel aan toe dat de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector hier niet toegepast wordt: "Hoewel accountantsorganisaties een wettelijke c.q. maatschappelijke taak vervullen bij het verrichten van wettelijke controles is geen sprake van financiering met publieke middelen en maken zij geen deel uit van de semipublieke sector."
Geen verdere beperkingen
De minister wijst verder op de maatregelen van de sector zelf, zoals het maximeren van de variabele component op twintig procent en een op kwaliteit gebaseerde beloning, de clawback-regeling, de winstuitkering voor een belangrijk deel baseren op kwaliteitscriteria en het promotiebeleid baseren op bewezen vaktechnische kwaliteiten.
"Gegeven de initiatieven in de sector zelf en de algemene bepalingen ten aanzien van het beloningsbeleid die uit de richtlijn voortvloeien, heb ik op dit moment geen aanleiding om verdere beperkingen aan te brengen aan de beloningen bij accountantsorganisaties", aldus de minister.
Gerelateerd
Iets minder dominee, iets meer koopman
Joris Joppe werd blij van een leergang voor accountants, maar dat gevoel verdween de dag erna bij het lezen van de krant.
Tweede Kamer heeft veel vragen over nieuwe accountantswet
De vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer heeft, als voorbereiding op de behandeling van de Wijzigingswet accountancysector, een flink aantal vragen...
AFM-jaarverslag: Accountant opereert in 'systeem met kwetsbaarheden'
Het accountantsberoep is volop in transitie, maar tegelijk opereert de accountant in een "systeem met kwetsbaarheden". Wel heeft het beroep "significante stappen"...
Wie niet betaalt, maar wel bepaalt
Om audits van topkwaliteit te kunnen leveren moet de prijs omhoog, meent Jan Bouwens. De discussie zou moeten gaan over wie het verschil moet bijbetalen.
Regelgeving accountantsberoep is ‘mooie mix’ van wettelijk kader en zelfregulering
De regelgeving voor het accountantsberoep is een “mooie mix van wettelijk kader, dus wat de overheid regelt, en wat accountants zelf kunnen regelen over hun beroep”....