Van de Helpdesk

Oordeelonthouding en volgend verslagjaar

Cliënt is al geruime tijd controleplichtig. In 2009 waren er te veel gebreken in de AO/IB voor een goedkeurende controleverklaring. Daarom is een verklaring van oordeelonthouding afgegeven.

Categorie: Wet- en regelgeving
Onderwerp: Verklaring van oordeelonthouding bij vorige controle, invloed op controleverklaring over daaropvolgend verslagjaar
Regelgeving: Standaard 710

Vraag

Cliënt is al geruime tijd controleplichtig. In 2009 waren er te veel gebreken in de AO/IB voor een goedkeurende controleverklaring. Daarom is een verklaring van oordeelonthouding afgegeven. We hebben wel de eindbalans 2009 kunnen controleren. In 2010 zijn de gebreken in de AO/IB opgelost. We hebben over 2010 de volledigheid kunnen vaststellen van de omzet, de kostprijs en de rechtstreeks daarmee samenhangende balansposten.

Kan ik bij de jaarrekening 2010 een controleverklaring zonder aanpassingen van het oordeel afgeven, of werkt de oordeelonthouding die 'rust' op de vergelijkende cijfers 2009 nog door op de jaarrekening 2010? 

Antwoord

Uw controle over 2010 omvat tevens de controle van de vergelijkende cijfers over 2009.

De Nederlandse Standaard 710 is derhalve aan de orde. Deze behandelt de verantwoordelijkheid van de accountant bij een controle van financiële overzichten voor de ter vergelijking opgenomen informatie. Aangezien de gebreken in de AO/IB met ingang van 2010 zijn opgelost, is van Standaard 710 alinea 11 alleen de passage onder letter b van toepassing. Dit komt neer op het volgende: Bij de jaarrekening 2009 is een verklaring van oordeelonthouding gegeven. Omdat de aanleiding tot deze verklaring niet met terugwerkende kracht is opgelost, blijft de bij de jaarrekening 2009 verstrekte verklaring van oordeelonthouding in stand. Dat is ook niet zo vreemd. Immers, gebreken in de AO/IB kunnen veelal niet met terugwerkende kracht alsnog worden opgelost.

Doordat de controleverklaring over 2010 ook betrekking heeft op de in de jaarrekening 2010 opgenomen vergelijkende cijfers van 2009, is ook over 2010 een ander dan goedkeurend oordeel aan de orde.

In de paragraaf ter onderbouwing van het (niet-goedkeurende) oordeel 2010 motiveert de accountant dit door te wijzen op de (mogelijke) invloed van de niet-opgeloste aangelegenheid op de vergelijkbaarheid van de cijfers over de lopende en voorgaande verslagperiode.

Op de websites van de beide beroepsorganisaties is een voorbeeldtekst (1.11.1.1 uit sectie II van een in ontwikkeling zijnd nieuw deel 3 HRA) beschikbaar die van pas kan komen voor de door u af te geven controleverklaring bij de jaarrekening 2010.

Van de Helpdesk

Accountant.nl behandelt in de rubriek Van de Helpdesk vaktechnische vragen. Een deel van de vragen kwam binnen bij de digitale helpdesk van de NBA en is beantwoord door de NBA Helpdesk zelf. Andere vragen zijn aangeleverd en beantwoord door Auxilium, in samenspraak met de NBA Helpdesk.

Heeft u een vraag op vaktechnisch gebied? Meld deze bij de Helpdesk.

 

Gerelateerd

3 reacties

Dennis Serberie

Ik ben het eens met de stelling van collega Peters inzake het verschil in behandeling van het ontbreken van een accountantsoordeel op de vergelijkende cijfers in een situatie van eerstejaarscontrole en normale controle. Dit dient inderdaad te worden rechtgetrokken en daar is werk aan de winkel voor de regelgevers. Ik ben het echter niet mee eens met de stelling dat vergelijkende cijfers waarop geen accountantsoordeel is gegeven geen impact zou moeten hebben op de lopende jaarrekening. Dat er geen wettelijke vereiste is voor opname vergelijkende cijfers doet er niet aan toe omdat titel 9 geen compliance maar een fair presentation framework is. Het belang van de vergelijkende cijfers komt uit het kapstokartikel. De vergelijkende cijfers geeft (tot een bepaald niveau) inzicht in de performance van de entiteit is daarom m.i. van belang voor de lezer. Afhankelijk van de type onderneming en gebruikers zal het belang van deze inzicht in de peformance groter zijn. De lezers hierop attenderen middels een anders dan goedkeurende verklaring vind ik daarom terecht. De anders dan goedkeurende verklaring in het tweede jaar zal verder geen impact hebben op het derde jaar omdat de anders dan goedkeurende verklaring geen betrekking heeft op de cijfers van het tweede jaar.

Johan Peters

In “Van de Helpdesk” van 15 juni wordt een antwoord gegeven op de vraag welke invloed een oordeelonthouding bij de controle van een vorig boekjaar zou moeten hebben op de controleverklaring van het opvolgende jaar. Dit in de situatie dat de gebreken in de AO/IB leidend tot de oordeelonthouding van het voorgaand jaar zijn opgelost en voldoende zekerheid bestaat over de beginbalans van het opvolgende jaar. Gesteld wordt dat een “ander dan een goedkeurend oordeel” gegeven zou moeten worden bij de jaarrekening van het opvolgende jaar. Dit vanwege de voorschriften in Standaard 710 omtrent de controle van ter vergelijking opgenomen informatie. Aangenomen dat deze voorschriften correct zijn geïnterpreteerd door “Van de Helpdesk” wil ik enige kritische kanttekeningen plaatsen bij deze voorschriften. De verplichting om vergelijkende cijfers op te nemen vloeit voor uit een bepaling in BW 2 T 9 die (vrij geformuleerd) zegt dat bij de jaarrekening zoveel als mogelijk de cijfers van het vorige boekjaar ter vergelijking dienen te worden opgenomen. Dit “zoveel als mogelijk” suggereert een soort inspanningsverplichting. Kan dit ook betekenen “een beste benadering van de cijfers van het voorgaande jaar”? Kunnen ze ook achterwege worden gelaten? Hoe dan ook, vergelijkende cijfers hebben geen zelfstandige juridische betekenis. Een eenmaal vastgestelde jaarrekening kan niet meer worden gewijzigd. De vastgestelde jaarrekening waarbij een oordeelonthouding moest worden afgegeven, is en blijft de jaarrekening over dat jaar. In die zin zijn de vergelijkende cijfers, mits aansluitend op die jaarrekening, altijd correct. Zou overigens in een opvolgend jaar blijken dat toch een fundamentele fout aanwezig was, dan worden de gevolgen daarvan hersteld in het lopende boekjaar (in combinatie met het aanpassen van vergelijkende cijfers). Let wel: het cumulatieve effect inzake vorige jaren wordt in het beginvermogen van het lopende jaar verwerkt. Over dat beginvermogen bestond nu juist voldoende zekerheid. Met andere woorden: er is geen sprake van zo’n fundamentele fout en dus ook geen noodzaak om vergelijkende cijfers aan te passen. De academische discussie of je dan daadwerkelijk wel zekerheid hebt over die beginbalans, of over beginbalansen van latere jaren (!), wil ik hier zeker niet starten. Doorredenerend zou je tot de conclusie kunnen komen dat een oordeelonthouding ooit gevolgen zou moeten hebben voor de controleverklaring van vele latere jaren. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Collega Tom Koning RA, angry young man in de hedendaagse accountancy, verkondigt nog wel eens de opinie dat veel gevallen van fraude slechts leiden tot de boeking “pech aan kas” omdat ze na constatering helaas niet alsnog leiden tot een inkomende kasstroom. In het verlengde daarvan lijkt er zelfs bij het bekend worden van een manco in de opbrengstverantwoording weinig reden tot aanpassing van de vergelijkende cijfers. Iets om over na te denken. De situatie van een oordeelonthouding in het voorgaande jaar vertoont veel vergelijking met de situatie waarin een eerstejaarscontrole aan de orde is. De beginbalans is dan gecontroleerd (zelfstandig balansonderzoek), de resultaten en eindbalans over het boekjaar zijn gecontroleerd … en het vorig boekjaar is niet gecontroleerd. Meer onthouding van oordeel dan helemaal geen oordeel is er niet. De ter vergelijking opgenomen resultatenrekening van het voorgaande jaar is bij een eerstejaars controle dus helemaal niet gecontroleerd, maar dit gegeven wordt slecht vermeld als overig onderwerp in de controleverklaring. Waarom is een vergelijkbare melding niet aan de orde bij een oordeelonthouding over het voorgaande jaar (waarbij in ieder geval wel een controle heeft plaatsgevonden)? Tot slot een praktisch argument, in de ogen van vaktechnici pur sang overigens “not done”. Onze verklaring betreft de jaarrekening van het voorliggende jaar, al dan niet met een aanvulling betreffende het jaarverslag en/of de overige gegevens. Vergelijkende cijfers zijn niet meer dan een onderdeel van de toelichting. Aan de gemiddelde cliënt, noch aan andere gebruikers van de jaarrekening (zeker in het MKB) is het niet te verkopen dat een opgeloste onzekerheid uit het verleden ook nog tot een “bestraffing” in de controleverklaring van het voorliggende jaar zou moeten leiden. Wij bepleiten een beroep te hebben waarbij beginselen en principes belangrijker zijn dan regels. De in de “Van de Helpdesk” beschreven situatie lijkt mij typisch zo’n geval om dat uitgangspunt in acht te nemen. Een signaal voor de regelgevers?

Dennis Serberie

Jammer dat in het artikel niet verder wordt ingegaan op de (mogelijke) strekking van de anders dan goedkeurende verklaring bij de jaarrekening van het lopend jaar. Wordt deze weer een oordeelonthouding of een verklaring met beperking? Op basis van de verwijzing naar voorbeeldtekst 1.11.1.1 lijkt de boodschap te zijn dat de strekking van de verklaring op de jaarrekening van het lopend jaar, ingeval van een oordeelonthouding op de vergelijkende cijfers, altijd een verklaring met beperking zou zijn.

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.