Opinie

Accountantsbrief

De titel verwijst naar een redactioneel commentaar in Het Financieele Dagblad. Het handelt over de 'collectieve management letter' aangaande de verzekeraars, die het Koninklijk NIVRA vorige week openbaarde. Het betreft een tastbare uitkomst van het project Kennis Delen.

Ik heb even getwijfeld of ik wel iets over het NIVRA-project zou gaan schrijven. Bij eerste lezing vond ik het rapport niet zozeer teleurstellend, het was ongeveer wat ik ervan had verwacht: niet veel nieuws onder de zon en tamelijk obligaat. Zo zijn dergelijke rapporten nu eenmaal.

En reeds in de samenvatting viel mijn oog op een zinsnede waaraan ik mij vreselijk stoorde, namelijk: 'Er zijn in het verleden producten aangeboden waarvan door de veranderde maatschappelijke opvattingen nu blijkt dat deze naar de huidige maatstaven op maatschappelijke weerstand stuiten.'

Hier had het NIVRA kritischer kunnen en moeten zijn. Immers:

  • 'veranderende maatschappelijke opvattingen': indien er in het verleden meer transparantie was geweest waren de opvattingen toentertijd net zo geweest als nu. De opvattingen zijn niet veranderd, de transparantie wel. Die is in de loop der tijd afgedwongen. Daarom kunnen we nu pas tot een juiste beoordeling van de misstanden in het verleden komen!;
  • 'nu blijkt': dat is dus gekomen door de transparantie van nu. Transparantie waartegen in het stuk door het Verbond van Verzekeraars en eigenlijk ook een beetje door het NIVRA (pleidooi voor 'relevantie' zonder dat nader in te kleuren) wordt geageerd;
  • 'huidige maatstaven': zie eerder. Ik ben van mening dat we nu met dezelfde maatstaven oordelen als dat we in het verleden hadden willen oordelen;
  •  maatschappelijke weerstand': een eufemisme. Er had ook kunnen staan: ‘volstrekt onacceptabel' of desnoods 'totaal idioot'.

Punt is ook dat dit soort rapportages, willen zij meer waarde (of is het hier juist wel meerwaarde?) gaan toevoegen, explicieter qua feiten en voorbeelden moet. Een opmerking die de kern betreft van het redactioneel commentaar waarmee ik dit stuk opende. Feiten en voorbeelden opvoeren kan best zonder specifieke namen te noemen, dus de geheimhoudingsplicht hoeft hier niet in de weg te staan. Kortom: er is ruimte genoeg voor verbetering van dit soort accountantsbrieven.

Dat alles wil niet zeggen dat er in het geheel niets belangwekkends door de beroepsorganisatie wordt opgemerkt. Soms staan er toch wel aardige dingen in. Met name:

  • pagina 10: 'De winst die onder de huidige verslaggevingsregels in de boeken verschijnt is vaak voor een deel gebaseerd op producten uit het verleden. Nieuwe producten zijn veelal minder winstgevend en op termijn zal de winstgevendheid van veel verzekeraars mogelijk verder onder druk komen te staan.' Op zich weten we dat allemaal wel, maar nu het officieel uit de mond van accountants komt zou het zelfs voor de beurskoers relevant kunnen zijn;
  • pagina 15: 'Zeker in goede tijden verliezen de ‘remmers' het al gauw van de ‘renners' en is er vanuit de business weinig oog voor risico's. Daarbij speelt de menselijke psychologie een rol: wie successen boekt wordt nauwelijks tegengesproken ook als de (economische) realiteit ver te zoeken is.' Een stijlbloempje. Ik zou graag de onderbouwing zien: op basis van welke gegevens en voorbeelden is men hiertoe gekomen. Op dit soort punten mag het in de toekomst concreter.

Bij tweede lezing van het rapport werd ik positiever. Niet zozeer door hetgeen het accountantsberoep heeft opgemerkt, maar door de reacties erop. Van het Verbond van Verzekeraars en De Nederlandsche Bank (DNB).

Eerst het Verbond. Die komt met een teleurstellende en defensieve reactie. Ik haal daaruit: hou deze sector goed in de gaten, ze vragen erom. Het besef dat zaken anders moeten is in de banksector inmiddels veel sterker doorgedrongen dan bij de verzekeraars. Zie als voorbeelden:

  1. pagina 7: 'Snelle oplossingen zijn niet opportuun. De signalen zijn vanuit de aard van een dergelijk stuk overigens per definitie wat somber van aard.';
  2. pagina 7: 'Maar gelukkig zijn er in de praktijk ook ander signalen en staat de Nederlandse verzekeringsindustrie, ondanks de signalen die het NIVRA aanhaalt, internationaal in hoog aanzien.' De sector zou die andere signalen beter moeten duiden in een reactie. Het gebruik van het woord ‘ondanks' is stuitend;
  3. pagina 9: 'Complexiteit wordt veroorzaakt door...' (uiteraard) anderen en uit zich in regels. Verzuimd is aan te geven dat veel van die regelgeving nodig was omdat het afgedwongen moest worden daar de sector zelf niet sterk genoeg was om als alternatief met duidelijke (zelf)regulering te komen die tot eenzelfde effect had kunnen leiden;
  4. pagina 9: idem ten aanzien van de zin 'De regelgevers dragen door hun eigen gedrag en de nagestreefde snelheid bij aan de complexiteit en de daaraan verbonden risico's.' Tsja...;
  5. pagina 13: idem ten aanzien van de zin 'Tegelijkertijd stellen wij vast dat politieke ontwikkelingen, bijvoorbeeld aanpassingen in de pensioenleeftijd, de complexiteit van IT-systemen weer doet toenemen.';
  6. pagina 18: ronduit gênant is de reactie op punt 5 over producten zoals woekerpolissen: 'Daarnaast halen sommige verzekeraars producten uit de markt die naar huidig inzicht niet optimaal zijn voor de klant. Daarmee steekt de sector veel energie in het oplossen van problemen uit het verleden en werkt ook concreet aan het herstel van vertrouwen.' Hoezo 'naar huidig inzicht niet optimaal'? Zum kotzen, mag ik een teiltje?

Dan de reactie van DNB. Zij geven concreet aan wat er aan het NIVRA-stuk en de daarin afgegeven signalen dient te worden verbeterd: 'Het lijken echter signalen te zijn met een hoog procedureel karakter, terwijl naar onze mening het even cruciaal is hoe verzekeraars zich gedragen in dit krachtenveld.'

DNB wijst dan ook nadrukkelijk naar meer aandacht voor de 'tone at the top'. Ook wordt gewezen op de bekende 'terughoudendheid van de sector'.

Op een enkel punt gaat DNB zelf al verder dan het NIVRA. Bijvoorbeeld als het gaat om het signaal van het NIVRA over de interactie tussen de commerciële, risico- en actuariële functie. DNB richt op dat punt de pijlen op accountants zelve door van het trio functies vijf te maken door de control- en interne auditfunctie eraan toe te voegen.

Kortom: de eerste Accountantsbrief is nuttig en met het FD ben ik van mening dat het voor herhaling vatbaar is. Maar zoals de krant stelt: dan explicieter, met feiten en voorbeelden. En als het gaat om woekerpolisachtige zaken: zonder decadent taalgebruik.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.