Opinie

Barnier steun in de rug voor Plasterk

Eurocommissaris Barnier heeft zijn 'ei' gelegd. De Fransoos moest water in de wijn doen, maar blijft volharden in zijn kritiek op met name de 'grote vier'. Zij hebben als controleurs van onder meer financiële instellingen gefaald en zijn de reden dat hij de markt van de wettelijke controle wil opschudden.

De inkt van Barniers stukken is nog vers en nauwelijks droog; het is dus te vroeg om alles nu al te kunnen doorgronden. Maar de kern blijft dat de marktmacht - hij noemt het een oligopolie - van de ‘grote vier' dient te worden gebroken.

De fundering van Barniers voorstellen volgt onder meer uit een zogeheten impact assessment. De kern daarvan: 'Independence is neither assured nor demonstrable in a paradigm where audit has effectively become one of a plethora of commercial services. The lack of regular tendering of audit services and periodic rotation of audit firms has deprived audit of its key ethos: professional scepticism.'

En in dezelfde lijn: 'We find ourselves in a landscape where a large number of audited companies have effectively become comfortable with their auditor; this is a refutation of the very essence of independence.'

Teneinde die onafhankelijkheid beter te borgen houdt Barnier vast aan beperking van de samenloop tussen wettelijke controleopdrachten en overige diensten. Bepaalde diensten - financial related audit services (controle tussentijdse financiële overzichten, assurance ten aanzien van corporate governance aspecten en maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar ook verklaring inzake tax compliance) - mogen wel in samenloop maar worden beperkt tot tien procent van de controlefee.

Veel non-audit services worden in samenhang met de wettelijke controle geheel verboden. Bijvoorbeeld: waarderingen, juridische dienstverlening en de participatie in de interne audit van cliënten.

Ook van belang is dat voor diensten in het kader van fusie en overname bij samenloop met de wettelijke controle voortaan de goedkeuring van de bevoegde autoriteiten nodig is. In de Nederlandse context, als ik het goed begrijp, zal dat de AFM zijn.

Daarnaast bevat de voorgestelde regeling een opstap naar de audit only-firm. Maar of die in de praktijk ook zal ontstaan is nog maar de vraag: zelfs voor de grote vier liggen de drempels vrij hoog. De eerste horde is dat de accountantsorganisatie ten minste een derde van de audit fee moet behalen vanuit grote organisaties van openbaar belang. Het moet bij dergelijke organisaties  dan gaan om een marktkapitalisatie of balanstotaal van een miljard euro of meer.

Wat mij betreft is de audit only-firm het meest omstreden voorstel van Barnier. Het komt mij voor dat het meer dan genoeg is om over te gaan tot een verbod van controleopdrachten en bepaalde andere werkzaamheden voor zover het dezelfde cliënt betreft. De meerwaarde van een generiek verbod op de samenloop tussen controle en advies binnen een kantoor zie ik niet.

Barnier handhaaft ook zijn - voor velen - controversiële voorstel inzake verplichte kantoorroulatie. In beginsel na zes jaar, bij uitzondering na acht jaar.

Een ander voorstel uit de eerdere stukken, de joint audit, is gesneuveld. Althans voorlopig, want Barnier blijft hierop studeren. Vooralsnog looft hij in geval van een vrijwillige joint audit een beloning uit: dan is kantoorroulatie pas na negen jaar en in uitzonderingsgevallen na twaalf jaar vereist.

De voorstellen van Barnier zullen, mits overgenomen door de Europese Ministers en het Europees Parlement,  grote invloed hebben op de accountancymarkt. Barnier heeft weliswaar water bij de wijn gedaan, maar blijft duidelijk in zijn boodschap:

  • 'restore confidence in the financial statements of companies';
  •  'adress the current weaknesses in the EU audit market';
  • 'eliminating conflict of interest, ensuring independence and robust supervision';
  • 'professional skepticism is reinforced'.

Er is nog veel meer te zeggen en er zal nog veel meer worden gezegd over Barnier. In Nederlands perspectief is van belang dat de voorstellen van Barnier in lijn liggen met die van Tweede Kamerlid Ronald Plasterk. Ook hij wil een strikt(re) scheiding tussen controle- en overige diensten. Ook hij wil kantoorroulatie.

Plasterk stelde onlangs een meerderheid in de Tweede Kamer voor zijn voorstellen te hebben. Minister De Jager stelde dat zijn voorstellen niet 'in beton zijn gegoten'. Hij zal zijn definitieve oordeel laten afhangen van een consultatieronde in samenwerking met de NBA en de AFM.

Het is de vraag of die consultatie nu geen mosterd na de maaltijd is, of het nog toegevoegde waarde heeft. Zelfs als het oordeel na de consultatie hier ten lande de voorstellen van Barnier discutabel maakt, is het de vraag of een Nederlandse muis een Europese olifant kan tegenhouden.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.