Opinie

Rabo-schandaal ontluisterend

De Rabobank doet eindelijk mee met de grote spelers: Lehman Brothers, JP Morgan, Goldman Sachs, UBS, Société Générale. Allen zogeheten 'topbanken', allen betrokken bij miljardenschandalen en -boetes.

Een wrange constatering. De Rabo is nu dus ook fors beboet. En volstrekt terecht, als we de documentatie lezen van DNB, het Openbaar Ministerie, de Financial Conduct Authority (Verenigd Koninkrijk), de Commodity Futures Trading Commission (Verenigde Staten), het Department of Justice (Verenigde Staten) en de Financial Services Agency (Japan).

Als u echt een mening wilt hebben over de kwestie dan moet u de onderliggende documentatie van deze diensten lezen (ruim 200 pagina's). Lees dat, net als ik deed, en laat u niet in de luren leggen door de sympathieke videoboodschap van Rabobestuurder Piet Moerland of de zalvende woorden van 'zittenblijver' Sipko Schat, Rabobestuurder.

De documentatie wijst goed gedocumenteerd uit dat zij hebben gefaald. Dit stel ik ondanks dat DNB heeft verklaard dat 'het onderzoek geen aanwijzingen heeft opgeleverd dat het executive management van de Rabobank betrokkenheid heeft gehad bij (pogingen) tot beïnvloeding van Libor- en Euribor-submissions'.

De bewering van DNB is op dit punt ongetwijfeld juist. Indien het onderzoek directe betrokkenheid van de top had uitgewezen, hadden we dat wel gelezen.

Ik leg de nadruk op het woord directe omdat zowel Moerland als Schat verklaarden dat zij geen 'directe of indirecte betrokkenheid' hebben gehad bij de fraude gepleegd door een dertigtal handelaren.

Zij vegen daarmee - volstrekt ten onrechte - hun 'stoepje schoon' door de bewering van DNB schaamteloos op te rekken. Alleen om deze reden al zou ook de meest verantwoordelijke bestuurder voor het fraudeschandaal, Sipko Schat, alsnog onmiddellijk moeten opstappen.

De top van de Rabobank was en is immers verantwoordelijk voor de 'integere en beheerste bedrijfsvoering'. Dit omvat - uiteraard - mede de beheersing van bedrijfs- en frauderisico's, compliance, risk management en de interne accountantscontrole.

En aan die verantwoordelijkheid is op flagrante wijze onvoldoende inhoud gegeven. De betrokken bestuurders, concernonderdelen en medewerkers hebben op flagrante wijze gefaald. Niet omdat ik het zeg, maar omdat de feiten in de rapporten van de genoemde toezichthouders dat uitwijzen.

Ter onderbouwing mijnerzijds enkele reflecties:

  1. Rabo heeft bevestigd blij te zijn dat zij mee mochten doen met de topbanken die de LIBOR- en EURIBOR-tarieven vaststelden. Dat gaf nationaal en internationaal aanzien. In de woorden van Rabo-bestuurder Schat: 'We hebben de dagelijkse doorgifte van het Libor-tarief altijd als weinig risicovol gezien. Het was prestigieus om lid te zijn van het panel en we beschouwden het als een puur administratieve handeling. Onze risico- en compliance-mensen waren er niet op gericht'. Dit citaat verklaart in feite de kern van waar het fout ging.
     
  2. De meest elementaire functiescheidingen in het proces rond het doorgeven van de rentetarieven zijn vanaf het begin af aan niet ingevoerd. Handelaren van de Rabobank communiceerden met de medewerkers ('submitters') die de tarieven aan derden doorgaven. De feiten tonen aan dat zij meer deden dan communiceren: zij instrueerden hun collega's over de op te geven tarieven.
  3. Het gebrek aan functiescheidingen - aspect van AO/IB dat indien het in een tentamencasus door een student wordt gemist automatisch tot een onvoldoende zou moeten leiden - klemt temeer door de binnen de Rabo niet of nauwelijks onderkende frauderisico's. De variabele beloning van handelaren hing namelijk af van de resultaten die zij behaalden en die op hun beurt weer afhingen van de door te geven rentetarieven. De in deze relevante fraudedriehoek uit ISA 240 (prikkel, gelegenheid en rationalisatie) wordt in de eerste jaren van de accountantsopleiding als basisstof behandeld.
  4. Er ontbraken allerhande procedures van AO/IB. Bijvoorbeeld ten aanzien van de wijze waarop het door de Rabo-mensen door te geven tarief werd vastgesteld.
  5. Externe risicosignalen werden volledig gemist. DNB wijst er onder meer op dat de Bank for International Settlements in 2008 een rapport uitbracht waarin werd gewezen op de risico's rond de vaststelling van de LIBOR-tarieven. Een rapport dat ook kritisch is besproken in de internationale pers (Wall Street Journal) en waarvan de Rabobank - blijkens het DNB-rapport - ook op de hoogte was. Zoals de Rabo ook op de hoogte was van de met name in 2008 en 2009 door de British Bankers Association gegeven instructies rond de tariefvaststelling. 
  6. Interne risicosignalen werden eveneens meerdere malen gemist. DNB beschrijft in het rapport uitgebreid welke signalen op welke momenten op welke niveaus binnen de Rabo-organisatie bekend waren.
  7. Compliance, risk management en de interne auditdienst hebben gefaald. DNB vat het wat mij betreft samen in het volgende citaat: 'Tot slot werd het Libor/Euribor-proces tot aan 2011 niet als een risico(proces) onderkend en beschreven in bijvoorbeeld de beschrijving van de administratieve organisatie en interne controles (AO/IC) van de afdeling L&F/CT&MM. Dat had wel voor de hand gelegen, gezien het belang van Libor en Euribor als rentebenchmarks en zeker gezien voormelde interne en externe signalen, die bij Rabobank bekend dan wel kenbaar waren.'
  8. In het citaat wordt 2011 genoemd. Waarmee wordt aangetoond dat op diverse niveaus binnen de Rabo - tot aan de top - niet adequaat is gereageerd toen de Rabo in april 2010 door de Amerikaanse autoriteiten op de hoogte werd gesteld van een onderzoek naar de rentemanipulaties. In ieder geval toen hadden tot op het hoogste niveau alle alarmbellen moeten gaan rinkelen.
  9. Dat laatste is niet afdoende gebeurd. De betrokken handelaren zijn niet direct zodanig in de gaten gehouden dat de fraude werd gestopt en de procedures adequaat zijn aangescherpt. De gedetailleerde verslagen van de Amerikaanse toezichthouders tonen voorbeelden van manipulaties (mail- en chatverkeer, zeer lezenswaardig!) op bijvoorbeeld 4 augustus, 18 oktober en 1 december 2010. Die laatste datum doet er nog meer toe omdat de Rabo op 19 oktober 2010 aan de Amerikaanse autoriteiten de eerste resultaten presenteerde van het eigen, interne onderzoek waaruit toen reeds bleek dat er intern door handelaren instructies werden gegeven ten aanzien van de rentevaststelling.
  10. Dat de Rabo ook na april 2010 niet meteen in control was inzake compliance, risk management en de interne auditafdeling, moge blijken uit de rapportage van DNB. Daarin wordt onder meer gesteld dat er tot 30 maart 2011 geen procedurebeschrijving is opgesteld op welke wijze de door te geven rentetarieven moesten worden vastgesteld inzake LIBOR en met betrekking tot Euribor was die er pas op 30 augustus 2012. Pas sinds medio juli 2012 zijn de werkplekken van handelaren en submitters fysiek op afstand geplaatst. DNB stelt in deze (eufemistisch) vast dat de Rabo ‘te traag' was met het nemen van maatregelen.
  11. DNB beschrijft in haar rapport dat Rabo na april 2010 onjuiste verklaringen aan toezichthouders heeft afgegeven. Dat is mijns inziens verwijtbaar aan de Rabo-top die toentertijd, na alarmering door externe toezichthouders, 'boven op de bok' had moeten zitten. Toch is er onder hun verantwoordelijkheid onjuiste informatie verstrekt. In de woorden van DNB: 'Zowel de verklaring van Rabobank aan de BBA van 21 december 2010, als aan de FSA van 18 maart 2011 lijken geen volledig beeld van de onderliggende feiten te geven.'
  12. Vorenstaande aspecten, zeker de laatste vijf die betrekking hebben op de periode nadat (april 2010) de Rabo-top op de hoogte was van onderzoeken door toezichthouders, tonen aan dat de Rabo-top en controleafdelingen vanaf april 2010 de kwestie onvoldoende serieus hebben genomen en niet adequaat hebben aangepakt.
  13. Die constatering relativeren en nuanceren de woorden van DNB over directe betrokkenheid van het topmanagement bij de fraude. Wat mij betreft draagt die top vanaf april 2010 in ieder geval ook directe verantwoordelijkheid voor de daarna nog doorgezette verboden gedragingen.
  14. Die constatering maakt de uiting van Rabobestuurders Moerland en Schat inzake het ontbreken van 'indirecte betrokkenheid' tot een onjuiste. Die uiting is wat mij betreft een gotspe. Een gotspe die de op het eerste oog krachtige videoboodschap van Moerland onderuit haalt en diens aftreden terecht doet zijn. En die de positie van 'zittenblijver' Sipko Schat onhoudbaar maakt.
  15. Dat het een gotspe is wordt versterkt door het feit dat de Rabo-top er na het moment in april 2010 waarop zij op de hoogte is van de externe onderzoeken en mogelijke fraude ruim drie jaar voor nodig heeft om consequenties te trekken. De feiten inzake malversaties zijn - blijkens het DNB-rapport - in ieder geval reeds op 19 oktober 2010 (deels) bekend. Om dan op 29 oktober 2013 - na afronding van de onderhandelingen over de hoogte van de boete en schulderkenning - een 'principiële daad' te stellen is weinig principieel. 
  16. Voorts heeft DNB nog een stevige uitsmijter in de richting van de Rabo-top. Die gaat over de ontslagen handelaren die een ontslagvergoeding meekregen. In het Rabo-beloningsbeleid is bepaald: 'Severance pay will never include a reward for an employee's failure and will reflect the employee's performance.' Kort samengevat gaat het hier om het principe 'no reward for failure'. DNB constateert echter dat er door de Rabo afvloeiingsregelingen zijn overeengekomen omdat 'medewerkers niet meer gehandhaafd konden worden en dienden te worden geschorst.' De daaropvolgende constatering - de slotzin in het rapport - is even helder als eufemistisch, namelijk: 'DNB is van oordeel dat een dergelijk oordeel niet strookt met bovenvermelde onderbouwing van de vergoedingen. DNB heeft dan ook niet kunnen toetsen dat de overeengekomen ontslagvergoedingen en uitbetaling van opgebouwde rechten aan het bovenvermelde 'no reward for failure' beginsel voldoen.' Hetgeen als een verwijt aan de Rabo-top mag worden gezien: in een dergelijk dossier gaat die namelijk over dergelijke ontslagvergoedingen, toch?
  17. Zoals gezegd heeft de interne accountantsafdeling ook gefaald. Wederom citeer ik een deel van het DNB-rapport: 'Vaststaat dat deze auditbevindingen gedurende langere tijd (soms meerdere jaren) - bleven open staan en onvoldoende tijdig aandacht kregen op lokaal, regionaal en/of senior managementniveau. ARG (de auditafdeling) heeft dat wel geconstateerd, maar daaraan geen consequenties verbonden. DNB is van mening dat het zowel op de weg van de business als ARG als interne accountantsdienst had gelegen om ervoor te zorgen dat haar auditbevindingen tijdig en adequaat geadresseerd werden, dan wel waren geëscaleerd naar een hoger managementniveau.'
  18. De toezichthoudersrapportages zeggen - voor zover ik het thans kan overzien - opvallend genoeg niets over de rol van de externe accountant van de Rabo: Ernst & Young.
  19. Zou dat zijn omdat de externe accountant de gebreken qua elementaire functiescheidingen wél heeft gezien? Zou het komen omdat deze de frauderisico's wél zag? Zou het komen omdat deze wél wees op de gebreken in de AO/IB? Zou het komen omdat deze wél wees op ontbrekende procedurebeschrijvingen?
  20. Of zou de AFM inmiddels ook onderzoek doen naar de rol van de externe accountant in dit dossier? Dan komen zij een oude bekende tegen: de accountant (in persoon) die bijvoorbeeld in 2009 de jaarrekening van de Rabo aftekende was namelijk ook de tekenend accountant bij beursbedrijf Van der Moolen. Deze accountant is in eerste aanleg - na een daartoe strekkende klacht van de AFM - tuchtrechtelijk veroordeeld omdat hij grote steken liet vallen bij de controle van Van der Moolen. Hij toetste daar - aldus de Accountantskamer - de continuïteitsveronderstelling niet afdoende. Ik hoop dan ook maar dat diens controle (en die door Ernst & Young) bij de Rabo wel afdoende was.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marcel Pheijffer (1967) is hoogleraar Forensische Accountancy aan de universiteiten Nyenrode en Leiden.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.